Telefoon vergrendelen
Met Telefoon vergrendelen wordt de toegang tot de functies op een telefoon geblokkeerd,
met de volgende uitzonderingen:
•
het toestel ontgrendelen via de PIN van een gebruiker
•
ondersteuning voor aanmelding bij en afmelding van Hot Desk, en
•
ondersteuning voor Melding noodoproep.
Telefoon vergrendelen heeft geen effect bij inkomende oproepen maar beperkt uitgaande
oproepen, met de volgende uitzonderingen:
•
oproepen naar trunkroutes voor noodoproepen, en
•
lokale operators.
De meeste toetsen op het apparaat zijn uitgeschakeld, met uitzondering van het toetsenblok
en de volumetoetsen. De volgende functies en toetsen zijn uitgeschakeld:
•
Menutoegang
•
Softtoetsen
•
Toetsen voor functietoegang
•
Functietoegangscodes, en
•
Accountcodes
Opmerking: softtoetsen worden wel weergegeven, maar zijn uitgeschakeld. De
softtoetsen voor Hot Desking blijven echter ingeschakeld. De toegangstoetsen voor de
functie Telefoon vergrendelen, Aanmelding Hot Desking en Melding noodoproep zijn
nog steeds beschikbaar. Menu biedt melding van noodoproepen, als deze uitstaan.
Controleer het volgende voordat u een toestel vergrendelt:
•
het toestel moet inactief zijn (er mag geen oproep actief zijn)
•
er mogen geen oproepen in de wacht staan of in de wacht zijn geplaatst voor consultatie
op een lijnweergave
•
de hoofdtelefoonmodus mag niet actief zijn.
U kunt Telefoon vergrendelen als volgt activeren:
•
Druk op de functietoets Telefoon vergrendelen of voer functietoegangscode voor
Telefoon vergrendelen in.
U kunt Telefoon vergrendelen als volgt deactiveren:
•
Druk op de functietoets Telefoon vergrendelen of voer functietoegangscode voor
Telefoon ontgrendelen in.
•
Voer uw gebruikers-PIN in om het toestel te ontgrendelen.
Opmerking: Als geen gebruikers-PIN is toegewezen, voert u # in als u wordt gevraagd
om de PIN voor het ontgrendelen van de telefoon.
Gebruikershandleiding voor 5312/5324 IP-telefoons
- 33 -