een veilig en onproblematisch transport dienen de volgende punten absoluut
in acht te worden genomen:
Het transport mag alleen staand of licht schuin staand met de achterzijde
aangeleund geschieden!
Steekwagens als hulpmiddel bij het transport mogen alleen aan de
achterkant eronder worden geschoven
2.
Montagehandleiding
De plaatsing en installatie van uw inzethaard moeten door een vakman
worden uitgevoerd. Voor het plaatsen en installeren van uw inzethaard moet
overleg worden gepleegd met de verantwoordelijke schoorsteenveger om de
geschiktheid van de schoorsteen en de plaats voor de inzethaard en
eventuele andere kwesties te bespreken..
2.1. De juiste stand van de poten
Afb. A
Afb. B
- 9 -
Bij de levering van uw inzethaard zijn de poten met een moer vastgezet
(afb.1). Draai de moer voor de inbouw los (afb. 2). Daarvoor heeft u een
moersleutel met bekwijdte 19 nodig. Zo kunnen bij de montage van de
inzethaard de poten aan de binnenkant worden versteld.
2.2. Algemene eisen voor de plaatsing/het gebruik
van een open haard
Bij de installatie, aansluiting en het gebruik van de inzethaard moet rekening
worden gehouden met alle noodzakelijke nationale en Europese normen en
de plaatselijke voorschriften van het land (NEN, NEN EN, regionale
bouwverordeningen, stookverordeningen, etc.)! Hier volgen relevante
regelingen, zonder aanspraak op volledigheid.
FeuVo/LBO/VKF:
Stookverordening van de betreffende deelstaat /
landelijke bouwverordening, resp.
brandpreventievoorschriften van de VKF
(Zwitserland)
1.BlmSchV:
Eerste verordening voor de uitvoering van de Duitse
Wet Luchtkwaliteit
TROL:
Vakregels voor ter plekke gebouwde kachels van
gebakken stenen/pleisterwerk
(tegel/metselwerkovens) (ZVSHK)
DIN 1298 / EN 1856:
Verbindingsstukken voor stookinstallaties
DIN EN 13229:
Voorzetkachels incl. open haarden voor vaste
brandstoffen
DIN 18896;
Verbrandingsinstallaties
technische regels voor installatie en gebruik
DIN EN 13384:
Schoorstenen – Thermische en dynamische
berekeningsmethoden
DIN 18160-1/2:
Schoorstenen / huisschoorstenen
Open haarden mogen alleen in ruimtes en op plekken worden
geplaatst
waar
met
betrekking
omstandigheden
en
gebruik
grondoppervlak van het vertrek moet dusdanig uitgevoerd en groot zijn, dat
de open haard volgens voorschrift en bestemming gebruikt kan worden.
Inzethaarden zijn afhankelijk van de lucht die in de ruimte aanwezig is. Dat
betekent, dat bij gelijktijdig gebruik van een ventilatie (bijv. afzuigkappen,
badkamerventilatie, etc.) problemen kunnen optreden. In dergelijke gevallen
moet
door
passende
maatregelen
veiliggesteld, dat risicoloos gebruik gegarandeerd is.
voor
brandstoffen,
tot
ligging,
bouwtechnische
geen
risico
ontstaat.
(bijv.
onderdrukmeter)
worden
- 10 -
Het