Inhoudsopgave
Advertenties
6. FUNCTIEBESCHRIJVING
A Sekreet
B Vuilwater
C Vacuüm
D Amalgaam
E
Vuilwater met amalgaam
F
Afblaaslucht
6.1 Werkwijze
De VSA 300 zorgt continue voor een vacuüm
voor het afzuigen bij het boren, polijsten etc.
met aansluitend separatie van de zuiglucht en
amalgaamafscheiding van het afvalwater van
de behandelingsunit.
Door een schakelaar in het afzuigblok en het
relais van de afzuiginrichting in de
behandelingsunit wordt de motor van de VSA
300 ingeschakeld.
Gedurende het afzuigproces wordt in het
separatie gedeelte het weggezogen secreet
gescheiden van de zuiglucht. Het secreet dat
in het separatie gedeelte terechtkomt, wordt
continue aan de centrifuge (11) doorgegeven,
waar de amalgaampartikeltjes worden
afgezonderd. Onder de centrifuge is een
wisselbare opvangcassette (12) gemonteerd.
Daarin worden de afgescheiden amalgaam-
partikeltjes gespoeld, nadat de motor (13)
werd uitgeschakeld. Een voeler controleert de
vulhoogte in de opvangcassette en geeft een
signaal door aan het displaymoduul (5), zodra
de cassette moet worden vervangen. Een
veilige hendel vergemakkelijkt het vervangen
en het afsluiten van de opvangcassette (12).
Dankzij zijn compacte constructie kan de VSA
300 in tandheelkundige behandelingsruinites
worden gemonteerd. Daardoor zijn korte
secreet- respectievelijk amalgaamvoerende
leidingen mogelijk. De robuuste bouw van de
VSA 300 staat garant voor een betrouwbare
werkwijze. Nadat de motor is uitgeschakeld,
zorgt een remcyclus voor een
zelfreinigingseffect. Dat leidt tot een uiterst
rustige loop en garandeert een betrouwbaar
afscheidingsrendement van meer dan 95 %,
ook onder extreme belasting.
6.2 Afzuiging
In het toevoerstuk (10) wordt het afgezogen
secreet/luchtmengsel versneld en - eens in
de cycloon (14) - in een wentelvormige
beweging gebracht. De aldus
teweeggebrachte centrifugaalkrachten
slingeren de weggezogen bestanddeeltjes
tegen de buiten-wand. De lucht wordt continu
van het secreet gescheiden en wijkt via de
draaiende rotor (15) naar de zuigmachine
(16).
De door de motor (13) aangedreven rotor (15)
zorgt ervoor - als tweede scheidingstrap - dat
er geen secreet respectievelijk bloedschuim
in de zuigmachine (16) wordt meegezogen.
6.3 Reinigen spittoonschaal
Indien er een spittoonschaal aanwezig is, dan
kan dit eveneens via de VSA 300 worden
gereinigd. Daartoe moet tussen de afvoer van
de spittoonschaal en de VSA 300 een
spittoonschaal zijn gemonteerd. Dit ventiel
sluit de afvoer van de spittoonschaal af, en
voorkomt dat tijdens het afzuigen
slurpgeluiden ontstaan. Bovendien start dit
ventiel de VSA 300, wanneer er vloeistof uit
de spittoonschaal stroomt.
6.4 Amalgaamafscheiding
Door een schakelaar in het afzuigblok of het
relais van de afzuigmachine in de
behandelingsunit wordt de motor van de VSA
300 ingeschakeld.
Via het separatie gedeelte komt de met amal-
gaampartikeltjes beladen vloeistof continu in
de centrifuge (11) terecht. De gecentrifuge-
erde vloeistof wordt via het afvalwaterventiel
(17) en de afvalwateraansluiting in het
centrale rioolnet gepompt.
Worden de zuigslangen weer in het
afzuigblok opgehangen, dan wordt de motor
(13) na een korte uitlooptijd uitgeschakeld.
Tijdens het uitschakelen remt de motor, zodat
de door traagheid roterende waterring de
afgescheiden partikeltjes uit de centrifuge
(11) naar beneden in de opvangcassette (12)
spoelt. De afgescheiden partikeltjes zetten
zich af in de vervangbare opvangcassette dat
met een handel aan de afscheider is
bevestigd. Een pomp (18), verbonden met de
centrifuge (11), zorgt ervoor dat de vloeistof
in de opvangcassette een constant peil
aanhoudt. Aldus wordt vermeden dat vloeistof
eruit loopt wanneer de opvangcassette wordt
vervangen.
9
Advertenties
Inhoudsopgave
