Bedrijf
Offset
Valentie
+30
high
+31
↓
+32
low
+33
+34
high
+35
↓
+36
low
+37
+38
high
+39
↓
+40
low
+41
5.4.2 Configureren
16
Type
Naam
UINT32
Slagenteller
FLOAT
Volumeteller
FLOAT
Liters per slag
Op de master kan een keuze worden gemaakt, welke modules aan het
cyclische dataverkeer moeten deelnemen. Modules en slots hebben een
onderling verband. Daarom moeten voor modules die moeten worden uit‐
gesloten lege plaatsen (lege modules) worden geconfigureerd.
De gewenste configuratie wordt gedefinieerd in de vorm van aandui‐
dingen. In is in de laatste kolom voor elke gedefinieerde module de aan‐
duiding weergegeven.
De aanduidingen van de module moeten oplopend achter elkaar worden
geplaatst. Wanneer de gegevens van een module niet moeten deelnemen
aan het cyclische dataverkeer, moet op deze plaats een lege module
worden geconfigureerd.
Bereik
Modulenaam
Stroke Number 13
0..(2
32
)-1
... (liters)
Quantity
... (liters)
Modulenr.
14