40
Alle apparaten staan toewijzing van een exemplaarnummer toe in
de optie Configureren. Stel unieke exemplaarnummers in voor
identieke apparaten in het netwerk, zodat de unit deze van elkaar
kan onderscheiden. De optie Gegevens toont alle gegevens die
door het apparaat worden uitgevoerd.
Sommige apparaten tonen extra opties die specifiek zijn voor het
apparaat.
Ú Notitie:
Een exemplaarnummer instellen voor een product van
derden is meestal niet mogelijk.
Diagnose
Nuttige informatie voor het vaststellen van een probleem met het
netwerk.
Ú Notitie:
De volgende informatie duidt niet altijd op een
probleem dat eenvoudig kan worden opgelost met een kleine
wijziging in de netwerkstructuur of in de aangesloten
apparaten en hun activiteit in het netwerk. Rx- en Tx-fouten
geven waarschijnlijk problemen met het fysieke netwerk aan.
Dit zijn problemen die kunnen worden opgelost door een
connector te vervangen/repareren, een backbone- of
netwerkkabel in te korten of het aantal netwerkknooppunten
(apparaten) te verminderen.
Busstatus
Geeft aan of de bus van stroom wordt voorzien, niet per se of deze
verbonden is met of meerdere gegevensbronnen. Als echter wordt
weergegeven dat de bus niet is ingeschakeld ("Off"), maar de
stroom wel is ingeschakeld en het aantal fouten blijft oplopen, is er
mogelijk iets mis met de stekker of het kabelnetwerk.
Software
installeren| A2004 Gebruikershandleiding