8.6.2
8.6.3
110-0002-07NL
De met behulp van de draaiknop gasfleskeuze (Afb. 95, pos. 1) gekozen be-
drijfsfles wordt eerst geleegd. Zodra de bedrijfsfles leeg is en als de af-
standsindicatie ingeschakeld is, begint het rode controlelampje te branden
(Afb. 95, pos. 4).
De gasdrukregelaar schakelt automatisch over op de reservefles.
Ingebruikname van de Truma DuoControl CS
1. De afsluitkraan van de gasfles (Afb. 95, pos. 5) openen.
2. Druk de groene toets slangbreukbeveiliging (Afb. 95, Pos. 4) krachtig in.
3. Eventueel – bijv. na inbouw of onbedoeld terugslag van de gasfles naar
de DuoControl CS – voor de reset van de actuator van de botssensor de
groene resetknop (Afb. 95, pos. 3) indrukken.
Gasflessen vervangen bij de Truma DuoControl CS
→ De klant mag alleen de aansluiting tussen de drukregelaar en de gasfles
tot stand brengen. Alle overige werkzaamheden mogen uitsluitend door
een servicewerkplaats uitgevoerd worden!
→ Explosiegevaar! Vervang gasflessen nooit bij het licht van een aansteker
of andere open lichtbronnen!
→ Ook in een gasfles waarvan men denkt dat hij leeg is, bevindt zich altijd
nog een restje gas. Wees daarom altijd uiterst voorzichtig bij het verwisse-
len van gasflessen!
→ Controleer na het wisselen van de gasflessen of gas aan de aansluitpun-
ten ontsnapt.
→ De gasregelaar uitsluitend met de hand aan of van de gasfles schroe-
ven. Hiervoor mag geen gereedschap gebruikt worden!
→ Bij het vervangen van gasflessen dient erop gelet te worden dat de gas-
slang zich in goede staat bevindt en knikvrij wordt weggelegd!
De DuoControl CS biedt de mogelijkheid om een lege gasfles te vervangen
zonder dat de werking van apparaten op gas onderbroken hoeft te worden,
omdat alle apparaten vanuit de reservefles van gas worden voorzien:
1. Draaiknop gasfleskeuze (Afb. 95, pos 1) 180° in de stand reservefles
draaien.
2. Afsluitkraan van de lege gasfles sluiten. Statusweergave op de af-
standsindicatie (optionele uitrusting) springt op groen (Afb. 95, pos. 5).
3. Hogedrukslang van de gasfles eraf draaien en gasfles verwijderen.
4. Volle gasfles plaatsen, met bevestigingsband vastzetten en hoge-
drukslang op de gasfles schroeven.
5. Afsluitkraan van de volle gasfles openen en drukknop van de slangbreuk-
beveiliging (Afb. 95, pos. 4) indrukken. Statusweergave op de afstandsin-
dicatie (optionele uitrusting) blijft groen (Afb. 95, pos. 5).
6. Na het aansluiten de draaiknop fleskeuze (Afb. 95, pos. 1) kort terug-
draaien naar de volle gasfles om de gasinstallatie met de op gas werken-
de apparaten te ontluchten.
Gasinstallatie
8
111