De toestand van het apparaat en de accessoires controleren
Inspecteer het apparaat op vuil en verontreiniging, voornamelijk in de aansluitbus voor de elektrodenconnector en
rond de opening voor de batterij. (Zie het gedeelte "Reinigen" in dit hoofdstuk van deze handleiding voor begeleiding
in verband met het schoonmaken van de AED.)
Inspecteer de display van het apparaat op schade. Zoek naar scheurtjes of andere tekenen van schade op de
behuizing, voornamelijk rond de aansluitbus voor de connector.
Als er scheurtjes of andere tekenen van schade zichtbaar zijn, neem dan de AED uit bedrijf en neem contact op met
een erkend servicecentrum.
Elektroden vervangen
De Defibtech defibrillatie-elektroden zijn uitsluitend bedoeld voor eenmalig gebruik. De elektroden moeten telkens
na gebruik, of als de verpakking is beschadigd, worden vervangen.
De defibrillatie-elektroden van de AED van de DDU-2000-reeks worden in een verzegelde zak geleverd, en de
connector en een deel van de kabel steken eruit. De AED van de DDU-2000-reeks is ontworpen om opgeborgen
te worden met geïnstalleerde elektrodenkabel. Hierdoor kunnen de elektroden bewaard worden terwijl ze reeds
aangesloten zijn, waardoor ze tijdens een noodsituatie snel kunnen worden ingezet.
U mag de defibrillatie-elektroden PAS OPENEN en uit het
verzegelde pak halen wanneer de elektroden gebruikt gaan worden.
Het pak mag uitsluitend onmiddellijk voor gebruik geopend worden,
anders zullen de elektroden uitdrogen en onbruikbaar worden.
WAARSCHUWING
STAP 1: inspecteer de elektroden – u moet eerst controleren of de vervaldatum van het elektrodenpak niet is
verstreken. Gebruik de elektroden niet na de vervaldatum. Gooi elektroden waarvan de vervaldatum is verstreken,
weg. Controleer vervolgens of het elektrodenpak niet gescheurd, geopend of beschadigd is. Gooi de elektroden
weg als het pak geopend of beschadigd is. Inspecteer de elektrodenkabels en vervang de elektroden in geval van
knikken, insnijdingen of breuken.
STAP 2: sluit de elektroden aan op het apparaat – steek de connector van de defibrillatie-elektrodenkabel in de
aansluitbus voor de elektrodenconnector linksboven op de AED van de DDU-2000-reeks, zoals afgebeeld. Druk de
elektrodenconnector stevig aan totdat hij goed in het apparaat zit.
STAP 3: bewaar de elektroden aan de achterkant van het apparaat – het elektrodenpak kan vervolgens in het
hiervoor bestemde opbergvak aan de achterkant van de AED van de DDU-2000-reeks opgeborgen worden. Nadat
de elektrodenconnector op het toestel is aangesloten, duwt u de set elektroden, met de ronde kant voorop en
de afbeeldingen op het pak naar boven en naar buiten, in de elektrodenhouder aan de achterkant van de AED.
Wanneer de set elektroden is geplaatst, drukt u de elektrodenkabel in de uitsparing aan de achterkant van het
toestel om de kabel op zijn plaats te houden en duwt u overtollige kabel achter de set elektroden.
De defibrillatie-elektroden zijn uitsluitend bedoeld voor
eenmalig gebruik en moeten weggegooid worden na
gebruik of als het pak geopend is.
WAARSCHUWING
37
DAC-E2510NL-BA