B-2
Leeftijd
Afstand R
-0,50
Jonger dan
Geen
30
proeflens
nodig
30–39
+0,50 D
40–44
+1,00 D
45–49
+1,50 D
50–54
+2,00 D
55–59
+2,50 D
60 en
+2,75 D
ouder
Tabel B-2 Testen van correctie met sferische proeflens voor centraal gezichtsveld bij patiënten met myopie
De proeflens bepalen
is
Afstand R
is
Afstand R
is
x
x
x
-1,00
-1,50
Geen
Geen
proeflens
proeflens
nodig
nodig
Geen
Geen
proeflens
proeflens
nodig
nodig
+0,50 D
Geen
proeflens
nodig
+1,00 D
+0,50 D
+1,50 D
+1,00 D
+2,00 D
+1,50 D
+2,25 D
+1,75 D
Opmerking: Als de patiënt aan afakie lijdt of een hoge refractiesterkte nodig heeft, zoals +8,00 D,
bieden contactlenzen mogelijk de beste omstandigheden voor het testen van het gezichtsveld.
Gebruiksaanwijzing HFA3
Afstand R
is
Afstand R
is
Afstand R
x
x
-2,00
-2,50
Geen
Geen
proeflens
proeflens
proeflens
nodig
nodig
Geen
Geen
proeflens
proeflens
proeflens
nodig
nodig
Geen
Geen
proeflens
proeflens
proeflens
nodig
nodig
Geen
Geen
proeflens
proeflens
proeflens
nodig
nodig
+0,50 D
Geen
proeflens
proeflens
nodig
+1,00 D
+0,50 D
proeflens
+1,25 D
+0,75 D
proeflens
Ga naar Inhoud
is
Afstand R
x
-3,00
meer dan -3,00
Geen
(Afst. R
) + (+3,25 D) voor proeflens
x
nodig
Geen
(Afst. R
) + (+3,25 D) voor proeflens
x
nodig
Geen
(Afst. R
) + (+3,25 D) voor proeflens
x
nodig
Geen
(Afst. R
) + (+3,25 D) voor proeflens
x
nodig
Geen
(Afst. R
) + (+3,25 D) voor proeflens
x
nodig
Geen
(Afst. R
) + (+3,25 D) voor proeflens
x
nodig
Geen
(Afst. R
) + (+3,25 D) voor proeflens
x
nodig
2660021166138 Rev. A 2019-01
x