2.14.
Inbouwvoorbeeld
A
Inzethaard
B
Isolatie (zie 2.13.1)
C
Voorzetmuur (zie 2.13.2)
D
Wand van brandbare bouwstoffen of bouwelementen of dragende
wand
E
Schacht voor convectielucht
E 1 = 10mm (afstand als geen bijzondere eisen aan het
aangrenzende bouwelement worden gesteld
E2 = 60mm (afstand tot brandbare bouwstoffen)
F
Plafond uit brandbare bouwstoffen of brandbare bouwelementen
G
Bekleding
H
Ondergrond bestaande uit niet brandbare bouwstoffen
Afb. 4
Afb. 5
- 23 -
2.15. Inbouw van de inzethaard in een bestaande
De verbrandingskamer in de bestaande open haard grondig reinigen.
Inbouwmaatregelen, die een beperking van de open haard tot gevolg
hebben en de veiligheid verminderen, zijn niet toegestaan.
Controleer, of de vloer van de bestaande haard voor de plaatsing
egaal is. Lichte oneffenheden kunt u achteraf met behulp van een
inbussleutel bij de ingezette stelpoten compenseren.
De voorgeschreven minimum warmte-isolatie van de gehele haard,
berekend volgens NEN EN 13229 dient in ieder geval te worden
aangehouden, als de bestaande open haard niet deskundig werd
aangelegd.
Ter voorkoming van brand en ontploffingen moet erop worden gelet,
dat er geen gevaarlijke afzettingen in de rookgasverzamelaar
ontstaan.
Deze kritieke plekken moeten zo uitgevoerd zijn, dat roetdeeltjes en
vliegas in de verbrandingskamer terug kunnen vallen. Dit kan worden
bereikt door geleidevlakken of door passende bekleding met
chamotte of vuurvast beton. Door de reinigingsopeningen is toegang
mogelijk
Installeer het rookgassysteem in de bestaande schoorsteen. Dit dient
een flexibel systeem volgens NEN EN 1856-T2 te zijn, kan echter per
land verschillen. LET OP: de inzethaard is op dit moment nog niet
ingebouwd!
De noodzakelijke stappen voor de aansluiting van het flexibele
gasafvoersysteem aan de rookgaspijp van de inzethaard worden hier
verduidelijkt:
-
De noodzakelijke stappen voor de aansluiting van het flexibele
gasafvoersysteem aan de rookgaspijp van de inzethaard worden
hier verduidelijkt.
-
Draai de twee bevestigingsschroeven van de rookgasaansluiting
los en leg die aan de zijkant in de verbrandingskamer (afb. 6).
-
Neem nu de rookgaspijp uit de inzethaard en sluit deze aan op
de
flexibele
rookgasleiding
verbrandingsruimte. De flexibele rookgasleiding heeft de juiste
lengte als de flexibele leiding niet in tussenruimtes kan
verschuiven.
-
Plaats nu de hele inzethaard in de open verbrandingsruimte en
steek uw hand door de open rookgasaansluiting van de inzet in
de verbrandingskamer. Trek de rookgaspijp tegen de achterwand
en bevestig deze met de twee schroeven en bouten door de
verbrandingsruimte.
open haard
binnen
in
de
- 24 -
open