Automatic Gain Control (AGC) Limiet
Bij het maken van opnamen in donkere omgevingen zal de camcorder de scherpte automatisch
verhogen om een helderder beeld te krijgen. Het gebruik van hogere scherptewaarden kan echter
resulteren in meer videoruis. Door een maximale waarde in te stellen voor de scherpte, beperkt u de
hoeveelheid ruis. Hoe kleiner de AGC-limiet, hoe donkerder het beeld maar hoe minder ruis.
Bedieningsstanden:
AANDACHTSPUNTEN
• Selecteer een ander opnameprogramma dan de programmfa's voor speciale opnamen of
[n Handm. belichting].
1 Open het scherm voor instelling van de AGC-limiet.
>
[FUNC.]
[x AGC-limiet]
• Raak [m Auto] aan als u de AGC-limiet wilt verwijderen.
2 Raak [Ï] of [Ð] aan om de AGC-limiet in te stellen.
• U kunt ook uw vinger over de regelaar slepen.
3 Raak [X] aan.
• De geselecteerde AGC-limiet verschijnt op het scherm.
OPMERKINGEN
• Als de optie [Beeldeffecten]
instelling 6 dB.
• Als de optie [Beeldeffecten]
andere instelling dan [Wide DR] wordt geselecteerd, wordt [x AGC-limiet] ingesteld op [m Auto],
ongeacht de eerdere instelling.
• De AGC-limiet is niet beschikbaar wanneer [y Belichting] ingesteld is op [n].
• Als u q
>
[CUSTOM-knoppen] instelt op [x AGC-limiet] (A 92), kunt u de AGC-limiet
instellen met de CUSTOM-knop/regelaar.
>
[n Handmatig]
>
[Stijlen] op [Wide DR] is ingesteld, is de laagste beschikbare
>
[Stijlen] op [Wide DR] is ingesteld en voor [Stijlen] vervolgens een
Automatic Gain Control (AGC) Limiet
61