Inhoudsopgave
Advertenties
Handmatig de belichting instellen
Meer opnameopties
Stel de belichting bij als een onderwerp onderbelicht is (bijvoorbeeld wanneer
onderwerpen met achtergrondverlichting in het beeld te donker overkomen) of overbelicht
is (bijvoorbeeld wanneer fel verlichte onderwerpen worden opgenomen en deze in het
beeld te helder of te licht overkomen).
Belichtingsvergrendeling
1. Zet de camcorder in de bedieningsstand
en draai de programmakeuzeschakelaar naar een andere stand dan
.
De belichting kan niet worden gewijzigd bij gebruik van het opnameprogramma
Vuurwerk (SCN).
2. Druk (
) op de meerkeuzeschakelaar naar EXP.
• Op het scherm verschijnen de indicator
de neutrale waarde "±0".
• Als u tijdens belichtingsvergrendeling de zoom bedient, kan de helderheid van het
beeld veranderen.
De belichting aanpassen
Tijdens belichtingsvergrendeling:
Stel, indien nodig, met (
• Het instelbereik hangt af van de helderheid van het beeld zoals die was op het
moment dat u de belichting vergrendelde.
• Door (
) op de meerkeuzeschakelaar in te drukken wordt de
belichtingsvergrendeling geannuleerd en keert de camcorder terug naar de vorige
instelling.
voor instelling van de belichting en
) de helderheid van het beeld bij.
Programmakeuzeschakelaar
Meerkeuzeschakelaar/
belichtingstoets (EXP)
of
Ne
51
Advertenties
Inhoudsopgave
