Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Belichting

Lichtmeting

Kies hoe uw camera de belichting in de standen P, S, A en M instelt (in andere standen
selecteert de camera de lichtmeting automatisch).
1
Plaats de cursor in het informatiescherm.
Druk op de R-knop wanneer er geen opname-informatie op de monitor wordt
weergegeven. Druk op de P-knop om de cursor in het informatiescherm te plaatsen.
R-knop
2
Geef de lichtmeetopties weer.
Markeer de huidige lichtmeetmethode in het
t
informatiescherm en druk op J.
3
Selecteer een lichtmeetmethode.
Markeer een van de volgende opties en druk op J.
Methode
L Matrixmeting
M Centrumgericht
N Spotmeting
88
Informatiescherm
Produceert natuurlijke resultaten in de meeste situaties. De camera gebruikt
een 420-pixel RGB-sensor om een breed veld van het beeld te meten en stelt
de belichting volgens de verdeling van toonwaarden, kleur en compositie in
met type G of D-objectieven (0 194) en afstandsinformatie (3D-
kleurenmatrixmeting II; bij andere CPU-objectieven gebruikt de camera
kleurenmatrixmeting II waarbij de 3D-afstandsinformatie niet is inbegrepen).
De camera meet het hele beeld maar kent het meeste gewicht toe aan
een gebied in het midden. Klassieke meetmethode voor portretten;
aanbevolen wanneer u een filter gebruikt met een belichtingsfactor
(filterfactor) van meer dan 1×.
De camera meet het huidige scherpstelpunt; voor het meten van de
belichting van onderwerpen buiten het midden (als Automatisch veld-
AF is geselecteerd voor AF-veldstand, zoals beschreven op pagina 56,
meet de camera de belichting van het middelste scherpstelpunt). Zorgt
ervoor dat het onderwerp correct belicht wordt, ook als de achtergrond
veel lichter of donkerder is.
P-knop
Beschrijving

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave