5.4
Werkingspositie
De brander is uitsluitend voorzien voor de
werking in de volgende posities 1, 2, 3 en 4
(Afb. 13).
Het beste kan hij in de positie 1 geïnstalleerd
OPGELET
worden omdat alleen in deze positie het
onderhoud uitgevoerd kan worden zoals in
deze handleiding beschreven wordt.
De installaties 2, 3 en 4 staan de werking toe,
maar maken de onderhouds- en inspectie-
handelingen van de branderkop minder toe-
gankelijk.
5.5
Voorbereiding van de ketel
5.5.1
Boringen in de ketelplaat
Boor gaten in de dichtingsplaat van de verbrandingskamer, zoals
aangegeven wordt in Afb. 14. Met behulp van de thermische
flensdichting - samen met de brander geleverd - kunt u de juiste
positie van te boren gaten vinden.
5.5.2
Lengte van de monding
Bij het kiezen van de lengte van de monding moet u rekening
houden met de voorschriften van de ketelfabrikant. De kop moet
in ieder geval langer zijn dan de totale dikte van de keteldeur en
het hittebestendig materiaal.
De vuurvaste bescherming kan een conische vorm hebben (mi-
nimum 60°).
Voor ketels met circulatie van rookgassen vooraan 1)(Afb. 15) of
met vlaminversiekamer, moet een vuurvaste bescherming 5)
aangebracht worden tussen het vuurvast materiaal van de ketel
2) en de vlamtrechter 4).
De bescherming moet zodanig aangebracht worden dat de mon-
ding verwijderd kan worden.
Voor ketels waarvan de voorkant met water gekoeld wordt is een
vuurvaste bescherming niet nodig 2)-5)(Afb. 15), als de fabrikant
van de ketel er niet uitdrukkelijk om vraagt.
5.6
Bevestiging van de brander op de ketel
Zorg voor een geschikt hefsysteem dat u aan de
ringen 3)(Afb. 15) vastmaakt.
Schuif de bijgeleverde thermische afscherming op de mon-
ding 4)(Afb. 15).
Schuif de gehele brander op de eerder voorziene brander-
boring (Afb. 14), en bevestig met de bijgeleverde schroeven.
De dichting brander-ketel moet hermetisch zijn.
OPGELET
Installatie
Alle andere posities zijn niet goed voor een
Positie 5 is om veiligheidsredenen verboden.
GEVAAR
1
mm
RS 310/M MZ
RS 410/M MZ
RS 510/M MZ
RS 610/M MZ
20072025
19
NL
goede werking.
2
3
4
D7739
D455
A
B
335
452
335
452
335
452
350
452
5
Afb. 13
Afb. 14
C
M18
M18
M18
M18
Tab. I
Afb. 15
20153492