Gereedschapskist
2.4.2 Boordgereedschap
In elk voertuig is een individuele basisuitrusting boordge-
reedschap en toebehoren aanwezig. De gereedschapskist is los
meegeleverd bij het voertuig.
Bij aflevering bevindt dit zich aan de achterzijde onder het bed.
2.5 Voordat u gaat rijden
2.5.1 Vóór iedere rit
Verkeersveiligheid
• Controleer voor het begin van de reis of de verlichting, de
richtingaanwijzers (accuhoofdschakelaar inschakelen), de
stuurinrichting en de remmen goed functioneren.
• Laat de remmen en de gasinstallatie door een erkend garage-
bedrijf controleren als het voertuig langere tijd heeft stilge-
staan (ca. 10 maanden).
• Zet de verduisteringen van de voorruit en de zijramen volle-
dig open en vast resp. verwijder ze en berg ze weer op (mo-
delafhankelijk), thermisch gordijn
opbergen.
• Buitenspiegels op het voertuig instellen.
• Het dak van het voertuig moet voor vertrek sneeuw- en ijsvrij zijn.
• Controleer regelmatig de bandenspanning voordat u gaat
rijden. Een verkeerde bandenspanning kan leiden tot extra
slijtage of beschadigingen aan de banden of een klapband
veroorzaken (zie ook hoofdstuk "14.5 Banden").
• Controleer vloeistoffen als olie, koelwater, remvloeistof en
ruitenwisservloeistof, en vul deze zo nodig bij.
Rijd pas weg als uw buscamper voldoet aan alle voor-
waarden voor verkeersdeelname.
2. Veiligheid
11
*
zo nodig verwijderen en