kINDErVEIlIGHEID: uitschakelen, inschakelen van de passagiersairbag voorin
1
Inschakelen van de
passagiersairbag voorin
Zodra het kinderzitje van de passagiersstoel
verwijderd is, moet u de airbag weer inscha-
kelen om de voorpassagier bij een botsing
te beschermen.
Opnieuw inschakelen van de airbag: met
stilstaande auto en contact uit, druk en
draai de knop 1 naar de stand ON.
Met contact aan, moet u verplicht controle-
ren of het controlelampje 2 uit is.
De passagiersairbag voor is ingeschakeld.
1.60
2
storingen
In geval van een storing aan het systeem
voor het in- en uitschakelen van de passa-
giersairbag, is het verboden een kinderzitje
op de voorstoel te gebruiken.
Het gebruik van de voorstoel door een pas-
sagier wordt ook afgeraden.
Raadpleeg zo spoedig mogelijk een merk-
dealer.
(3/3)
GEVaar
Omdat het gevaarlijk is als de
passagiersairbag voorin wordt
geactiveerd als er een kin-
derzitje achterstevoren op de stoel is
geplaatst, mag u NOOIt een bevesti-
gingssysteem voor kinderen achterste-
voren installeren op een stoel met een
ACTIEVE frontale aIrBaG. Dit kan
de DOOD van het kIND of ErNstIG
lEtsEl tot gevolg hebben.
Het in- en uitschakelen van de
passagiersairbag moet bij stil-
staande auto gebeuren.
Als dit bij rijdende auto ge-
beurt, lichten de controlelampjes
©
en
op.
Om de staat van de airbag weer in over-
eenstemming te brengen met de stand
van de grendel, zet u het contact uit en
weer aan.
å