Inhoudsopgave
Advertenties
Ga naar Inhoud
FORUM- en EMR-verbindingsmodi
Patiëntrecords verkregen van FORUM-, DICOM-compatibele en non-DICOM EMR-systemen mogen
niet op het instrument worden bewerkt. Veranderingen moeten worden gemaakt in de
patiëntrecords die zijn opgeslagen op de server, waarna de patiëntrecord weer wordt opgehaald
vanaf de server voorafgaand aan het testen. Patiëntrecords worden bijgewerkt.
Wanneer patiëntrecords uit een EMR worden geïmporteerd, worden ze als volgt op lokale records
afgestemd:
• Zelfde ID en verstrekker van ID, andere naam, geboortedatum of geslacht: de lokale record
wordt bijgewerkt zodat die overeenkomt met de EMR-record.
• Andere ID of verstrekker van ID: een nieuw patiëntrecord wordt aangemaakt.
Op
sommige
EMR-systemen
identificatie-informatie ontbreekt. De HFA3 voegt automatisch een standaardnaam (onbekend) voor
ontbrekende namen toe, maar weigert patiëntrecords zonder patiënt-ID of geboortedatum.
Wanneer dezelfde patiënt meerdere records heeft, bevatten rapporten met meerdere onderzoeken,
zoals een samenvatting van GPA, niet alle patiëntgegevens. Dat kan bijvoorbeeld gebeuren
wanneer een praktijk een EMR implementeert nadat er al records zijn op de HFA3. Elke nieuwe
EMR-record van een bestaande patiënt wordt de eerste keer dat de patiënt staat gepland voor een
onderzoek na implementatie van EMR, samengevoegd met de lokale record. Zie
samenvoegen op de HFA3', op pagina 6-6
patiënten voor of na de test samenvoegen. Als het echter na de test wordt gedaan, moeten
rapporten met gegevens uit meerdere onderzoeken opnieuw handmatig worden gegenereerd zodat
alle beschikbare onderzoeken voor de patiënt daar ook in worden opgenomen.
Let op: Elke patiënt heeft een ID die bestaat uit Naam, Geboortedatum, Patiënt-ID en Verstrekker
van ID. Om een onbedoelde automatische samenvoeging van patiëntrecords te voorkomen, moet
u wanneer patiënten worden gekopieerd, overgebracht, opgehaald uit een archief of hersteld vanuit
een back-up CONTROLEREN of er een unieke combinatie van Naam, Geboortedatum, Patiënt-ID en
Verstrekker van ID is.
Voer de Voorgeschreven afstand en Gegevens van proeflens in (Optioneel)
Als dit de eerste gezichtsveldtest is voor de patiënt, voert u de waarden voor Afstandvoorschrift van
de patiënt voor Sferisch, Cilindrisch en As in de betreffende tekstvelden voor elk oog in. Voer als
eerste teken een minteken (–) in voor negatieve voorschriften. Voor verwijdering van ingevoerde
gegevens selecteert u de waarde en vervolgens het pictogram
rode omtrek. Selecteer het tekstveld om een foutbericht te bekijken. Eerder ingevoerde waarden van
voorschriften worden automatisch weergegeven.
Proeflenswaarden worden door de HFA3 automatisch berekend en weergegeven. U kunt de
proeflenswaarde handmatig negeren door de gewenste waarde in te typen, die vervolgens blauw
wordt weergegeven. Zie
'De proeflens bepalen', op pagina B-1
proeflenswaarden.
Proeflenswaarden worden gelabeld met Liquid Trial Lens als het instrument voorzien is van het
vloeibare-proeflenssysteem in plaats van de handmatige-proeflenshouder. Deze functionaliteit is
alleen mogelijk op model 860 en past de lens automatisch aan het ingevoerde voorschrift aan. De
Liquid Trial Lens corrigeert geen cilindervoorschriften maar u bent wel in staat om
cilindervoorschriften om te zetten in een sferisch equivalent binnen het bereik van +8,00 tot –8,00
D (dioptrie). Voor proeflenscorrectie inclusief cilindrische correctie of voor bereik-overschrijdende
waarden dienen handmatige proeflenzen gebruikt te worden (zie
de handmatige proeflenshouder (alleen model 860)', op pagina
proeflenzen te gebruiken voor cilindrische refractie-afwijkingen >1,75 D.
Gebruiksaanwijzing HFA3
Instellen en testen
kunnen
records
worden
gebruikt
om twee patiëntrecords samen te voegen. U kunt
voor handmatige berekening van
'Vervang de Liquid Trial Lens door
4-6). Wij adviseren om handmatige
2660021166138 Rev. A 2019-01
4-3
waarin
belangrijke
'Patiënten
. Ongeldige invoer heeft een
Advertenties
Inhoudsopgave
