Waarschuwing (alleen voor driefasepompen)
Bij een waarschuwing verschijnt de oorzaak in dit display.
Mogelijke oorzaken:
•
Geen waarschuwingsmelding
•
Signaal van opnemer buiten signaalbereik
•
Smeer de motorlagers opnieuw (alleen voor 11-22 kW),
zie paragraaf
18.2
•
Vervang de motorlagers, zie paragraaf
•
Vervang varistor (alleen voor 11-22 kW), zie paragraaf 18.4.
Een waarschuwingsmelding verdwijnt automatisch als de storing
eenmaal is verholpen.
8.1.4 Overzicht van storingen en waarschuwingen
Voor zowel storingen als waarschuwingen heeft de R100 een
overzichtsfunctie.
Storingsoverzicht
Bij "storingen" zullen de laatste vijf storingsmeldingen in het over-
zicht verschijnen. "Storingsoverzicht 1" toont de laatste storing,
"Storingsoverzicht 2" toont de op één na laatste storing, etc.
Het bovenstaande voorbeeld geeft deze informatie:
•
de storingsmelding Onderspanning
•
de storingscode (73)
•
het aantal minuten dat de pomp aangesloten is geweest op de
voeding sinds de storing ontstond, 8 min.
Waarschuwingsoverzicht (alleen voor driefasepompen)
Bij "waarschuwingen" zullen de laatste vijf waarschuwingsmeldin-
gen in het log verschijnen. "Waarschuwingsoverzicht 1" toont de
laatste waarschuwing, "Waarschuwingsoverzicht 2" toont de op
één na laatste waarschuwing, etc.
Het bovenstaande voorbeeld geeft deze informatie:
•
de waarschuwingsmelding Smeer de motorlagers opnieuw
•
de storingsscode (240)
•
het aantal minuten dat de pomp aangesloten is geweest op de
voeding sinds de storing ontstond, 30 min.
8.2 STATUS menu
In dit menu wordt alleen de status weergegeven. Het is hier niet
mogelijk waarden in te stellen of te wijzigen.
De weergegeven waarden zijn de waarden die van toepassing
waren toen de laatste communicatie tussen de pomp en de R100
plaatsvond. Als een statuswaarde moet worden ge-update, richt
de R100 dan op het bedieningspaneel en druk op "OK".
Als een parameter, bijv. toerental, continu dient te worden opge-
roepen, druk dan steeds op "OK" gedurende de periode waarin
de betreffende parameter dient te worden gecontroleerd.
De tolerantie van de weergegeven waarde wordt onder elk dis-
play vermeld. De toleranties worden vermeld als een leidraad in
% van de maximale waarden van de parameters.
8.2.1 Actuele gewenste waarde
18.3
Tolerantie: ± 2 %
Dit display toont de actuele gewenste waarde en de externe
gewenste waarde in % van het bereik vanaf minimale waarde tot
de ingestelde gewenste waarde, zie paragraaf
externe gewenste
8.2.2 Bedrijfsmodus
Dit display toont de actuele bedrijfsmodus (Stop, Min., Normaal
(bedrijf) of Max.). Bovendien toont dit waar deze bedrijfsmodus
werd geselecteerd (R100, Pomp, Bus, Extern of Extern.).
8.2.3 Actuele waarde
Dit display toont de waarde die daadwerkelijk wordt gemeten met
een aangesloten opnemer.
Als er geen opnemer aan de pomp is gekoppeld verschijnt "-" in
het display.
8.2.4 Toerental
Tolerantie: ± 5 %
Het actuele toerental van de pomp verschijnt in dit display.
12. Signaal van
waarde.
21