Probleem
Symptoom
Scherpstel-
signaal is rood.
Foto's zijn
niet scherp.
Opnamen zijn
zonder flits
binnen of bij
weinig licht
gemaakt.
Bij gebruik
van de flitser-
Onderwerp buiten het flitsbereik
zijn de opna-
(blz. 62).
men te don-
ker.
Bij langdurig gebruik stijgt de temperatuur van de camera. Houd daar rekening mee wanneer u de
camera, de batterijen of de geheugenkaart vastpakt.
Werkt de camera niet naar behoren of verschijnt er een foutmelding, schakel hem dan uit, verwijder
en herplaats de batterijen of verbreek en herstel de netstroomverbinding. Is de camera door langdu-
rig gebruik heet geworden, wacht dan totdat hij is afgekoeld voordat u de voeding verwijdert of ont-
koppelt. Schakel de camera altijd uit met de hoofdschakelaar, anders kan de geheugenkaart bescha-
digd raken en worden de camera-instellingen op de standaard instellingen teruggezet.
Oorzaak
Onderwerp te dichtbij.
Camera staat in de
macrostand
In de onderhavige situatie
kan er niet goed worden
scherpgesteld (blz. 25).
Lange sluitertijden geven
wanneer de camera in de
hand wordt gehouden tril-
lingsonscherpte.
Oplossing
Let er op dat het onderwerp
zich binnen het AF-bereik
bevindt (blz. 24) of gebruik de
macro-stand (blz. 35).
Verlaat de macro-instelling
(blz. 35).
Gebruik de scherpstelvergren-
deling om op een object op
dezelfde afstand als het onder-
werp in te stellen (blz. 24), of
stel handmatig scherp (blz. 57).
Gebruik een statief, stel de
cameragevoeligheid hoger in
(blz. 62) of gebruik de flitser
(blz. 26).
Ga dichter bij het onderwerp of
stel de cameragevoeligheid
hoger in (blz. 62).
107