8 De Bediening in essentie
De Be di e n i n g i n e s s e n t i e
8.1 Apparaat inschakelen
LET OP!
Water op de bodem van de binnenruimte bij temperatu-
ren boven de 120°C leidt tot schade aan het emaille.
▶
Geen programma starten wanneer zich water op de
bodem van de binnenruimte bevindt.
▶
Voor gebruik het water van de bodem van de bin-
nenruimte opnemen.
▶
Schakel het apparaat in met
Opmerkingen
¡ In de basisinstellingen kunt u vastleggen of het dis-
play na het inschakelen het hoofdmenu of een an-
dere functie toont.
→ "Basisinstellingen", Pagina 22
¡ Wanneer u het apparaat langere tijd niet bedient,
gaat het apparaat automatisch uit.
8.2 Apparaat uitschakelen
▶
Schakel het apparaat uit met
Opmerkingen
¡ Al naar gelang de temperatuur in de binnenruimte
verschijnt op het display de restwarmte-indicatie.
→ "Restwarmte-aanduiding", Pagina 15
¡ Al naar gelang de temperatuur in de binnenruimte
blijft de koelventilator draaien, totdat de binnenruim-
te is afgekoeld.
→ "Koelventilator", Pagina 10
8.3 Restwarmte-aanduiding
Nadat u het apparaat heeft uitgeschakeld, wordt op het
display de restwarmte weergegeven.
Display
Restwarmte hoog
Restwarmte laag
8.4 Verwarmingsmethode en temperatuur
instellen
1.
Schakel het apparaat in met
2.
Druk op "Verwarmingsmethoden".
3.
Blader door de verwarmingsmethoden met of .
4.
Druk op de gewenste verwarmingsmethode.
5.
Druk op "Temperatuur".
6.
Kies de temperatuur met of .
7.
De instelling met
Verdere mogelijke selectie:
– Snel voorverwarmen → Pagina 21
– Tijdsduur → Pagina 18
– Klaar om → Pagina 19
– Magnetron → Pagina 17
– Informatie → Pagina 15
8.
Start de werking met
Opmerking: Wanneer u voorverwarmt, is het opti-
male tijdstip voor het plaatsen van het gerecht be-
reikt zodra de opwarmbalk is gevuld.
a Op het display verschijnt de bedrijfstijd.
a De opwarmbalk geeft de temperatuurstijging weer.
.
.
Temperatuur
boven 120°C
tussen 60°C en 120°C
.
bevestigen.
.
9.
Schakel het apparaat uit met
klaar is.
8.5 Temperatuur wijzigen
Nadat u de werking gestart heeft, kunt u de tempera-
tuur of stand nog wijzigen.
1.
Druk op "Temperatuur".
2.
De temperatuur met of wijzigen.
3.
De instelling met
a De temperatuur wordt gewijzigd.
8.6 Verwarmingsmethode wijzigen
Als u de verwarmingsmethode wijzigt, zet het apparaat
alle instellingen terug.
1.
Onderbreek de werking met
2.
Met
naar de verwarmingsmethoden gaan.
3.
Blader door de verwarmingsmethoden met of .
4.
Druk op de gewenste verwarmingsmethode.
5.
Pas indien nodig de temperatuur of stand aan.
6.
Start de werking met
8.7 Bedrijf onderbreken
1.
Druk op
.
2.
Om de werking voort te zetten, opnieuw op
ken.
8.8 Informatie weergeven
Opmerking: In de meeste gevallen kunt u informatie bij
de zojuist uitgevoerde functie oproepen.
1.
Druk op "Informatie".
a De informatie verschijnt gedurende enkele secon-
den.
2.
Druk om de informatie te sluiten op
8.9 Sabbatconform bedienen
Wanneer u uw apparaat sabbatconform wilt bedienen,
gebruik dan de tijdfuncties en wijzig de basisinstelling
voor de verlichting.
Opmerking: Wanneer u de apparaatdeur tijdens het
gebruik opent, houdt het apparaat op met verwarmen.
Wanneer u de apparaatdeur sluit, verwarmt het appa-
raat verder.
1.
Wijzig de basisinstelling "Verlichting" naar "Altijd uit".
→ "Basisinstellingen", Pagina 22
Zo blijft de verlichting in de binnenruimte tijdens het
gebruik en wanneer u de apparaatdeur opent altijd
uit.
2.
Stel de gewenste verwarmingsmethode in.
→ "Verwarmingsmethode en temperatuur instellen",
Pagina 15
3.
Stel al naar gelang de verwarmingsmethode de ge-
wenste tijdsduur in.
→ "Tijdsduur", Pagina 18
4.
Stel met "Klaar om" het tijdstip in, waarop de wer-
king moet eindigen.
→ "Starttijdvoorkeuze - "Klaar om"", Pagina 19
De Bediening in essentie nl
wanneer het gerecht
bevestigen.
.
.
.
druk-
15