8.3 Installatie
Waarschuwing
Installeer nooit een beschadigde aandrij-
ving.
Houd de installatie- en bedieningsinstruc-
N.B.
ties voor de doseerpomp aan.
8.3.1 Algemene opmerkingen over het installeren
•
Verwijder eventueel anti-corrosiemiddel (dat is
gebruikt voor opslagdoeleinden) en breng in
plaats hiervan vet aan.
•
Controleer de kabeldoorvoeren en dummyplug-
gen op lekdichtheid.
•
Draai de kapschroeven aan zodat ze allemaal
even vast zitten.
•
Bescherm de aandrijving tegen weersinvloeden
(bijv. d.m.v. een overkapping).
•
Geen touwen, haken o.i.d. direct aan de aandrij-
ving bevestigen.
•
Door continue overbelasting en blokkade van de
aandrijving raakt deze beschadigd.
•
Vonkonderdrukkende condensatoren kunnen de
stabiliteit van de draairichting van de aandrijving
op nadelige wijze beïnvloeden en schade tot
gevolg hebben.
Kabeldoorvoeren
•
Let er bij het opslaan, installeren en inbedrijfstel-
len van de servomotor op dat de kabeldoorvoe-
ren correct zijn afgedicht. Er mogen uitsluitend
kabels worden gebruikt die correct zijn voor de
diameter van de kabeldoorvoer.
Installeren van de kap
•
Bij het installeren van de kap moet u er voor zor-
ger dat de O-ringen onder de kapschroeven en
de O-ring in de aandrijfbehuizing goed zijn gepo-
sitioneerd.
•
Het aansluitvlak van de kap mag geen beschadi-
gingen hebben.
•
Draai de kapschroeven gelijkmatig aan.
Behuizing/kap
•
Er mogen geen extra gaten worden geboord in
de behuizing van de aandrijving of de kap.
10
9. Elektrische aansluitingen
9.1 Algemene waarschuwingen en
opmerkingen omtrent de elektrische
aansluiting
Neem de leveranciershandleiding "TBasic_BA" in
acht voor de Servomotor die wordt meegeleverd met
het product.
Waarschuwing
Elektrische aansluitingen mogen uitslui-
tend worden gerealiseerd door gekwalifi-
ceerd personeel.
Koppel de servomotor los van de voeding
voordat u de behuizing opent.
Houd de lokale veiligheidsregelgeving
aan. Kabelaansluitingen en stekers
beschermen tegen corrosie en vocht.
Waarschuwing
De geldende regelgeving moet worden
aangehouden bij het realiseren van de
elektrische installatie en inbedrijfstelling.
Waarschuwing
Beschermende maatregelen moeten zijn
genomen overeenkomstig de relevante
VDE-richtlijnen en regelgeving van het
elektriciteitsbedrijf. Met name
VDE richtlijn 0105, "Werken aan elektri-
sche installaties" moet worden aangehou-
den.
Waarschuwing
Alle elementen, zoals schakelaarnokken,
schakelaars, potentiometers, relais etc.
zijn af fabriek bedraad. De interne bedra-
ding mag nooit worden gemodificeerd.
Waarschuwing
De klemmen op de grenswaardeschake-
laars staan onder spanning wanneer de
schakelaar sluit.
Waarschuwing
Houd rekening met het volgende voor
explosiebeveiligde servomotoren en pom-
pen.
Explosiegevaar!
Gebruik uitsluitend sterke kabelwartels die
geschikt zijn voor de kabeldiameter.
Breng geschikte kappen aan op onge-
bruikte openingen.
Schakelnokken en grenswaardeschake-
Voorzichtig
laars zijn af-fabriek ingesteld en mogen
niet worden gewijzigd.