12. VEILIGHEIDSINSTRUCTIES VOOR REPARATIES
OPMERKING
Het hoofdstuk 'Veiligheidsinstructies voor reparaties' bevat veiligheidsinstructies en geen instructies voor het
uitvoeren van reparaties. Naast de algemene veiligheidsregels voor reparatiewerkzaamheden wijzen ze op gevaren
die kunnen ontstaan tijdens reparatiewerkzaamheden en geven ze instructies ter voorkoming van schade aan de
wiellader bij het uitvoeren van reparaties. Specifieke instructies voor reparatiewerkzaamheden worden niet
gegeven in deze handleiding.
12.1 Algemene veiligheidsregels voor reparaties
Handleiding
Voer reparaties alleen uit als u de handleiding heeft gelezen en begrepen.
Let vooral op:
•
de algemene veiligheidsvoorschriften.
•
de algemene veiligheidsvoorschriften voor onderhoud en inspecties.
•
alle waarschuwings- en informatieaanduidingen op de wiellader.
•
het feit dat de omschrijving van werkprocessen alleen het benodigde advies geeft voor ervaren vakpersoneel.
•
het feit dat de handleiding altijd aanwezig moet zijn in de wiellader.
Monteurs
•
Monteurs die de reparaties uitvoeren, moeten over vakkennis en ervaring beschikken in het repareren van
deze of vergelijkbare wielladers.
•
Als ze geen vakkennis hebben, moet grondige training worden gegeven door ervaren personeel.
De scharnierende verbinding blokkeren
•
Bij het uitvoeren van reparaties in de buurt van de scharnierende verbinding, moet deze altijd worden
vastgezet met de schaarbescherming.
•
Verwijder de bescherming na het voltooien van de reparaties.
Afgesloten drukapparatuur
Afgesloten drukapparatuur (bijv. drukaccumulatoren) niet openen, maar altijd volledig vervangen.
Onderdelen verwijderen
•
Verbrandingsgevaar door hete onderdelen of vloeistoffen. Onderdelen van wielladers niet bij
bedrijfstemperatuur verwijderen.
•
Laat de druk af van leidingen, slangen, cilinders, radiateurs, tanks voor hydraulische olie, drukvaten en andere
systemen of onderdelen vóór aanvang van de werkzaamheden.
•
Vervang defecte onderdelen op tijd.
•
Reinig onderdelen zorgvuldig voor u ze verwijdert.
•
Markeer gedemonteerde onderdelen in de juiste volgorde om fouten tijdens het hermonteren te voorkomen.
•
Bij het verwijderen van een onderdeel moeten blootgestelde verbindingen, gaten en behuizingen zorgvuldig
worden afgedicht om te voorkomen dat er vuil binnendringt.
Pagina 84/88
T13| Bedieningshandleiding
Juni 2021