Toets
Functie
Tab
Naar het volgende invoerveld.
Shift + Tab
Naar het vorige invoerveld.
R r (pijlen)
Onderdelen selecteren.
T t (pijlen)
Verplaatsen binnen ingevoerde tekst.
Enter
Pas de instelling toe en sluit het
venster [Recording Preparation].
Esc
Annuleer de instelling en sluit het
venster [Recording Preparation].
Meerdere patiënten vooraf
registreren
U kunt vooraf informatie over procedures en onderzoeken
voor meerdere patiënten registreren. Zo kunt u op de dag
van de procedure of het onderzoek gewoon de patiënt
selecteren in de lijst met geregistreerde patiënten en tijd
besparen bij de voorbereiding.
Voor informatie over het registreren van patiënten uit
MWL raadpleegt u "Patiënten registreren vanuit MWL"
(pagina 51).
Patiënten registreren
Registreer patiënten voor procedures en onderzoeken in
de patiëntenlijst.
1
Configureer patiëntgegevens en opslaginstellingen
voor opgenomen gegevens in het venster [Recording
Preparation], selecteer [Add to List] en druk dan op
de knop ENTER.
Raadpleeg "Instellingen voor patiëntgegevens en
gegevensopslag" (pagina 48) voor meer informatie
over patiëntgegevens en opslagbestemmingen voor
opgenomen gegevens.
De patiënt wordt aan de patiëntenlijst toegevoegd.
2
Herhaal dit voor alle overige patiënten.
Tip
U kunt maximaal 100 patiënten in de patiëntenlijst
registreren. Wanneer u het aantal van 100 overschrijdt,
worden automatisch bestaande patiënten overschreven, te
beginnen met de oudste.
Patiënten terugroepen
Roep patiënten terug die vooraf zijn geregistreerd.
1
Selecteer [Call List] in het venster [Recording
Preparation] en druk op de knop ENTER.
Tip
[Call List] verschijnt wanneer [MWM] is ingesteld
op [Not Used] in het venster [System Admin
Settings] - venster [DICOM Settings] - tabblad
[MWM Server 1].
Het venster [Patient List] verschijnt.
2
Selecteer de gewenste patiënt en druk op de knop
ENTER om het selectievakje te selecteren.
3
Selecteer [Execute] en druk op de knop ENTER.
Het venster [Recording Preparation] verschijnt
opnieuw en de patiëntinformatie wordt toegepast in
het venster [Recording Preparation].
Geregistreerde patiëntinstellingen
bewerken
Bewerk patiëntinformatie en sla instellingen op voor
opgenomen gegevens die vooraf zijn geregistreerd.
1
Selecteer [Call List] in het venster [Recording
Preparation] en druk op de knop ENTER.
Het venster [Patient List] verschijnt.
2
Selecteer de patiënt waarvan u de instellingen wilt
bewerken en druk op de knop ENTER om het
selectievakje te selecteren.
3
Selecteer [Change] en druk op de knop ENTER.
Het venster [Change Patient List] verschijnt.
4
Na het bewerken van de instellingen selecteert u
[Apply] en drukt u op de knop ENTER.
Het venster [Patient List] verschijnt weer.
5
Selecteer [Execute] en druk op de knop ENTER.
Het venster [Recording Preparation] verschijnt weer.
Geregistreerde patiënten uit de lijst
verwijderen
Patiënten verwijderen die vooraf in de lijst zijn
geregistreerd.
1
Selecteer [Call List] in het venster [Recording
Preparation] en druk op de knop ENTER.
Het venster [Patient List] verschijnt.
2
Selecteer de patiënt die u wilt verwijderen en druk op
de knop ENTER om het selectievakje te selecteren.
50