8.
Blader d.m.v. [4] en [6] door de vooropgenomen beelden op het
beeldscherm.
Blader d.m.v. [4] en [6] door de vooropgenomen beelden. Elk beeld verschijnt
samen met een aanduiding van de timing wanneer het beeld vooropgenomen
was.
–0.4 sec.
(0,4*)
* Seconden voor volledig indrukken van de sluitertoets.
• De timing van het beeld dat u hier selecteert, zal de timing zijn van eerst in stap
6 weergegeven beeld bij de volgende keer dat u de bovenstaande procedure
uitvoert. Als u bijvoorbeeld het beeld selecteert dat 0,3 seconden voor volledig
indrukken van de sluitertoets vooropgenomen was, dan zal het –0,3 seconden
beeld weergegeven worden in stap 6 de volgende maal dat u de bovenstaande
procedure uitvoert.
9.
Druk op [SET] (instellen) om het op dat moment weergegeven beeld op
te slaan als de uiteindelijke beelden.
LET OP
• Bij deze BEST SHOT scène wordt de flitsinstelling automatisch ? (Flits Uit).
• De zelfontspanner kan niet met deze BEST SHOT scène gebruikt worden.
• Bij deze BEST SHOT scène worden de scherpstelling en de belichting op hun
huidige niveau's vastgezet door de toets half in te drukken.
• Bij deze BEST SHOT scène zal de beeldopname niet met succes verlopen als u de
sluitertoets volledig indrukt zonder genoeg tijd te geven (minstens 0,4 seconden)
na de toets tot halverwege te hebben ingedrukt.
• Houd het onderwerp nauwgezet in de gaten tijdens het opnemen. Als u dit niet
doet kan er een aanzienlijke vertraging optreden vanaf het moment dat u wilt
opnemen totdat u de sluitertoets daadwerkelijk indrukt. Hierdoor kan de
beeldopname te laat beginnen, zelfs als u deze functie gebruikt.
• De huidige "Beeldcontrole" instelling (pagina 114) wordt genegeerd wanneer u met
deze functie opneemt. Onmiddellijk na volledig indrukken van de sluitertoets zal
één van de vijf vooropgenomen beelden in de display verschijnen zoals in stap 4
van de bovenstaande procedure.
–0.3 sec.
–0.2 sec.
(0,3*)
(0,2*)
–0.1 sec.
(0,1*)
90
SHUTTER
(Volledig
indrukken)
Gebruiken van BEST SHOT