16
17
18
19
52 - NL
a.
Klik de motor-voedingskabel (connector K5) en motor-datakabel
(connector K2) terug op de EMC-PCB.
b.
Duw de kabels in de doorvoergoten.
c.
Bundel de kabels in de herbruikbare tie-wrap.
Plaats de UTP-kabel terug in de Control Box (indien aanwezig).
a.
Maak de UTP-kabel vast in de herbruikbare tie-wrap.
b.
Duw de doorvoertule met de UTP-kabel terug in de uitsparing in de
Control Box.
c.
Klik de connector (CN4) vast op de Control PCB.
Schroef het deksel van de Control Box weer vast (4x TX20x20).
a.
De waarschuwingssticker op het deksel wijst daarbij in de richting van de
werkschakelaar.
b.
Schroeven handvast aandraaien.
■ Gebruik de TX20-schroevendraaier.
Zet de interne voedingskabel vast in de trekontlasting (indien aanwezig: 0,7 Nm).