2. Selecteer het apparaat in het scherm [Printersoftware] en klik vervolgens [OK].
5.
Klik op [Voeg toe].
Het voortgangsscherm wordt weergegeven.
• Indien het voortgangsscherm na enige tijd niet verdwijnt, klikt u op [Configureer...] of
[Instellingen] en configureert u de optieconfiguratie van de printer. Voor de procedure van de
optieconfiguratie, zie Gebruikershandleiding (volledige versie).
Het printerstuurprogramma installeren voor een netwerkverbinding (macOS)
107