water zou veranderen in 17 m³ stoom. De enorme druk die hierbij ontstaat,
kan de schoorsteen uit elkaar drukken.
Na het doven van de brand in de schoorsteen moet die door een
vakman op scheuren en ondichte plaatsen worden onderzocht en
eventueel gerepareerd.
3.13. Onderhoud
Controleer de afdichting van de deur regelmatig. Deze afdichting moet indien
nodig (bij slijtage, scheuren enz.) worden vervangen.
De bekleding van de verbrandingskamer regelmatig controleren. Deze
bestaat uit natuurlijke producten die iedere keer dat de haard wordt
aangemaakt kunnen uitzetten en krimpen. Daarbij kunnen scheuren
ontstaan. Zolang de bekleding van de verbrandingskamer in zijn positie blijft
en niet kapot gaat, is die in orde.
Voor een goede functie moet de inzethaard ieder jaar (als het kan voor de
stookperiode) door een expert worden onderhouden! De stookplaats mag niet
worden veranderd!
Er mogen uitsluitend originele onderdelen, die door de producent zijn
goedgekeurd, worden gebruikt! Neem indien nodig contact op met uw
speciaalzaak!
4. Storingen verhelpen
U kunt de volgende problemen bij uw inzethaard zelf oplossen, voor andere
problemen moet u contact opnemen met uw speciaalzaak, haardspecialist of
installateur.
4.1. Roetvorming op het glas – veel, snel en
ongelijkmatig
Als dit niet vanaf het begin zo is geweest eerst de volgende punten
controleren:
De goede brandstof en techniek gebruikt (zie punt 3.4.2; 3.8)?
Geen omslaand weer (zie punt 3.4)?
Regeling verbrandingslucht helemaal geopend (zie punt 3.3.2)?
Doet de roetvorming zich snel voor, binnen een half uur? (Een langzame
vervuiling door het gebruik van de haard is normaal. Een autoruit wordt
ook vies tijdens het rijden!)
- 49 -
Past de afdichting van de verbrandingskamer goed?
Is het hout droog genoeg? Hier moet een vochtgehalte van < 20% worden
gemeten.
Is er
voldoende hout in de haard gedaan? (Door te kleine
houthoeveelheden ontstaan geen voldoende hoge temperaturen in de
haard.)
4.2. Het vuur komt moeilijk op gang
Als dit niet vanaf het begin zo is geweest eerst de volgende punten
controleren:
De goede brandstof en techniek gebruikt (zie punt 3.4.2; 3.8)?
Is het hout droog genoeg (zie punt 4.1)?
Is het hout te dik (zie punt 3.4)?
Is de luchttoevoer voldoende (zie punt 3.3.2)?
Is de regeling voor de verbrandingslucht helemaal geopend (zie punt
3.3.2)?
Externe verbrandingsluchtpijp vrij??
4.3. Rookgas komt vrij bij het bijvullen
Zie alle vragen onder 4.1.
Is de schoorsteen vrij?
Hebben uw inzethaard en de rookgasinstallatie hun bedrijfstemperatuur al
bereikt?
Heeft u de deur in het begin langzaam geopend?
4.4. Te snel opgebrand / te hoog houtverbruik
Als dit niet vanaf het begin zo is geweest eerst de volgende punten
controleren:
Is het hout groot genoeg gekliefd?
Trekt de schoorsteen niet te sterk?
Heeft u de verbrandingsluchtregeling verlaagd?
Gebruikt u hardhout met een vochtgehalte van 15-20%?
Is de deur helemaal gesloten?
Heeft u de aanbevolen hoeveelheid hout gebruikt?
- 50 -