gebruikte pompen, armaturen, buizen, bufferopslag en de veiligheidstechnische
componenten valt onder de verantwoordelijkheid van het planningsbureau of het
uitvoerende installatiebedrijf. Wij adviseren een minimale nominale buisbreedte
bij de verwarmingsbuizen van: koperen leidingen: 22x1,0 mm of stalen leidingen:
¾¨. Bij koudwaterleidingen is een nominale buisbreedte (koperen buis) van 15x1,0
en een stromingsdruk van 2,0 bar voldoende voor een veilig gebruik. Mogelijke
variant voor de aansluiting van de ambiente a4 H
A
Temperatuurvoeler voor thermische afvoerbeveiliging ½¨ IG
B
Temperatuurvoeler voor thermostaatschakelaar ½¨ IG
C
Terugloop ¾¨ IG
D
Voorloop ¾¨ IG
E
Veiligheidsklep 2,50 - 3,0 bar
F
Ontluchting van de aansluitbuizen
G
Themostaatschakelaar pomp (bijv. firma Afriso, GTK)
H
Thermostaatklep
I
Hydraulische aansluiting van het verwarmingssysteem
J
Bufferopslag
K
Laadunit (bijv. firma ESBE; type LTC 141)
L
Circulatiepomp
M
Vul- en aftapkraan
N
Membraanexpansievat
O
Thermische afvoerbeveiliging (bijv. Watts STS 20/200)
P
Vrije afvoer op bijv. riolering
Q
'Afvoer' veiligheidswarmtewisselaar ½¨ IG
R
'Toevoer' veiligheidswarmtewisselaar ½¨ IG
S
Ontluchting
/
¨ van de warmtewisselaar
3
8
T
Terugslagklep
O op een verwarmingsinstallatie.
2
De maten van de buizen moeten echter ter plaatse door het vakbedrijf worden
vastgesteld, waarbij rekening wordt gehouden met de omstandigheden ter plaatse.
De aansluiting van de ambiente a4 H
voerd. Een bufferopslag moet altijd worden aangesloten! Voor de berekening van
het bufferopslagvolume zijn de 1e en 2e BImSchV (zie '2.2. Technische Gege-
vens' op pagina 7) maatgevend. In deze verordening is vastgelegd dat per kW
watercapaciteit 55 liter bufferopslagvolume beschikbaar moet zijn. In geval van de
ambiente a4 H
O zijn dat: 5,7 kW x 55 l/kW = 341 liter.
2
Aangezien dit geen gebruikelijke maat op de markt is, moet de volgende grootte
bufferopslag worden gekozen met een inhoud van 500 liter.
De volgende voorbeeldberekening kan handig zijn bij het berekenen van de
bufferopslag:
Hierbij werd van het volgende uitgegaan:
• grootte bufferopslag: 500 liter (ongeveer 500 kg water)
• watertemperatuur in de opslag aan het begin: 40 °C
• watertemperatuur in de opslag aan het einde: 70 °C
• temperatuurverschil 30 °C (komt overeen met 30 K)
• tijdens het verwarmen door de ambiente a4 H
afgenomen uit de opslag
Q = c
× m × ∆t
p
kJ
Q = 4,187
kg × K
Q = 62805 kJ
25
O kan volgens afbeelding 14 worden uitge-
2
O wordt geen warmte
2
× 500 kg × 30 K