Samenvatting van Inhoud voor Hobby SIESTA VAN 2014
Pagina 1
SIESTA VAN • SIESTA • SIESTA ALKOVEN GEBRUIKSAANWIJZING...
Pagina 2
Inleiding Beste camperbezitter, Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van uw nieuwe HOBBY camper. Het in ons gestelde vertrouwen is voor ons aanleiding ernaar te streven onze campers voortdurend te verbeteren, met nieuwe ideeën, technische innovaties en subtiele details. Met compleet uitgeruste en geperfectioneerde modellen willen wij optimale voorwaarden creëren om te kunnen genieten...
00-1 Inleiding Hoofdstuk 1: Inleiding Bandenspanning ............ 04-2 Algemeen ............... 01-1 Profieldiepte ............04-2 Velgen ..............04-3 Vóór het begin van de eerste rit ......01-1 Sneeuwkettingen ........... 04-3 In deze handleiding gebruikte aanduidingen ..01-2 Snelle bandenreparatieset ........04-4 Wiel verwisseln ............
Pagina 4
Inleiding 00-2 6.11 Dakluik opbouw ........... 06-20 Hoofdstuk 10: Inbouwapparatuur 6.12 Zittingen in de cabine ........... 06-22 10.1 Algemeen ............... 10-1 6.13 Zitplaatsen in het woongedeelte ......06-24 10.2 Heteluchtverwarming ..........10-1 6.14 Veiligheidsgordels in het woongedeelte ....06-25 10.3 Koelkast ...............
HOBBY geeft u via uw dealer 5 jaar garantie op dichtheid veiligheidstechnische voorschriften. Ondanks alle voorzorgs- van de camper volgens de garantiebepalingen. Bij aankoop...
Inleiding 01-2 Neem de volgende aanwijzingen in acht alvorens het 1.3 In deze handleiding gebruikte aanduidingen voertuig in gebruik te nemen: In deze handleiding wordt de camper op de volgende manier • Controleer de bandenspanning. aan u uitgelegd: Zie hoofdstuk Bandenspanning •...
Inleiding 01-3 Handelingsinstructies Speciale uitvoeringen Handelingsinstructies worden eveneens puntsgewijs weerge- U hebt gekozen voor een camper met een individuele geven, waarbij elke alinea wordt voorafgegaan door het teken uitrusting. (“•”). Deze gebruiksaanwijzing beschrijft alle modellen en uitvoerin- Aanwijzingen gen die binnen hetzelfde programma leverbaar zijn. Zodo- ende kunnen hier uitvoeringsvarianten worden genoemd die geen betrekking hebben op uw camper.
02-1 Veiligheid Hoofdstuk 2: Veiligheid 2.2 Brandveiligheid Voorzorgsmaatregelen tegen brand 2.1 Algemeen • Laat geen kinderen zonder toezicht in de camper. • Houd brandbare materialen uit de buurt van alle verwar- • Zorg voor voldoende ventilatie. Dek ingebouwde ventila- mings– en kooktoestellen. tieroosters (dakluiken met ventilatierooster of dakventila- •...
Veiligheid 02-2 2.3 Verkeersveiligheid • Controleer voor het begin van de reis of de verlichting, de richtingaanwijzers (Schakel de accuhoofdschakelaar in), de stuurinrichting en de remmen goed functioneren. • Laat de remmen en de gasinstallatie door een erkend ga- ragebedrijf controleren als het voertuig langere tijd heeft stilgestaan (ca.
02-3 Veiligheid • Sluit de afvoerkraan van de vuilwatertank. kunnen weglekken. • Sluit alle gasafsluiters van gasapparaten – met uitzonde- • Bevestig de gasflessen. ring van de afsluiter voor de verwarming – als het voertuig • Klem de tafelbeveiliging vast. is voorzien van een gasdrukregelaar voor tijdens het rijden •...
Veiligheid 02-4 Cabine Vergeet niet de volgende dingen: • Stel de binnen- en buitenspiegel en de zitpositie in. • Controleer de verlichting. Bovendien: • Controleer de bandenspanning. • Controleer vloeistoffen als olie, koelwater, remvloeistof en ruitenwisservloeistof, en vul deze zo nodig bij. •...
Pagina 13
02-5 Veiligheid • Garageruimte achterin (indien aanwezig) met maximaal Veiligheid van de inzittenden 150 kg beladen. Tijdens de rit geldt: • Controleer na belading het totaalgewicht en de asbelasting • Alleen op plaatsen die zijn uitgerust met veiligheidsgordels, op een openbare weeginstallatie. mogen personen zitten.
Veiligheid 02-6 Rijden Rijden door bochten Een camper raakt door zijn opbouwhoogte sneller aan het Maak vóór de eerste grote rit een proefrit om uzelf vertrouwd slingeren dan een personenauto. te maken met het rijgedrag van de camper. Oefen ook het achteruit rijden.
Veiligheid 02-7 2.6 Nooduitrusting Om goed op noodsituaties te zijn voorbereid, dient u de drie reddingsmiddelen steeds bij u te hebben en ermee vertrouwd te zijn. Verbanddoos De verbanddoos moet te allen tijde onder handbereik zijn en op een vaste plaats in de camper worden bewaard. Na gebruik van 100 m materialen uit de verbanddoos moet de inhoud ervan onmid- dellijk weer worden aangevuld.
Veiligheid 02-8 2.7 Na de rit Keuze staplaats Voor de keuze van de staplaats geldt: • Kies een zo horizontaal mogelijke staanplaats. • Zoek de staanplaats zo mogelijk bij daglicht. Veilige plaatsing van de camper Voor de veilige plaatsing van de camper geldt: •...
02-9 Veiligheid Apparaten omschakelen Energie besparen in de winter Op eenvoudige wijze kunt u in het woongedeelte energie be- Voor het omschakelen van de apparaten geldt: sparen. Dit geldt vooral bij het verwarmen in de winter. • Schakel de koelkast om van 12V op gas of 230V, omdat de 12V-voorziening bij staande motor na korte tijd auto- M.b.t.
1. Technisch toelaatbare maximummassa (TTM) De aanduiding van de technisch toelaatbare maximummassa Veranderingen mogen alleen worden doorgevoerd met vindt plaats volgens opgave van de Hobby caravanfabriek toestemming van de fabrikant. in samenwerking met de fabrikant van de voorafgaande constructiefasen (FIAT). Deze massa is vastgesteld op grond...
Pagina 20
Chassis 03-2 4. Laadvermogen FIAT Siesta, Onder laadvermogen wordt verstaan het verschil tussen de Siesta AK “technisch toelaatbare maximummassa” en “rijklaar gewicht”. a) Vloeibaargasinstallatie Dit cijfer weerspiegelt het gewicht van de passagiers (con- ventionele belasting: 75 kg vermenigvuldigd met het aantal Aantal ingebouwde gasregelaars: zitplaatsen –...
03-3 Chassis 3.3 Uitdraaisteunen Uitdraaisteunen inklappen • Ontspan de uitdraaisteunen met de kruk. De uitdraaisteunen bevinden zich aan de achterkant op de • Draai met gelijkmatige bewegingen aan de kruk totdat de onderstelverlenging van uw camper. uitdraaisteun weer de horizontale uitgangspositie heeft Uitdraaisteunen uitklappen bereikt.
Chassis 03-4 3.4 Opstapje Zorg er beslist voor dat het opstapje vóór het begin van elke rit wordt ingeschoven! Uw camper bezit een elektrisch opstapje Dit wordt bediend m.b.v. schakelaar binnen naast de toegangsdeur. De schakelaar moet ingedrukt blijven totdat het opstapje volledig is in- of uitgeschoven.
VIN zowel aangegeven op het typeplaatje van het basisvoer- Met de bedieningseenheid in de cabine wordt met de toets tuig als op het Hobby-typeplaatje (in de motorruimte vóór op On/Off de compressor geactiveerd, waarna de luchtbal- de steunbalk van de radiateur.
Pagina 24
Chassis 03-6 De optimale luchtdruk is bereikt als het voertuig horizontaal staat. De minimumluchtdruk moet zo groot zijn dat de lucht- balg niet kan doorslaan. Bij een leeg voertuig bedraagt deze waarde ca. 0,5 bar (a.u.b. afzonderlijk bepalen), bij een bela- den voertuig al naargelang de belading duidelijk hoger.
03-7 Chassis In verband met richtlijnen van de fabrikant van het basisvo- ertuig en de vastlegging van de zogeheten D-waarde van de trekhaak zijn geen verdere gewichtsverhogingen van het aanhangergewicht mogelijk. Bij een verhoging van het technisch toelaatbaar totaalge- wicht wordt het aanhangergewicht verlaagd tot 1800 resp. 1900 kg.
3.8 Aanbouwelementen Registratie van accessoires in de kentekenpapieren Optioneel is uw camper voorzien van een automatische • Laat aanbouwelementen monteren door uw HOBBY-dealer. transmissie (Fiat: Comfort-Matic), die beschikt over de bedie- • Rijd met uw camper naar een keuringsinstantie of tech- ningswijzen MANUAL/ handgeschakeld en AUTO.
03-9 Chassis Bij deze drie standen blijft de hendel niet in de gekozen posi- Zo nodig schakelt het systeem na het intrappen van het gas- tie staan, d.w.z. na activering keert de hendel in de midden- pedaal één of meerdere versnellingen terug om het nodige stand terug.
Pagina 28
Chassis 03-10 Bij een ingeschakelde achteruitversnelling (R) mag uitsluitend in de eerste versnelling wordt geschakeld – of omgekeerd – als het voertuig helemaal stilstaat en het rempedaal is ingetrapt. Meer informatie is te vinden in de gebruiksaanwijzing van het basisvoertuig. Maak u vóór de eerste rit beslist vertrouwd met de schakelmodi van de automatische transmissie.
4.1 Wielen Controleer tijdens de eerste rit met de camper na 50 km of Op uw HOBBY-camper zijn tubeless banden gemonteerd. In deze banden mogen absoluut geen binnenbanden worden de wielmoeren nog stevig vastzitten en draai ze zo nodig aan aangebracht! met een aanhaalmoment van 160 Nm voor 15”-velgen (staal...
Wielen, banden, remmen 04-2 Een te lage druk leidt tot oververhitting van de band. Dit kan leiden tot zware beschadiging van de band. De juiste bandenspanning kunt u vinden in de tabel in het hoofdstuk “Technische gegevens” resp. de gebruiksaan- wijzing van het basisvoertuig.
04-3 Wielen, banden, remmen 4.5 Velgen 4.6 Sneeuwkettingen Gebruik alleen velgen die worden vermeld in de kentekenpa- pieren. Als u andere velgen wilt gebruiken, moet u de volgende Rijd niet sneller dan 50 km/h. punten in acht nemen. Maak op sneeuwvrije straten geen gebruik van sneeuwket- Voor het gebruik van andere velgen geldt: tingen.
04-4 Wielen, banden, remmen De snelle bandenreparatieset is bruikbaar bij buitentempera- turen tussen –20°C en +50°C. Het gebruik van de snelle bandenreparatieset is beschre- ven in het FIAT-handboek. De afdichtvloeistof heeft een houdbaarheidsdatum. Let daarom op de vervaldatum. Als de datum is overschreden, kan een perfect functioneren van de afdichtvloeistof niet worden gegarandeerd.
04-5 Wielen, banden, remmen 4.8 Wiel verwisseln • Til het voertuig op totdat het wiel zich 2 tot 3 cm boven de grond bevindt. • Verwijder de wielbouten en vervolgens het wiel. Plaats de krik alleen op de hiervoor bestemde krikpunten! •...
04-6 Wielen, banden, remmen 4.9 Remmen De onderdelen van de reminrichting maken deel uit van de EG-gebruiksvergunning. Zodra onderdelen van de reminrichting worden veranderd, vervalt de gebruiksvergunning. Veranderingen mogen alleen worden doorgevoerd met toestemming van de fabrikant. Laat de remmen in uw eigen belang regelmatig onder- houden door uw FIAT-garage.
05-5 Opbouw buitenzijde 5.2 Luchttoevoer en ontluchting Voor de ventilatie geldt: Een goede luchttoevoer en ontluchting van de camper is een voorwaarde voor een aangenaam wooncomfort. In uw camper is een tochtvrije ventilatie geïntegreerd. De ontluchting vindt plaats via de dakluiken en mag niet worden belemmerd in zijn functioneren.
05-6 Opbouw buitenzijde Verwarming Bij zeer hoge buitentemperaturen is het raadzaam de ventilatieroosters te verwijderen. Daardoor wordt een De verwarming wordt van buitenaf voorzien van frisse lucht hogere luchtdoorvoer bij de koelkast bereikt en de koeling . Door deze ventilatieschuif wordt ook de afvoerlucht van versterkt.
05-7 Opbouw buitenzijde 5.3 Deuren en kleppen openen en sluiten Voertuigsleutel Met de camper worden de volgende sleutels geleverd: - twee sleutels, voor het openen van de volgende sloten van het basisvoertuig: - chauffeursdeur - passagiersdeur - tankdeksel Raadpleeg hiervoor a.u.b. de gebruiksaanwijzing van het basisvoertuig.
05-8 Opbouw buitenzijde Toegangsdeur Sluiten • Trek de deur dicht totdat het slot vastklikt. Openen Vergrendelen • Draai de grendel naar beneden (groene zone) • Draai de grendel naar boven (rode zone) Zo kan de deur ook van binnen worden geopend als die van buiten is afgesloten.
Pagina 43
05-9 Opbouw buitenzijde Garageluik Luikklem Openen Sommige zijluiken kunnen met een vastzetinrichting worden • Open beide sloten met de sleutel. De grepen springen vastgeklemd aan de buitenwand van de camper. enigszins naar voren. • Draai de grepen naar links. Vastzetten •...
05-10 Opbouw buitenzijde Klep van de gasfleskast Toiletluik Het ventilatierooster van de klep van de gasfleskast mag Openen niet worden afgesloten of afgedekt. • Open het slot met de sleutel. • Druk op beide knoppen en open het luik. Openen •...
05-11 Opbouw buitenzijde Buitenaansluiting voor gas Buitencontactdoos Openen Via de gas-buitencontactdoos kunnen gasapparaten • Pak de afdekklep onderaan vast en draai hem naar boven als een gasbarbecue of gaslamp aan de buitenkant van de toe. camper worden aangesloten op de gasvoorziening. Sluiten Openen •...
05-12 Opbouw buitenzijde Brandstofvulopening Watervuldop Openen De zwarte tankdop bevindt zich aan de linkerzijde van de • Pak de klep bij het lipje en trek hem naar boven open. camper achter de bestuurdersdeur in het onderste gedeelte • Open het slot met de sleutel.
05-13 Opbouw buitenzijde 5.4 Achterladder * Inklappen Met behulp van de achterladder kan het dak van de camper • Klap de ladder omhoog. worden bereikt, bijvoorbeeld om de dakreling te beladen. • Draai de sleutel 90° naar rechts. Het onderste deel van de achterladder is door een slot bevei- •...
Pagina 48
05-14 Opbouw buitenzijde De max. totale belasting bedraagt 80 kg! Wees voorzichtig bij het betreden van het dak. Er bestaat extreem gevaar voor uitglijden bij een vochtig of beijzeld dak. Niet De achterladder moet vóór het begin van elke rit worden betreden!!! ingeklapt en vergrendeld.
05-15 Opbouw buitenzijde • Houd bij belading rekening met de maximaal toelaatbare asbelasting. • Tel de hoogte van de daklast op bij de hoogte van de camper. • Breng in de cabine een aantekening met de totale hoogte goed zichtbaar aan. Dan hoeft u bij bruggen en viaducten niet meer te rekenen.
05-16 Opbouw buitenzijde 5.5 Fietsendrager • Let erop dat de remlichten en achterverlichting van het voertuig noch geheel noch gedeeltelijk door de lading aan Het rijgedrag van de voertuigcombinatie verandert aanzienlijk het zicht worden onttrokken. met een beladen fietsendrager. Pas de rijsnelheid aan deze omstandigheden aan: De maximaal toelaatbare belasting van de fietsendrager bedraagt 50 kg (deels geïntegreerde modellen) resp.
05-17 Opbouw buitenzijde • Neem altijd het toegestane draagvermogen van de drager ter hoogte van 75 kg in acht en zorg ervoor dat deze nooit wordt overbelast. • Met een volledig beladen achterdrager wordt afhankelijk van de overhang van de lading de achteras belast en de vooras ont- last.
05-18 Opbouw buitenzijde Uitdraaien • Steek de haak van de draaihendel in het oog van de aandrij- finrichting. • Houd de draaihendel met één hand aan de bovenste en met de andere hand aan de onderste draaigreep vast. Trek tijdens het uitdraaien de draaihendel enigszins naar u toe en houd hem zo mogelijk verticaal ten opzichte van het oog van de aandrijfinrichting.
06-1 Opbouw binnenzijde Hoofdstuk 6: Opbouw binnenzijde 6.1 Deuren en kleppen openen en sluiten Bergruimten en keukenbovenkasten Openen • Druk van boven op toets om de klep te ontgrendelen. • Trek aan de greep totdat de klep is geopend. Sluiten • Pak de klep bij de greep en duw hem dicht totdat de slui- ting hoorbaar vastklikt.
Opbouw binnenzijde 06-2 Meubeldeuren met draaiknop Meubeldeuren met klink Kledingkast Deur wasruimte • Druk de klink naar beneden om de deur te openen en slui- • Draai aan de knop om de deur te openen of te sluiten. ten.
06-3 Opbouw binnenzijde Deuren met pushlock Roldeuren Schoenenvak, keukenlades Kast in badkamer Openen Openen • Druk op de pushlock totdat de knop naar buiten springt. • Pak de roldeuren bij de greep en schuif ze open. • Trek voorzichtig aan de greep en open de lade. Sluiten Sluiten • Pak de deur bij de greep vast en schuif hem dicht tot aan • Schuif de deur dicht met de greep. de aanslag. • Druk op de pushlock totdat de knop vastklikt en de deur is vastgezet.
Opbouw binnenzijde 06-4 6.2 TV-houder voor plat beeldscherm Druk de metalen rail in om deze te ontgrendelen en schuif tegelijkertijd de TV-houder uit. 230V-contactdozen en de antenne-aansluiting voor TV of ontvanger bevinden zich vlakbij. Zet de TV-houder vóór elke rit vast. De gemonteerde TV mag niet meer dan 8 kg wegen. We adviseren de TV tijdens het rijden van de houder te verwijderen en veilig op te bergen. Om de TV-functie te kunnen gebruiken moet de handrem worden aangetrokken.
06-5 Opbouw binnenzijde 6.3 Tafels • Trek het tafelblad uit de bovenste wandhouder • Haak het tafelblad vast in de onderste wandhouder De vergrendeling moet weer naar boven worden vastgezet. Hangtafel • Zet het tafelblad aan de voorkant op de grond met de inge- De hangtafel kan in neergelaten toestand als bedonderbouw korte steunvoet worden gebruikt. Uitklappen Laten zakken • Trek aan de borgpen • Klap het uitdraaibare onderste tafelblad volledig in • Draai het onderste tafelblad in de gewenste positie. totdat dit automatisch wordt vergrendeld. • Druk de vergrendeling omlaag • Til het tafelblad aan de voorzijde ca. 30° op. • Trek het onderste deel van de tafelpoot er naar beneden uit en leg hem terzijde.
Opbouw binnenzijde 06-6 6.4 Bedombouw Dwarse zitbank ombouwen De zitgroepen kunnen worden omgebouwd tot bedden. Om de extra slaapgelegenheid aan de voorzijde te kunnen Ombouw gebruiken moet de dwarse zitbank worden omgebouwd. • Verwijder zit- en rugkussens. • Laat de tafel zakken. Ombouw • Draai de vergrendeling van de bedverbreding los. • Verwijder zit- en rugkussens. • Leg het buitenste blad van de bedverbreding op de vloer. • Laat de hangtafel zakken (het onderste blad moet daarbij • Til het binnenste blad ca. 15° boven de horizontale positie naar buiten zijn gedraaid). • Klap de plaat 180° naar voren om en leg hem op de hang- • Zet het buitenste blad in een hoek van ongeveer 45° ter tafel. ondersteuning onder het binnenste blad vast. • Leg de kussens neer volgens de indeling aangegeven op onderstaande tekeningen...
06-7 Opbouw binnenzijde • Schuif resp. klap de douchewanden uit. 6.5 Wasruimte met verschuifbare wastafel • Maak de ombouw ongedaan door de douchewanden weer in te klappen en terug te schuiven. Bij de modelen Siesta T60 FL en T65 HFL kan de wand van • Schuif de wastafelwand terug in de uitgangspositie. de doucheruimte worden verschoven, waarna de douche kan worden gebruikt. De verschuifbare wand van de wasruimte moet tijdens • Schuif de wasbak langs de geleiding naar het toilet. het rijden in de basispositie vergrendeld zijn.
Opbouw binnenzijde 06-8 Let erop dat de douchedeur tijdens een in werking zijnde verwarming niet de uitlaatkanalen voor de warme lucht afdekt. Vaste douchedeuren * De badkamer kan desgewenst worden voorzien van een vaste douchedeur in plaats van met een douchegordijn. Voorbereiding • Maak de vergrendelingen aan de ronde deuren en aan de vouwdeur los • Koppel ronde deuren en vouwdeur aan elkaar, zodat er een afgescheiden douchecabine ontstaat. De vaste douchedeuren moeten tijdens het rijden in de uitgangspositie worden vergrendeld.
06-9 Opbouw binnenzijde 6.6 Kussenconfiguratie Kussenconfiguratie Kussenconfiguratie A65 GM Family A70 GM Extra kussen Extra kussen Zitkussen Zitkussen Zitkussen Zitkussen 1020 x 750 x 125 1020 x 750 x 125 Extra kussen Extra kussen 1945 x 265 x 125 1945 x 265 x 125...
Pagina 62
Opbouw binnenzijde 06-10 Kussenconfiguratie Kussenconfiguratie T60 FL T65 GE Extra kussen Extra kussen 1033 x 539 x 125 1033 x 539 x 125 Zitvlak naar voren Zitvlak naar voren geschoven geschoven Rugleuning Rugleuning omge- omgeklapt klapt...
Pagina 63
06-11 Opbouw binnenzijde Kussenconfiguratie Kussenconfiguratie T65 GF T70 GQ Extra kussen Extra kussen 1033 x 539 x 125 1033 x 539 x 125 Zitvlak naar voren geschoven Zitvlak naar voren geschoven Rugleuning Rugleuning omgeklapt omgeklapt...
Pagina 64
Opbouw binnenzijde 06-12 Kussenconfiguratie Kussenconfiguratie V60 GF Van V65 GE Van Extra kussen Extra kussen 873 x 539 x 125 873 x 539 x 125 Zitvlak naar voren Zitvlak naar voren geschoven geschoven Rugleuning Rugleuning omgeklapt omgeklapt...
06-13 Opbouw binnenzijde 6.7 Bedverbreding Bij modellen met eenpersoonsbedden boven de garageru- imte kunnen deze met behulp van de bedverbreding met elkaar worden verbonden. • Schuif het verlengstuk in de rails. • Leg vervolgens de inlegmatras op de bedverbreding. • Hang de ladder in de daarvoor bestemde gaten.
Opbouw binnenzijde 06-14 6.8 Alkoof / F-bed achter, dwars / Hefbed De alkoofbodem kan voor een aangenamere zitpositie in elkaar worden geschoven. Daarvoor wordt hij met behulp van de gemonteerde greep naar voren geduwd. Ouders dienen erop toe te zien dat kleine kinderen niet uit de bovenste bedden vallen. Als kleine kinderen zich in de alkoof, in verhoogde F-bedden boven de garage of op de hefbedden Denk bij gebruik van het bovenste bed door kleine kinderen bevinden, moeten de aanwezige veiligheidsnetten worden aan het risico van vallen! opgetrokken en in de houders worden gehangen om te voorkomen dat kinderen uit bed vallen.
Pagina 67
06-15 Opbouw binnenzijde Hefbed, mechanisch Trapje Alkoven, bovenste stapelbedden en achterbedden (afhankelijk Bediening van het model) kunnen via een trapje worden beklommen. • Verwijder de rugleuningen en hoofdsteunen van de zitbank. • Maak het trapje met de haak aan de bovenkant vast aan • Schakel de verlichting onder het hefbed uit. de daarvoor bestemde greep of achter de metalen rail (modelspecifiek). • Maak de vergrendeling van het hefbed los. • Trek het hefbed aan de greep tot aan de aanslag • Zet het trapje stevig op de vloer. omlaag. Let erop dat het trapje niet kan gaan schuiven.
Pagina 68
Opbouw binnenzijde 06-16 • Hang de ladder in de greep. • Klik tijdens het slapen altijd de valbescherming vast (bevindt zich onder de matras). • Breng voor het begin van een rit het hefbed weer in de Maximale belasting van het hefbed: 200 kg bovenste stand (uitgangspositie) terug en zet hem vast.
06-17 Opbouw binnenzijde 6.9 Ramen Zonne- en insectenrolgordijn Zonne- en insectenrolgordijnen zijn in het raamkozijn geïnte- Uitzetraam met raamuitzetters greerd en traploos verstelbaar. Openen Sluiten • Draai de grendel 90°. • Breng de greep voor zonnerolgordijn of het lipje voor • Duw het raam aan de grendel naar buiten totdat er een klik insectenhor langzaam en gelijkmatig in de gewenste hoorbaar is. Het raam blijft automatisch in deze stand staan. positie. Er zijn meerdere standen instelbaar. Openen Sluiten • Schuif het rolgordijn langzaam en gelijkmatig omhoog. • Til het raam licht op zodat de uitzetter losspringt. • Klap het raam dicht. • Draai de grendel in de uitgangspositie terug, zodat deze achter de beugels klemt en het raam naar de afdichting toe trekt..
Opbouw binnenzijde 06-18 Dakraam Combineren • Trek het zonnerolgordijn langzaam en gelijkmatig naar Het dakraam kan niet worden geopend. Het beschikt over beneden en trek vervolgens de insectenhor tot aan het een geïntegreerd verduisteringsrolgordijn dat desgewenst kan gewenste niveau omlaag. worden gesloten door eraan te trekken.
06-19 Opbouw binnenzijde 6.10 Verduisteringssysteem voor cabine Frontsysteem • Druk de vergrendelingen naar elkaar toe om het sluitme- Het verduisteringsgordijn mag uitsluitend worden uitgetrok- chanisme te openen. • Breng de beide greeplijsten in het midden samen. Ma- ken als het voertuig stilstaat en de motor is uitgeschakeld. gneetsluiting vergrendelt automatisch. Vóór het begin van een rit moet het systeem volledig worden samengevouwen en vergrendeld. Zijsysteem Als de camper niet wordt gebruikt moet het verduisterings- systeem worden ingeklapt, omdat dit anders door warmte- • Druk de vergrendelingen naar elkaar toe om het sluitme- inwerking en UV-straling permanent beschadigd raakt.
Opbouw binnenzijde 06-20 6.11 Dakluik opbouw Veiligheidsaanwijzingen - Open het dakluik niet als het hard waait, regent, hagelt enz., of bij buitentemperaturen onder 20°C! - Verwijder sneeuw, ijs of vuil voordat u het dakluik opent. Houd rekening met de ruimte die het geopende daklu- ik inneemt als u het onder een boom of in een garage opent. - Ga niet op het dakluik staan. - Sluit en vergrendel het dakluik vóór het begin van iedere rit. Open insectenrolgordijn en plooigordijn (ruststand). Klein dakluik - Sluit bij sterke zonneschijn de verduistering slechts voor ¾ deel, omdat anders gevaar voor oververhitting dreigt. Openen Voordat u het luik opent, dient u zich ervan te vergewissen De ventilatieopeningen van de luchtroosters dat er boven de caravan voldoende ruimte is voor het luik moeten steeds open blijven. Luchtroosters nooit in geopende toestand. sluiten of afdekken! • Het dakluik kan tegen de rijrichting in worden opengezet in Vergewis u er vóór het begin van elke rit van dat het daklu-...
Pagina 73
06-21 Opbouw binnenzijde Verduisteringsrolgordijn Trek het rolgordijn aan de onderste greeplijst omlaag tot in de gewenste positie of tot de sluiting inklikt in de greeplijst van het insectenrolgordijn. Insectenhor Schuif de greeplijst van de insectenhor en tegen de greeplijst van het verduisteringsrolgordijn totdat ze vastklikken. Groot dakluik Openen • Klap de draaihendel in de gebruikspositie. Door met de wijzers van de klok aan de hendel te draaien kunt u nu het luik openen tot de gewenste positie. Bij het bereiken van de max. openingshoek van 60° voelt u weerstand. Sluiten • Draai de draaihendel tegen de wijzers van de klok in totdat het luik is gesloten en u weerstand voelt. In gesloten positie kan de draaihendel weer in de uitsparing klappen. Voor een veilige vergrendeling moet de draaihendel in de uitsparing geklapt zijn. Controleer de vergrendeling door met de hand tegen het glas te drukken.
Opbouw binnenzijde 06-22 Stoelen draaien • Zet de armleuningen (modelspecifiek) omhoog. • Beweeg de hendel om de stoel te verdraaien. De stoel wordt uit de vergrendeling losgemaakt. • Draai de stoel in de gewenste positie. 6.12 Zittingen in de cabine Aanwijzingen m.b.t. de bediening kunt u vinden in de gebruiksaanwijzing van het basisvoertuig. • Zet de draaistoelen vóór elke rit vast in de rijrichting. • Laat de stoelen tijdens het rijden vergrendeld in de rijrichting staan en draai ze niet. • Bij een stilstaand voertuig: Let er bij het draaien van de chauffeursstoel op dat de handrem niet per ongeluk wordt ontgrendeld.
06-23 Opbouw binnenzijde Verschuifbare bijrijdersstoel Positie veranderen (modelspecifiek / speciale uitvoering) • Trek de hendel naar boven en houd hem vast. • Verschuif de zitting in de richting van het midden van het In enkele modellen (bijv. A60 GF) kan de bijrijdersstoel worden voertuig. gedraaid en zijwaarts naar het midden worden verschoven. • Draai de zitting in de gewenste positie en laat de hendel weer los. Tijdens het rijden moet de bestuurdersstoel in de uitgangs- positie staan, de vergrendeling moet bij het terugdraaien hoorbaar vastklikken.
Opbouw binnenzijde 06-24 6.13 Zitplaatsen in het woongedeelte Bevestiging zitkussens De zitkussens worden door een anti-slip mat op hun plaats gehouden. De rugkussens zijn met klittenband bevestigd. Zorg ervoor dat de zit- en rugkussens goed vast zitten.
06-25 Opbouw binnenzijde • Leg het onderste deel van de gordel over de heupen heen. Gordel losmaken • Druk op de knop in het gordelslot voor het ontgrendelen van de slottong. • Maak voor het begin van de rit de veiligheidsgordel vast 6.14 Veiligheidsgordels in het woongedeelte en houd hem tijdens het rijden voortdurend om. • Beschadig de veiligheidsgordels niet en zorg ervoor dat De zitgroepen beschikken over veiligheidsgordels. ze niet beklemd raken. Laat beschadigde veiligheidsgor- dels door een erkend garagebedrijf vervangen. • Verander niets aan de bevestigingen van de gordels, het Neem goede nota van het desbetreffende zitplaatseno- rolmechanisme en de sluitingen van de gordels. verzicht van uw voertuig. Op bepaalde zitplaatsen mogen • Gebruik elke veiligheidsgordel slechts voor één volwas- tijdens het rijden geen personen zitten! sen persoon tegelijk. Maak voorwerpen niet samen met personen vast door middel van een veiligheidsgordel. Veiligheidsgordel omdoen • Veiligheidsgordels zijn niet geschikt voor personen met De gordel mag niet worden verdraaid. een lichaamslengte van minder dan 150 cm. Gebruik in • Pak de tong die zich aan het uiteinde bevindt vast en steek voorkomende gevallen extra bevestigingssystemen. • Vervang veiligheidsgordels na een ongeval. hem in de gesp totdat hij hoorbaar vastklikt. • De veiligheidsgordel mag niet gedraaid worden, maar • Leg het bovenste gedeelte van de gordel over de schouder moet plat tegen het lichaam aan liggen.
Opbouw binnenzijde 06-26 6.15 Overzicht van de zitplaatsen A55 GS Sport A65 GM Family Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan A60 GF A70 GM Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 5: h et gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaats 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan wanneer het max. toelaatbaar gewicht = 3650 kg/4250kg...
Pagina 79
06-27 Opbouw binnenzijde T60 H T60 FL Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan T65 GE T60 GQ Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan...
Pagina 80
Opbouw binnenzijde 06-28 T65 GF T65 HGF Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan T65 HFL T70 GQ Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan...
Pagina 81
06-29 Opbouw binnenzijde T70 HGE V60 GF Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan T70 HGQ V65 GE Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 1 - 4: het gebruik ervan is tijdens het rijden toegestaan Zitplaatsen 5 - 6: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan Zitplaats 5: het gebruik ervan is tijdens het rijden niet toegestaan...
07-1 Elektrische installaties Hoofdstuk 7: Elektrische 7.2 Elementen van de elektrische installatie De stroomvoorziening vindt plaats via de 92 Ah AGM-huisaccu installaties in combinatie met een automatische acculader. 7.1 Veiligheidsinstructies Hoofdelementen van de elektrische installatie • CONTROLEPANEEL PC-220 HB – Let op het volgende: aansturing van de apparaten en toestandsaanduidingen.
07-2 Elektrische installaties Adviezen en controle Ondanks een onderbroken accuhoofdschakelaar wordt de accu door zelfontlading zwakker. • Als de accu voor de apparaten wordt verwijderd, moet de Belangrijk pluspool worden geïsoleerd (om kortsluiting bij het inscha- • Eventuele veranderingen aan de elektrische installatie mo- kelen van de motor te vermijden).
Pagina 93
07-3 Elektrische installaties Toets voor de bewaking van de drinkwatertank in ‘%’ en voor de programmering. Toets voor het in- en uitschakelen van de radio*. Hoofdtoets AAN / UIT (ca. 2 seconden indrukken om in of uit te schakelen). Toets ‘Voortentverlichting’. Toets voor het tegelijkertijd in- en uitschakelen van alle 12V- apparaten.
Elektrische installaties 07-4 Tijdsaanduiding, resp. weergave van de geselecteerde functie. Weergave van de meeteenheden. Functies Alarm voertuigaccu Zodra de voertuigaccu een spanning onder 12 V bereikt, wordt er alarm geslagen doordat het symbool begint te knip- peren. Bij een spanning hoger dan 12,5 V stopt het alarm. Hoofdscherm van het controlepaneel Verklaring van de symbolen Alarm huisaccu...
07-5 Elektrische installaties Diepontladingsbeveiliging (accubescherming) Tanks 1. Drinkwatertank met elektronische tankinhoudsmeter. Een elektronische installatie ter bescherming van de accu De aanduiding vindt plaats in ‘%’ over schakelt alle 12V-apparaten uit zodra de huisaccu leeg is. Dit - de numerieke weergave (in stappen van 10%) vindt plaats bij 10V, waarbij de volgende apparaten worden uitgeschakeld: - en de grafische weergave.
07-6 Elektrische installaties Digitale klok Programmering Zie ‘Programmering’ voor het instellen van de klok. Houd de toets (terwijl de klok wordt weergege- ven) langer dan 2 seconden ingedrukt om in het Automatische uitschakeling van de voortentlamp programmeermenu te komen. Bij een draaiende motor wordt de voortentlamp automatisch uitgeschakeld.
Pagina 97
07-7 Elektrische installaties Menu ‘TIME’ Binnentemperatuur Binnentemperatuur instellen in Klok instellen stappen van 0,5°C. - UREN (klokdisplay knippert) - MINUTEN (minuten knipperen) Buitentemperatuur Buitentemperatuur instellen in stappen van 0,5°C. Menu ‘FULL’ Klok instellen Huisaccu - UREN (klokdisplay knippert) Spanning van de huisaccu - MINUTEN (minuten knipperen) instellen.
07-8 Elektrische installaties TI / Van Alkoof / Hefbed Bedieningspaneel verlichting Intelligente accusensor (IBS) De accusensor meet de nog beschikbare capaciteit van Verklaring van de symbolen startaccu en huisaccu en geeft eveneens de veroudering TI / Van Alkoof Hefbed ervan weer. Aan / uit Aan / uit Aan / uit...
Pagina 99
07-9 Elektrische installaties Verdeelmodule Veroudering van de accu (SOH = State of Health) Voorbeeld: de oorspronkelijke accucapaciteit is al met 2% verminderd. Oplaadniveau (SOC = State of Charge) Het huidige oplaadniveau van de accu Voorbeeld: oplaadniveau 88%...
07-10 Elektrische installaties Zekeringen Brug voor de aansluiting van het absorptiekoelkast-relais. Hiermee wordt de koelkast rechtstreeks aangesloten op B2. 10A-zekering voor de stroomvoorziening van de voor- Gesimuleerde D+ dynamo-uitgang: regelt het elektrische tentverlichting of eindschakelaar weerstand (geleidbaar- opstapje, de elektrische afvoerklep en het intrekken van heid) vuilwatertank.
Pagina 101
07-11 Elektrische installaties Apparaten Signaalingang ontsteking – variant A 19 A 1) + AUX-uitgang (laadregelaar zonne-ener- 1) + signaalingang ontsteking sleutelcontact gie), (rechtstreeks B2), zekering 2) + signaalingang ‘S’ net (CBE-acculader) 2-3) + uitgang AES-absorptiekoelkast, Signaalingang ontsteking – variant B zekering 1) N.C.
07-12 Elektrische installaties 7.3 Stroomvoorziening De camper kan worden aangesloten op 230V-netvoeding d.m.v. de CEE-voedingsstekker in de zijwand. De camper wordt via de volgende aansluitingen voorzien van CEE-voedingsstekker aansluiten elektriciteit: • Klap de afdekklep van de buitencontactdoos naar boven (zie - netaansluiting (wisselspanning 230V).
Pagina 103
07-13 Elektrische installaties Bij netvoeding via een kabelhaspel moet deze helemaal zijn af- gerold, omdat anders de kabel als gevolg van inductie te heet zou kunnen worden – met het risico dat de kabel vlam vat. (voor zover er geen oververhittingsbeveiliging aanwezig is) Het 230V-boordnet in de camper is berekend op een totaal energieverbruik van 3000 W.
07-14 Elektrische installaties 7.4 Werking van de voedingseenheid Een FI-aardlekschakelaar biedt geen bescherming tegen het gevaar van een elektrische schok. Installatieplaats van de acculader De aanspreektijd van de FI-aardlekschakelaar met een 30 De acculader bevindt zich onder de bijrijdersstoel. mA foutstroom bedraagt minder dan 0,1 seconden. Werking op netaansluiting 230V Nadat er een netaansluiting tot stand is gebracht, worden Na ingebruikneming van de elektrische installatie moet de werking...
07-15 Elektrische installaties Ontladingsbeveiliging Werking van de acculader Als de accuspanning van de huisaccu tot onder de 10,5V daalt, Apparaatbeveiliging worden alle 12V-apparaten door een relais uitgeschakeld. Mocht de acculader door te hoge omgevingstemperaturen of Schakel de 12V-hoofdschakelaar bij het in werking treden hoge laadstromen heet worden, dan schakelt een ingebouwde van de ontladingsbeveiliging uit om extra ontlading van de thermische schakelaar de acculader uit totdat de temperatuur...
07-16 Elektrische installaties Werking bij draaiende motor Checklist voor controle Zodra de motor loopt, schakelt een relais de startaccu en de • Schakel de motor uit. huisaccu parallel. Het signaal D+ is aangesloten op de dynamo. • Schakel alle 12V-apparaten uit. De dynamo laadt dus beide accu’s op.
07-17 Elektrische installaties 7.5 Huisaccu Accu vervangen • A.u.b. niet roken tijdens het vervangen van de accu. Installatieplaats • Verbreek de verbinding met het 230V-net. - Onder de bijrijdersstoel. • Vóór het af- of aankoppelen van de accu moeten alle 12V- apparaten worden uitgeschakeld en de accuhoofdscha- Eigenschappen kelaar worden geopend.
Het elektrische opstapje klapt bij een geopende hoof- • Controleer de zekering van de desbetreffende stroomkring. dschakelaar niet automatisch in. • Vervang de zekering. • Als de zekering opnieuw doorbrandt, neem dan contact op met uw erkende Hobby-dealer.
07-19 Elektrische installaties Acculader met verdeelmodule Acculader en verdeelmodule met geïntegreerde zekeringen bevinden zich voor de huisaccu onder de bijrij- dersstoel. 7.7 Mobiele navigatie Uw camper is optioneel voorzien van een mobiel navigatiesy- steem met geïntegreerde achteruitrijcamera. • Lees de desbetreffende gebruiksaanwijzing van het apparaat vóór de eerste ingebruikneming aandachtig door.
07-20 Elektrische installaties 7.8 Achteraf geïnstalleerde apparaten Achteraf ingebouwde elektronische apparaten, die tijdens de rit kunnen worden gebruikt (bijv. mobiele telefoon, zendappa- ratuur, radio’s, achteruitrijcamera’s, navigatie-apparatuur e.d.) moeten volledig voldoen aan de EMV-bepalingen. De appa- raten moeten zijn goedgekeurd conform de richtlijn 72/245/ EG, versie 95/54/EG, aangezien anders verstoringen van de aanwezige elektronische systemen niet kunnen worden uitgesloten.
08-1 Water 8.1 Watervoorziening Hoofdstuk 8: Water De camper is uitgerust met een vaste verswatertank. Een 8.1 Algemene informatie elektrische tandem-dompelpomp pompt het water naar de afzonderlijke tapplaatsen. Door het openen van een waterkra- • Gebruik in de omgang met levensmiddelen altijd water van drinkwaterkwaliteit.
Water 08-2 • Schakel zo nodig via het controlepaneel de waterpomp in Tandem-dompelpomp • Zet alle waterkranen op ‘warm’, draai ze open en wacht De camper is uitgerust met een onderhoudsvrije tandem-dom- zolang totdat het water zonder luchtbelletjes uit de kranen pelpomp.
Pagina 113
08-3 Water Vuilwatertank De vuilwatertank kan desgewenst worden verwarmd, zodat wordt voorkomen dat het afvalwater bij lichte vorst bevriest. Nadat de verwarming via het controlepaneel is ingeschakeld, wordt de warme lucht door een leidingsysteem naar de vuilwa- tertank geleid. Voeg bij zware vorst tevens een beetje antivriesmiddel (bijv. keukenzout) toe aan de inhoud van de vuilwatertank, zodat het afvalwater niet kan bevriezen.
Water 08-4 • Draai alle kranen half open. • Hang de handdouche naar boven in de douchestand. • Controleer de waterafvoer. • Reinig de tanks en spoel ze grondig door. • Laat waterinstallatie zo lang mogelijk uitdrogen. • Vergeet niet de toiletcassette te legen. Als de camper bij bevriezingsgevaar niet wordt gebruikt, moet het gehele waterleidingsysteem beslist worden ge- leegd! Laat de waterkranen half open staan.
08-5 Water 8.3 Warmwaterbereiding De verwarming van water vindt plaats m.b.v. een in het ver- warmingsapparaat geïntegreerde boiler met een inhoud van 10 l. Bij gebruik tijdens de zomer kan het water onafhanke- lijk van de werking van de verwarming worden verwarmd. Aanwijzingen over de bediening van de boiler vindt u in hoofdstuk 9.3 “Verwarming”.
Pagina 116
08-6 Water Doseer de toiletvloeistof zeer zuinig. Een overdosis is geen Doe nooit rechtstreeks toiletvloeistof in de toiletpot. waarborg voor het voorkomen van geurvorming! • Doe de aangegeven hoeveelheid toiletvloeistof in de toilet- • Schuif de toilettank weer op zijn plaats terug. tank.
Water 08-7 Bediening Toilettank leegmaken • Draai de toiletpot in de gewenste positie. De toilettank moet geleegd worden uiterlijk als de LED gaat • Laat wat water in de toiletpot lopen door op de spoelknop branden. Aanbevolen wordt om de tank al te legen vóór het te drukken, of open de schuif door de schuifgreep onder zover is.
Water 08-8 Wateraansluiting buitendouche Leeg de toilettank alleen bij een speciaal hiervoor be- stemd vuilwaterinzamelpunt, maar nooit in de vrije natuur! Openen • Breng de toilettank naar een speciaal hiervoor bestemd • Schuif de afdekklep na boven om de wateraansluiting vuilwaterinzamelpunt.
09-1 Hoofdstuk 9: Gas Als het vermoeden bestaat dat er gas vrijkomt, moeten onmiddellijk de volgende maatregelen worden genomen: • Sluit de hoofdafsluiter van de gasfles. 9.1 Algemene veiligheidsinstructies voor het • Ontstekingsbronnen als open vuur of roken zijn ten gebruik van vloeibaar-gasinstallaties strengste verboden.
09-2 Regelaars en ventielen Vóór ingebruikname • Gebruik uitsluitend speciale voor voertuigen regelaars met • De gasafvoerbuis moet dicht en vast zijn aangesloten aan veiligheidsklep. Andere regelaars zijn volgens DVWG-werk- verwarming en schoorsteen. Hij mag geen beschadigingen blad G 607 niet toegestaan en voldoen niet aan de zware vertonen.
09-3 9.2 Gasvoorziening Gasfleskast De toegang tot de gasfleskast bevindt zich apart in de zijwand. De camper is uitgerust met een propaangasinstallatie (gasfles niet standaard meegeleverd). Deze installatie levert gas aan de De gasfleskast biedt plaats aan 2 x 11 kg propaangasflessen volgende apparaten: .
09-4 Voor de gasfleskast geldt: • Controleer de bevestiging van de gasflessen vóór iedere rit. De gasflessen moeten rechtop staan en ventielen moe- ten worden gesloten. • Trek losse riemen vast. • Steeds als een gasfles verwisseld is, moet met een lekzo- ekmiddel worden gecontroleerd of de hogedrukslang op de fles helemaal dicht is.
09-5 Gasfles verwisselen Tijdens het verwisselen van de gasfles niet roken en geen open vuur ontsteken! Controleer na het verwisselen van de gasfles of er bij de aansluitpunten gas weglekt. Besproei de aansluitpunten daartoe met lekzoekspray. • Open de deur van de gasfleskast. •...
Pagina 124
09-6 • Tijdens het tanken van brandstof, op veerboten en in de garage mag geen enkel gasapparaat in bedrijf zijn. Als er een vermoeden van een lekkage in de gasinstalla- tie bestaat, moeten onmiddellijk de afsluitkranen in het voertuig en de gasflesventielen in de gasfleskast worden afgesloten.
09-7 Gasregelaar met crashsensor Met de MonoControl CS is het mogelijk het voertuig ook tijdens het rijden te verwarmen. De geïntegreerde crashsensor onderbreekt bij een ongeval automatisch de gastoevoer en voorkomt zodoende het uit- stromen van gas. (effect van de vertraging 3,5g ± 0,5 g; komt overeen met een botssnelheid van 15-20 km/u tegen een vast obstakel) Ingebruikneming Open de flesafsluiter...
09-8 a Met de draaiknop, die naar links resp. rechts kan worden gedraaid, kan de ene resp. andere gasfles in bedrijf worden gesteld. DuoCo mfort b Geeft de status weer van de gasfles die op dat moment in gebruik is. Groen: vol Rood: leeg Werking...
09-9 DuoC 9.3 Gas-buitencontactdoos * Afstandsindicatie voor omschakelklep Via de gas-buitencontactdoos kunnen buitenapparaten op gas als barbecue of gaslamp worden aangesloten. De afstandsindicatie is gekoppeld aan de omschakelklep van de gasinstallatie met twee flessen. De werkdruk van het aan te sluiten apparaat moet a Gebruik tijdens de zomer.
Pagina 128
09-10 De koppelingsklep is zo geconstrueerd dat de snelafsluiter alleen kan worden geopend als deze er d.m.v. de insteekver- binding is aangekoppeld. Voor het aankoppelen ervan wordt de insteekverbinding in de veiligheidskoppeling gestoken. Sluit na afkoppeling de klepopening af met de beschermkap. De gas-buitencontactdoos is alleen geschikt voor het ge- bruik van gas, niet voor de teruglevering in de gasinstallatie.
• Laat storingen onmiddellijk verhelpen. Probeer alleen ratuur alsook door het niet naleven van de gebruiksvoor- storingen zelf te verhelpen als in deze gebruiksaanwij- schriften vervalt de garantie en aanvaart HOBBY geen enkele zing een storingsdiagnose is beschreven. aansprakelijkheid meer. Bovendien vervalt de gebruiksvergun- •...
10-2 Inbouwapparatuur Draai- / drukknop Met de draai-/drukknop kunnen instelwaarden en parameters worden geselecteerd, gewijzigd en door aanraken worden opgeslagen. Geselecteerde menuopdrachten knipperen. Draaien naar rechts (+) – Het menu wordt van links naar rechts ‘gelezen’. – Waarden verhogen Draaien naar links (–) –...
Pagina 131
Inbouwapparatuur 10-3 Ingebruikneming Bedieningspaneel in- /uitschakelen Draai-/drukknop langer dan 3 seconden Start- / Standby-scherm ingedrukt houden. Nadat het bedieningspaneel is - Vooraf ingestelde waarden / bedrijfspara- aangesloten op de stroomvoorzi- meters worden na het inschakelen weer ening verschijnt na enkele secon- actief.
Pagina 132
Inbouwapparatuur 10-4 Warmwaterniveau wijzigen Kamertemperatuur aanpassen Selecteer met de draai-/drukknop het symbool in de bovenste Selecteer met de draai-/drukknop het symbool in de bovenste menuregel menuregel - Schakel over op het instelniveau via aanraken. - Schakel over op het instelniveau via aanraken. - Kies de gewenste temperatuur d.m.v.
10-5 Inbouwapparatuur Energiebron kiezen Zodra de verwarming wordt ingeschakeld (kamertempera- tuur, warmwaterniveau actief), wordt in de statusbalk de in Selecteer met de draai-/drukknop het symbool in de bovenste de voorafgaande verwarmingsperiode gekozen energiebron menuregel aangegeven. De standaard fabrieksinstelling is gas. - Schakel over op het instelniveau via aanraken.
10-6 Inbouwapparatuur 10-6 Ventilatorstand kiezen BOOST snelle opwarming van de ruimte beschikbaar als het verschil tussen Selecteer met de draai-/drukknop het symbool in de bovenste gekozen en huidige kamertemperatuur menuregel meer dan 10°C bedraagt. - Schakel over op het instelniveau via aanraken. - Kies de gewenste ventilatorstand d.m.v.
Pagina 135
10-7 Inbouwapparatuur Tijdschakelklok instellen Als het begin-/eindtijdstip bij de invoer is overschreden, worden de bedrijfsparameters pas na het bereiken van het De tijdschakelklok kan alleen worden geselecteerd als de tijd volgende start-/eindtijdstip geëffectueerd. Tot dan toe blijven van het bedieningspaneel is ingesteld. de huidige ingestelde bedrijfsparameters geldig.
Inbouwapparatuur 10-8 Energiebron kiezen Tijdschakelklok activeren (ON) - Kies de gewenste energiebron - Activeer de tijdschakelklok met de d.m.v. de draai-/drukknop. draai-/drukknop (ON). - Raak de draai-/drukknop licht aan - Raak de draai-/drukknop licht aan om de waarde te bevestigen. om de waarde te bevestigen.
10-9 Inbouwapparatuur Achtergrondverlichting van het bedieningspaneel aanpassen Tijd instellen - De uurweergave knippert. De achtergrondverlichting is in 10 - Stel met de draai-/drukknop de standen instelbaar. uren (24-uurs-modus) in. - Na nogmaals de draai-/drukknop te hebben aangeraakt, knippert de minutenweergave. - Raak de draai-/drukknop licht aan om de waarde te bevestigen.
Pagina 138
Inbouwapparatuur 10-10 Waarschuwing Op fabrieksinstelling resetten (RESET) De resetfunctie zet het bedieningspa- Bij een waarschuwing verschijnt een waarschuwingssymbool om neel terug op de fabrieksinstelling. Alle aan te geven dat er sprake is van een ongedefinieerde toestand instellingen worden daarmee verwijderd. van een van de bedrijfsparameters.
Pagina 139
10-11 Inbouwapparatuur Waarschuwingscode uitlezen Storing - Kies het gewenste symbool met de Bij een storing gaat het bedieningspaneel onmiddellijk naar het draai-/drukknop. menuniveau “Storing” en toont de foutcode ‘Storing’. - Raak de draai-/drukknop licht aan. E = storing De actuele waarschuwingscode 41 = foutcode verschijnt.
Pagina 140
Inbouwapparatuur 10-12 Onderhoud Dit apparaat is onderhoudsvrij. Gebruik voor de reiniging van het front een niet-schurende, met water bevochtigde doek. Als dit niet voldoende is, gebruik dan een neutraal schoonmaakmiddel. FrostControl FrostControl is een spanningsvrij veiligheidsventiel resp. aftapkraan. Het tapt bij bevriezingsgevaar automatisch de inhoud van de boiler af via een aftappijp.
10-13 Inbouwapparatuur Activeren • Druk de knop licht in stand (m) en draai tegelijkertijd de schakelaar 90° in stand (k). • Zolang de schakelaar in stand (k) staat, blijft de knop in stand Deactiveren • Draai de schakelaar vanuit stand (k) 90° in parallelstand naar Frost-Control.
Inbouwapparatuur 10-14 10.3 Koelkast Bedrijfsmodi De koelkast werkt op drie manieren. - op 12V: elektriciteitsvoorziening via de accu van de camper - op 230V: elektriciteitsvoorziening van externe bron. - op vloeibaar gas: gasvoorziening uit de gasflessen van de camper. Neem a.u.b. vóór ingebruikneming goede nota van de aanwijzingen in de handleiding van de fabrikant.
10-15 Inbouwapparatuur Werking op 230V • Uitschakelen: draai de energiekeuzeschakelaar in de 0-stand • Zet de energiekeuzeschakelaar op netvoeding. • Sluit de hoofdafsluiter op de gasfles alsmede de gasafs- • Regel de temperatuur met thermostaat , de temperatu- luiter voor de koelkast. urniveaus zijn niet gerelateerd aan absolute temperatuur- waarden.
Inbouwapparatuur 10-16 Zet de koelkastdeur – als de koelkast niet in gebruik is – al- tijd vast in de ventilatiestand, om de vorming van schimmel en onaangename geurtjes te voorkomen. Vergrendeling Dometic Vergrendeling Slim Tower Vergrendeling koelkastdeur Tijdens het rijden moet de deur van de koelkast altijd gesloten en vergrendeld zijn.
Pagina 145
10-17 Inbouwapparatuur Uitneembaar vak Slim Tower Het vriesvak van de Slim Tower kan naar keuze worden ver- wijderd om meer ruimte te creëren. Vriesvak verwijderen • Open de deur van het vriesvak. • Schuif beide klemmen aan de onderkant van de vloer naar het midden.
Inbouwapparatuur 10-18 Kooktoestellen of andere toestellen die bij de verbranding lucht aan de binnenruimte onttrekken, mogen nooit voor verwarming van het voertuig gebruikt worden. Bij veron- achtzaming bestaat acuut levensgevaar door zuurstofge- brek en de mogelijke vorming van het reukloze koolmo- noxide.
Pagina 147
10-19 Inbouwapparatuur • Sluit de gasafsluiter van het gaskomfoor. Gebruik voor het vastpakken van hete potten, pannen en vergelijkbare voorwerpen kookhandschoenen of pannen- lappen. Gevaar voor verbranding! Laat de glasplaat na het koken nog zo lang openstaan als de branders hitte afgeven. De glasplaat zou anders kunnen barsten.
Inbouwapparatuur 10-20 • Als de brandervlam per ongeluk wordt gedoofd, zet dan de draaiknop in de nulstand en laat de brander minstens een minuut uitgeschakeld. Probeer pas daar- na opnieuw de oven te ontsteken. • Gebruik de oven nooit zonder inhoud (te verwarmen gerechten).
10-21 Inbouwapparatuur • Houd de draaiknop enkele seconden ingedrukt totdat het veiligheidsventiel van de ontsteking de gastoevoer open houdt. • Laat de draaiknop los en zet hem op de gewenste vermo- gensstand (alleen oven). • Sluit de ovendeur voorzichtig zodat de vlam niet uitgaat. Uitschakelen •...
Inbouwapparatuur 10-22 10.7 Dak-airconditioning Ventilatierichting instellen De luchttoevoer in het voertuiginterieur kan worden geregeld De klimaatinstallatie bevindt zich – in plaats van een dakraam – via de stand van de luchtjets. in het plafond van het woongedeelte. Voor de juiste bediening en om het vermogen van de klimaa- tinstallatie te optimaliseren moet u de volgende punten in acht nemen: •...
DVGW werkblad G 607 basisvoertuig Fiat. worden bevestigd. Hobby adviseert vóór een bezoek aan een servicedealer met De gebruiker is verantwoordelijk voor het laten uitvoeren deze contact op te nemen en te informeren of de benodigde van de keuring.
11-2 Onderhoud en verzorging 11.2 Ventileren Een voldoende luchttoevoer en ontluchting van het interieur is voor een behaaglijk binnenklimaat absoluut noodzakelijk. Tevens wordt corrosieschade door condenswater vermeden. Condenswater wordt gevormd door - gering ruimtevolume - ademhaling en lichaamstranspiratie van de inzittenden - naar binnen meenemen van vochtige kleding - gebruik van het gastoestel Zorg voor voldoende luchtverversing ter voorkoming van...
Onderhoud en verzorging 11-3 11.3 Verzorging Droog schijnwerpers en lamphouders grondig af, omdat zich daar water kan ophopen. Buitenreiniging Was het voertuig niet vaker dan nodig. Wassen met hogedrukspuit Was het voertuig alleen op speciaal hiervoor bestemde Richt de straal van de hogedrukspuit niet rechtstreeks op wasplaatsen.
Neem daarbij de door de fabrikant door corrosie te voorkomen. Maak hiervoor a.u.b. gebruik aanbevolen aanwijzingen voor het gebruik van de was in van de hulp van uw HOBBY-dealer. acht. Dakluiken, ramen en deuren Voor het glimmend poetsen van de oppervlakken geldt: De ramen moeten in verband met hun kwetsbaarheid bijzon- •...
11-5 Onderhoud en verzorging Binnenreiniging Deze methode is bijzonder geschikt voor het verwijderen van: wijn, melk, limonade bloed Ga bij de interieurreiniging zuinig om met water om vocht- balpenvlekken, inkt problemen te reduceren. urine, zweet modder M.b.t. zitbekleding, kussens en gordijnen geldt: braaksel •...
Pagina 156
Onderhoud en verzorging 11-6 M.b.t. het tapijt geldt: M.b.t. meubeloppervlakken geldt: • reinigen met een stofzuiger of een borstel. • Reinig houten meubelfronten met een vochtige doek of • zo nodig met tapijtschuim behandelen of shampooën. spons. • Wrijf met een stofvrije doek droog. Voor de PVC-vloerbedekking geldt: •...
11-7 Onderhoud en verzorging Accessoires 11.4 Winterpauze voor de camper M.b.t. de verzorging geldt: Met het invallen van de winter eindigt vaak ook het cam- • Reinig kunststof onderdelen (bijv. bumpers, ommantelingen) pingseizoen. Voor de nu volgende winterpauze moet uw met water van maximaal 60°C en een mild huishoudelijk camper goed worden voorbereid.
Pagina 158
Onderhoud en verzorging 11-8 Voor de reservoirs geldt: Voor het interieur van de camper geldt: • Leeg en reinig de drinkwatertank. • Leeg en reinig de koelkast, laat de koelkastdeur geopend. • Leeg en reinig de vuilwatertank. • Laat deuren van bergruimten en kasten open staan i.v.m. •...
11-9 Onderhoud en verzorging Voor de ventilatie geldt: 11. 5 Gebruik tijdens de winter • Zet de verwarming op hoogste stand tijdens de opwarm- fase van het voertuig, en open plafondkasten, gordijnen en Voorbereidingen rolgordijnen. Hierdoor wordt een optimale luchttoevoer en Door het algehele voertuigontwerp is uw camper tot op zekere ontluchting bereikt.
Onderhoud en verzorging 11-10 • Laat ook bij afwezigheid en ’s nachts de binnenruimte niet Na afloop van het winterseizoen geheel afkoelen en laat de verwarming op een laag vermo- gen branden. M.b.t. de verzorging geldt: • Was het chassis en de motor grondig. Hierdoor worden cor- Verwarm het voertuig beslist ook ’s nachts bij bevriezings- rosiebevorderende ontdooimiddelen (zouten, loogrestanten) gevaar en bij overnachting in de camper!
12-1 Afvalverwerking en milieubescherming Hoofdstuk 12: Afvalverwerking en milieubescherming 12.1 Milieu en mobiel reizen Milieuvriendelijk gebruik Gebruikers van een camper of caravan dragen vanzelfsprekend een bijzondere verantwoordelijkheid voor het milieu. Daarom dient het voertuig altijd op milieuvriendelijke wijze te worden gebruikt.
Pagina 162
Afvalverwerking en milieubescherming 12-2 M.b.t. afvalwater geldt: M.b.t. fecaliën geldt: • Verzamel afvalwater aan boord alleen in ingebouwde vuil- • Voeg uitsluitend toegelaten toiletvloeistof aan de toilettank watertanks of desnoods in hiervoor geschikte reservoirs! toe. • Laat afvalwater nooit weglopen in de vrije natuur of in riool- Door het installeren van een systeem met een actieve-kool- putten! De riolering in dorpen en steden komt meestal niet filter (onderdelenhandel) kan het gebruik van toiletvloeistof...
12-3 Afvalverwerking en milieubescherming Afvalverwerking • Laat de toilettank nooit te vol worden. Maak uiterlijk wanneer niveau-indicator gaat branden, de tank onmiddellijk leeg. • Laat fecaliën nooit in rioolputten weglopen! De riolering in dorpen en steden komt meestal niet uit op waterzuiveringsin- stallaties.
(op het moment van ter perse gaan) de fabrikant van het basisvoertuig verantwoordelijk voor de terugneming ervan. Uw HOBBY-camper moet dus gratis via het complete netwerk van FIAT-dealers teruggenomen en vakkundig verwerkt worden.
Pagina 166
Technische gegevens 13-2 13.2 Bandenspanning Campers Band Spanning (bar) Basis Michelin XC Camping 215/70 R 15 C vo: 5,0 ac: 5,5 FIAT 225/75 R 16 C vo: 5,5 ac: 5,5 FIAT Overige bandenfabrikanten 215/70 R 15 C vo: 4,1 ac: 4,5 FIAT 225/75 R 16 C vo: 4,5...
13-11 Technische gegevens 13.5 Gewicht accessoires Voorwerp Gewicht (kg) Voorwerp Gewicht (kg) DOMETIC-SEITZ dakluik Midi Heki met elektr. 2 extra luidsprekers in het woongedeelte 2,00 Achtersteunen 6,00 aandrijving i.p.v. Mini Heki aan achterzijde 5,50 Achteruitrijdvideosysteem met kleurenmonitor en Elektrische buitenspiegels 0,50 plat beeldscherm 2,00...
Pagina 176
Gewichtsverhoging van Light chassis 3,5 t tot Maxi chassis 4,25 t 40,00 Trekhaak 35,00 HELLA accusensor 0,90 TRUMA DuoControl incl. crashsensor en Eis-Ex 2,10 HOBBY starterpakket 42,10 – 61,10 TRUMA MonoControl CS (crashsensor) 1,00 Insectenhor voor toegangsdeur 3,50 TRUMA verwarming Combi 6 E, in plaats van Combi 4 1,10...
“extra uitrusting” alsmede de “persoonlijke uitrusting” te worden afgetrokken van de “technisch toelaatbare maximummassa”. Vul hiervoor a.u.b. de gegevens van uw persoonlijke droomcamper in onderstaande tabel in. Bij vragen of onduidelijkheden hieromtrent staat uw Hobby-dealer u graag met raad en daad terzijde. HOBBY caravanfabriek...
Pagina 180
Bijlage B-2 Model: Technisch toelaatbare maximummassa: Rijklaar gewicht (incl. gas, water, elektrische installatie, chauffeur en brandstof): Conventionele belasting (aantal zitplaatsen [behalve chauffeur] x 75 kg: Extra uitrusting: 10.) 11.) 12.) 13.) 14.) 15.) Persoonlijke uitrusting = (10 x N) + (10 x L): N - aantal geregistreerde zitplaatsen (inclusief chauffeur) L - lengte van het voertuig in meter Restlading:...