Inhoudsopgave
Advertenties
WAARSCHUWING
Een onjuiste montage van de messen kan
de machine beschadigen of de bestuurder of
omstanders verwonden.
De riem van de
mesremkoppeling vervangen.
Onderhoudsinterval: Om de 250 bedrijfsuren
1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
2. Verwijder de bougiekabel van de bougie.
3. Verwijder de 4 bouten waarmee de drijfriemkap is
bevestigd aan de maaikast.
Opmerking: Verwijder de bouten waarmee de
drijfriemkap is bevestigd aan de maaikast.
4. Verwijder de riemkap.
5. Verwijder vuil van onder de drijfriemkap.
6. Verwijder de riemkap van de mesremkoppeling (Figuur
36).
Opmerking: Bewaar de bouten om de riemkap van
de mesremkoppeling later weer aan te brengen.
Figuur 36
1. Riem van
mesremkoppeling
7. Verwijder de riem van de mesremkoppeling van de
remtrommelpoelie
8. Beweeg de lip naar voren (Figuur 37).
Opmerking: De lip voorkomt dat de transmissie
zover kantelt dat de riem van de poelie loopt.
1
2
G019899
2. Riemkap van
mesremkoppeling
1
1. Transmissiespanveer
2. Transmissie
3. Riem van
mesremkoppeling
9. Verwijder de transmissiespanveer
10. Verwijder de riem van de mesremkoppeling van de
remtrommelpoelie.
11. Verwijder de oude riem.
Opmerking: Houd een van messen vast met
een handschoen of doek en draai de mesas om het
verwijderen van de riem te vergemakkelijken.
12. Voer de bovenstaande stappen in omgekeerde volgorde
uit om een nieuwe riem aan te brengen.
13. Stel de riem af; zie Kabel van de mesremkoppeling
afstellen in Kabel van de mesrem afstellen (bladz. 24).
De kabel van de zelfaandrijving
afstellen
Als de zelfaandrijving van de maaimachine niet werkt of de
machine naar voren kruipt wanneer u de bedieningsstang
loslaat, dan moet de aandrijfkabel worden afgesteld.
1. Stop en wacht totdat alle bewegende onderdelen tot
stilstand gekomen zijn.
2. Draai de moer van de kabelbeugel los (Figuur 38).
23
2
3
Figuur 37
4. Transmissieriem
5. Lip
4
5
G019898
Advertenties
Inhoudsopgave
