� Haal de elektrode uit de elektrodehouder of snij de lasdraad los bij
het uiteinde als ze niet gebruikt worden.
� Draag lichaamsbescherming die is gemaakt van duurzaam vuur-
bestendig materiaal (leer, zware katoen, wol). Lichaamsbescher-
ming houdt ook olievrije kleding in zoals leren handschoenen, een
zwaar overhemd, een broek zonder omslag, hoge schoenen en
een pet.
� Zorg ervoor dat u geen brandbare voorwerpen zoals aanstekers
of lucifers bij u draagt als u gaat lassen.
� Inspecteer de omgeving als u klaar bent met uw werk om er zeker
van te zijn dat er geen vonken, gloeiende sintels en vlammen zijn.
� Alleen de juiste zekeringen of contactverbrekers gebruiken; geen
zwaardere nemen of deze doorverbinden.
� Volg de richtlijnen van OSHA 1910.252 (a) (2) (iv) en NFPA 51B
voor het "warme" werk en een brandblusapparaat in de nabijheid
hebben.
� Lees de Materiaalveiligheidsinformatiebladen en de instructies
van de fabrikant voor hechtmiddelen, coatings, schoonmaakmid-
delen, slijtdelen, koelmiddelen, ontvetters, fluxpoeder en metalen
en zorg dat u alles goed begrijpt.
LAWAAI kan het gehoor aantasten.
Lawaai van bepaalde werkwijzen of apparatuur
kan uw gehoor aantasten.
� Draag goedgekeurde gehoorbescherming als het
geluidsniveau te hoog is.
ELEKTRISCHE EN MAGNETISCHE
VELDEN kunnen van invloed zijn op
geïmplanteerde medische
apparatuur.
� Mensen die een pacemaker of een ander geïm-
planteerd medisch apparaat dragen, moeten uit de buurt blijven.
1-3.
Extra gevaren voor installatie, bediening en onderhoud
BRAND- EN EXPLOSIEGEVAAR
� Installeer of plaats het apparaat niet op, boven of
vlakbij ontbrandbare oppervlakken.
� Het apparaat niet in de buurt van brandbare stoffen
installeren.
� Overbelast de bedrading van het gebouw niet- controleer of het
voedingsnet sterk genoeg is, goed beschermd is en dit apparaat
aan kan.
VALLENDE APPARATUUR kan letsel
veroorzaken.
� Til het systeem alleen aan het hijsoog en aan goed
geïnstalleerde toebehoren op, NIET aan de gasci-
linders. Het maximale hefvermogen van het hijs-
oog niet overschrijden (zie: Technische gegevens).
� Gebruik de juiste procedures en hijsapparatuur met voldoende ca-
paciteit om het apparaat op te tillen en te ondersteunen.
� Als u hefvorken gebruikt om het apparaat te verplaatsen, zorg er
dan voor dat de vorken zo lang zijn, dat ze aan de andere kant on-
der het apparaat uitsteken.
� Let er bij het werken in de open lucht op dat kabels en snoeren
niet in aanraking kunnen komen met rijdende voertuigen.
� Volg bij het handmatig optillen van zware onderdelen of appara-
tuur de Amerikaanse ARBO-richtlijn getiteld Applications Manual
for the Revised NIOSH Lifting Equation (Publication No. 94–110).
� Mensen die een geïmplanteerd medisch apparaat dragen, moeten
hun arts en de fabrikant van het apparaat raadplegen voordat ze
in de buurt komen van werkzaamheden met booglassen, puntlas-
sen, gutsen, plasmaboogsnijden of inductieverwarmen.
GASFLESSEN kunnen exploderen
als ze beschadigd raken.
Persgasflessen bevatten gas dat onder hoge druk
staat. Als een gasfles beschadigd raakt, kan deze
exploderen. Aangezien gasflessen normaal ge-
sproken een onderdeel zijn van de lasprocedure, moet u er voorzich-
tig mee omgaan.
� Bescherm gasflessen tegen hoge temperaturen, mechanische
schokken, slak, open vuur, vonken en vlambogen.
� Plaats de gasflessen rechtop in een rek of in de laskar zodat ze
niet kunnen vallen of omkantelen.
� Houd de flessen uit buurt van alle las- of andere stroomkringen.
� Hang nooit een elektrodehouder boven een gasfles.
� Laat een laselektrode nooit in aanraking komen met een gasfles.
� Las nooit op een gasfles onder druk. - een explosie zal het gevolg
zijn.
� Gebruik het juiste beschermgas, reduceerventielen, slangen en
hulpstukken die speciaal bedoeld zijn voor een bepaalde toepas-
sing; onderhoud deze en bijhorende onderdelen goed.
� Draai uw gezicht weg van de uitgang van het ventiel wanneer u
het cilinderventiel opent. Niet vóór of achter de regelaar gaan
staan wanneer u het ventiel opent.
� Laat de beschermende dop over het ventiel zitten, behalve als de
fles gebruikt wordt of aangesloten is voor gebruik.
� Gebruik de juiste apparatuur, de juiste procedures en een vol-
doende aantal personen om gasflessen te tillen, verplaatsen en
vervoeren.
� Lees en volg de instructies op de flessen met gecomprimeerd gas,
bijbehorend materiaal en de CGA publicatie P-1 die in de Veilig-
heidsvoorschriften staat.
OVERVERHITTING kan schade aan
de motor veroorzaken.
� Zet de installatie uit of koppel hem los voordat u de
machine aan- of uitzet.
� Pas op: een laag voltage en lage frequentie ver-
oorzaakt door lage snelheid van de motor kunnen elektrische mo-
toren beschadigen.
� Alleen bedieningsapparatuur gebruiken geschikt voor een elek-
trisch vermogen van 60 of 50/60 H.
RONDVLIEGENDE LASSPATTEN
kunnen letsel veroorzaken.
� Draag gezichtsbescherming voor ogen en gezicht
te beschermen.
� Slijp de wolfraam elektrode alleen met een slijper
die voorzien is van de juiste beschermkast en die op een veilige
locatie staat. Draag tijdens het slijpen de nodige gezichts-, hand-
en lichaamsbescherming.
� Vonken kunnen brand veroorzaken - brandbare stoffen uit de
buurt houden.
BEWEGENDE ONDERDELEN
kunnen letsel veroorzaken.
� Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen
� Blijf
uit
de
aandrijfrollen.
buurt
van
afknijppunten
zoals
OM-231242 Pagina 3