automatisch. Als de oplossing niet wordt herkend of buiten het geaccepteerde bereik valt wordt
"---- WRNG" weergegeven.
• Als de standaard wordt herkend, wordt "REC" weergegeven totdat de meting stabiel is en de
kalibratie wordt geaccepteerd.
• Na acceptatie wordt het bericht "STOR" weergegeven en keert de meter terug naar de meet-
modus.
Kalibratie verwijderen
Plaats de meter in de kalibratiemodus. Houd de AAN/UIT-knop ingedrukt totdat "CLR" wordt
weergegeven. Na het opnieuw opstarten van de meter verschijnt het bericht "Err CAL" (gedurende 2
seconden) totdat een nieuwe kalibratie wordt uitgevoerd.
Foutmelding
Als de gemeten temperatuur hoger is dan 50 ºC of lager dan 0 ºC, knippert de temperatuurwaarde
op het scherm in de meetmodus. In beide gevallen verschijnt het bericht "Err TEmP".
INSTELLINGEN
Verwijder de batterijklep in de meetmodus. Druk op de knop
in het batterijcompartiment.
Houd de AAN/UIT-knop ingedrukt om door de installatieparameters te bladeren. Verander de optie
door kort op de AAN/UIT-knop te drukken.
De standaardinstellingen zijn:
• EC UNIT: mS/cm
• TEMP UNIT: °C
• AOFF: 8 min
• HOLD: disabled "no"
Na HOLD keert de meter terug naar de meetmodus. Druk nogmaals de knop
aan te passen.
EC-eenheid kiezen
Om de meeteenheid te selecteren wanneer "EC UNIT" wordt weergegeven, drukt u kort op de
UIT-knop om te wisselen tussen mS/cm, dS/m of μS/cm.
SETUP
aan de zijkant van de batterij
SETUP
om instellingen
AAN/
5