Keuzeknop
De camera biedt u de keuze uit de volgende opnamestanden:
❚❚ Standen P, S, A en M
Selecteer deze standen om de camera volledig naar wens te kunnen instellen.
P—Geprogram. automatisch (0 81): de camera
kiest de sluitertijd en het diafragma, de
gebruiker bepaalt de andere instellingen.
S—Sluitertijdvoorkeuze (0 82): kies een korte
sluitertijd voor een actie-opname en een lange
sluitertijd om een onderwerp in beweging
onscherp te maken zodat u kunt zien dat het
beweegt.
❚❚ Automatische standen
Selecteer deze standen voor eenvoudige,
"richten en schieten"-fotografie.
i Automatisch (0 28): de camera maakt automatisch
de juiste instellingen voor een optimaal resultaat
met "richten en schieten"-eenvoud. Aanbevolen
voor wie voor het eerst een digitale camera gebruikt.
j Automatisch (flitser uit) (0 28): zoals hierboven, maar
de flitser zal zelfs bij slechte belichting niet flitsen.
❚❚ Onderwerpsstanden
Wanneer u een onderwerpsstand selecteert, worden de instellingen automatisch voor
het geselecteerde onderwerp geoptimaliseerd.
k Portret (0 34): neem portretten met de ach-
tergrond in zachte focus.
l Landschap (0 34): behoud details in
landschapsopnamen.
p Kinderen (0 34): om foto's van kinderen te
nemen. De details van de kleding en de
achtergrond worden levendig weergegeven
terwijl de huidtinten zacht en natuurlijk
blijven.
A—Diafragmavoorkeuze (0 83): stel het
diafragma in om achtergronddetails te
verzachten of vergroot de scherptediepte om
zowel op het hoofdonderwerp als de
achtergrond scherp te stellen.
M—Handmatig (0 84): stel de sluitertijd en het
diafragma in op uw creativiteit.
m Sport (0 34): leg beweging scherp vast voor
dynamische sportfoto's.
n Close-up (0 35): neem levendige close-ups
van bloemen, insecten en andere kleine
voorwerpen.
o Nachtportret (0 35): neem portretten tegen
een donkere achtergrond.
h (andere onderwerpen; 0 33): andere
onderwerpen kunnen worden geselecteerd
met de instelschijf.
X
5