Figuur 58
1. Aftapplug motorolie
2. Verwijder het oliefilter (Figuur 59).
Figuur 59
1. Motoroliefilter
3. Smeer een dun laagje schone olie op de pakking
van het nieuwe filter en plaats het oliefilter. Niet te
strak vastdraaien.
4. Vul het carter bij met olie; zie Motoroliepeil
controleren.
Onderhoud
brandstofsysteem
In bepaalde omstandigheden zijn
dieselbrandstof en brandstofdampen
uiterst ontvlambaar en explosief. Brand of een
explosie van brandstof kan brandwonden of
materiële schade veroorzaken.
• Gebruik een trechter of tuit; brandstof
uitsluitend in de open lucht bij een afgezette
of koude motor bijvullen. Eventueel
gemorste brandstof opnemen.
• Vul de brandstoftank niet helemaal. Vul de
brandstoftank tot maximaal 2,5 cm vanaf
de onderkant van de vulbuis. Dit geeft de
brandstof in de tank ruimte om uit te zetten.
• Rook nooit wanneer u met brandstof bezig
bent en houd de brandstof weg van open
vlammen of vonken.
• Bewaar de brandstof in een schone, veilige
en goedgekeurde container en zorg dat de
dop op zijn plaats blijft.
Onderhoud van de
brandstoftank
Onderhoudsinterval: Om de 2 jaar—Brandstoftank
aftappen en reinigen.
De tank moet worden afgetapt en gereinigd als het
brandstofsysteem vervuild raakt of wanneer de machine
voor langere tijd wordt opgeslagen. Gebruik schone
brandstof om de tank uit te spoelen.
Brandstofleidingen en
-verbindingen controleren
Onderhoudsinterval: Om de 400 bedrijfsuren/Jaarlijks
(houd hierbij de kortste periode aan)
De leidingen en aansluitingen controleren op slijtage,
beschadigingen of loszittende verbindingen.
Waterafscheider aftappen
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
1. Plaats een schone opvangbak onder het
brandstoffilter.
46