Beelden naar de andere camera verzenden
66
Selecteer [Beeldf. wijz.].
5
Stel dit naar wens in.
Selecteer op het getoonde scherm
een beeldformaat en druk vervolgens
op <0>.
Selecteer [Verzend.].
6
De beelden worden verzonden.
Wanneer de overdracht is voltooid,
wordt het scherm van stap 1 weer
weergegeven.
Verbreek de Wi-Fi-verbinding.
7
Druk op de knop <M> om het
bevestigingsdialoogvenster weer
te geven. Selecteer [OK] en druk
vervolgens op <0> om de Wi-Fi-
verbinding te verbreken.