De motor gebruiksklaar maken
1. Ververs de motorolie en vervang het oliefilter terwijl de
motor nog warm is; zie De motorolie verversen (bladz.
17) en Oliefilter vervangen (bladz. 17).
2. Verwijder de bougie.
3. Giet met een oliekan ongeveer 30 ml motorolie in de
motor via de bougieopening.
4. Trek langzaam enkele keren aan het startkoord om de
olie over de cilinder te verdelen.
5. Monteer de bougie, maar sluit de bougiekabel niet aan
op de bougie. Bevestig de kabel zodat deze de bougie
niet raakt.
De maaimachine uit de stalling
halen
1. Controleer alle bevestigingen en draai deze vast.
2. Verwijder de bougie en draai de motor snel rond met
behulp van het startkoord om overtollige olie uit de
cilinder te verwijderen.
3. Controleer de bougie en vervang deze indien hij vuil,
versleten of gebarsten is; zie de gebruikershandleiding
van de motor.
4. Plaats de bougie en draai ze vast tot de aanbevolen
torsie van 20 Nm.
5. Voer de vereiste onderhoudsprocedures uit; zie
Onderhoud (bladz. 16).
6. Controleer het oliepeil in de motor; zie Motoroliepeil
controleren (bladz. 9).
7. Vul de brandstoftank met verse benzine; zie De
brandstoftank vullen met benzine (bladz. 9).
8. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
27