Meerdere verbindingsinstellingen vastleggen
U kunt maximaal 20 verbindingsinstellingen voor de Wi-Fi-functie vastleggen.
Als u verbindingsinstellingen wilt verwijderen, raadpleegt u pag. 132.
130
Selecteer [Wi-Fi-functie].
1
Selecteer [Wi-Fi-functie] op
het scherm [Inst. draadloze
communicatie] en druk
vervolgens op <0>.
Selecteer een item.
2
Als het scherm links verschijnt,
druk dan op de toetsen <Y> <Z> om
van scherm te wisselen.
Selecteer het item waarmee via Wi-Fi
opnieuw verbinding moet worden
gemaakt op het scherm links en druk
op <0>.
Zie voor [z] (Beelden tussen camera's
verzenden) "Via Wi-Fi verbinden met
een andere camera" (pag. 59).
Voor informatie over [q] (Verbinden met
smartphone) raadpleegt u "Verbinden
met een smartphone via Wi-Fi vanaf het
menu [Wi-Fi-functie]" (pag. 33).
Zie voor [D] (Afstandsbediening
(EOS Utility)), "Via Wi-Fi verbinden met
EOS Utility" (pag. 75).
Voor [l] (Afdrukken van Wi-Fi-printer)
raadpleegt u "Verbinden met een printer
via Wi-Fi" (pag. 81).
Zie bij het verzenden van beelden naar
een webservice "Instellingen voor het
gebruik van webservices configureren"
(pag. 95).