Inbedrijfstelling
6.2
Beveilig de tractor/machine tegen onbedoeld starten en wegrollen
52
WAARSCHUWING
Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, vastgrijpen,
opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken of stoten bij
handelingen aan de machine
•
als gevolg van aangedreven machinedelen.
•
als gevolg van het onbedoeld aandrijven van machinedelen
resp. het onbedoeld uitvoeren van hydraulische functies,
wanneer de tractormotor draait.
•
als gevolg van het onbedoeld starten en wegrollen van
tractor en aangebouwde machine.
•
Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en
wegrollen bij alle handelingen aan de machine.
•
Alle handelingen aan de machine, zoals
montagewerkzaamheden, instellen, verhelpen van storingen,
reinigen, uitvoeren onderhoudswerkzaamheden, zijn verboden
ο
als de machine nog wordt aangedreven.
ο
zolang de tractormotor met aangesloten cardanas /
hydraulisch systeem draait.
ο
als de contactsleutel in het contactslot van de tractor zit en
de tractormotor bij aangesloten cardanas / hydraulisch
systeem onbedoeld kan worden gestart.
ο
wanneer bewegende onderdelen niet tegen onbedoeld
bewegen zijn geblokkeerd.
ο
wanneer er personen (kinderen) op de tractor aanwezig
zijn.
Vooral bij deze werkzaamheden bestaat gevaar als gevolg van
onbedoeld in aanraking komen met aangedreven, niet-
beveiligde machinedelen.
1. Zet de tractormotor af.
2. Verwijder de contactsleutel.
3. Trek de handrem van de tractor aan.
4. Zorg dat er geen personen (kinderen) op de tractor aanwezig
zijn.
5. Sluit eventueel de cabine van de tractor af.
ZA-M BAG0040.2 09.08