Opname
De camcorder begint niet met opnemen nadat op Y is gedrukt.
- U kunt geen opnamen maken terwijl de camcorder eerdere opnamen wegschrijft naar een
geheugenkaart (terwijl de ACCESS-indicator (status geheugenkaart) brandt of knippert). Wacht
totdat de camcorder klaar is.
- De geheugenkaart is vol of bevat al 3.999 scènes (het maximale aantal scènes voor AVCHD-
films). Verwijder een aantal opnamen (A 100, 109) of initialiseer de geheugenkaart (A 33) om
ruimte vrij te maken.
- De bestandsnummers hebben hun maximale waarde bereikt. Plaats een nieuwe
geheugenkaart in de camcorder en stel q
Het punt waar Y werd ingedrukt, komt niet overeen met het begin/einde van de opname.
- Tussen het indrukken van Y en de feitelijke start of het feitelijke einde van de
opname kan zich een korte pauze voordoen. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
De camcorder stelt niet scherp.
- De autofocus werkt niet op het onderwerp. Stel handmatig scherp (A 51).
- De lens of Instant AF-sensor is vuil. Reinig de lens of sensor met een zacht
lensreinigingsdoekje (A 171). Gebruik nooit tissuepapier om de lens te reinigen.
Het beeld ziet er enigszins gekromd uit als een onderwerp snel voorbij de lens flitst.
- Dit is een verschijnsel dat kenmerkend is voor CMOS-beeldsensors. Als een onderwerp zeer
snel langs de voorzijde van de camcorder beweegt, kan het beeld er enigszins gekromd
uitzien. Dit is normaal en duidt niet op een storing.
Het duurt langer dan normaal om de bedieningsstand om te schakelen tussen opnemen (Ü)/
opnamestand-by (Ñ)/afspelen (Ð).
- Als de geheugenkaart een groot aantal scènes bevat, dan kunnen sommige procedures langer
duren dan normaal. Maak een kopie van uw opnamen (A 110) en initialiseer de geheugenkaart
(A 33).
Ik kan geen goede film- of foto-opnamen maken.
- Dit kan zich voordoen na het herhaaldelijk maken van films en foto's. Maak een kopie van uw
opnamen (A 110) en initialiseer de geheugenkaart (A 33).
Ik kan geen foto maken als ik films opneem.
- U kunt geen foto's maken in de stand
Na lang gebruik van de camcorder wordt deze heet.
- De camcorder kan warm worden nadat deze een lange tijd ononderbroken is gebruikt; dit wijst
niet op een storing. Als de camcorder ongebruikelijk heet wordt of heet wordt nadat u deze
slechts korte tijd hebt gebruikt, dan kan dit duiden op een probleem met de camcorder. Neem
contact op met een Canon Service Center.
Afspelen
Ik kan een scène niet verwijderen.
- Het kan voorkomen dat u scènes niet kunt verwijderen als deze zijn opgenomen of bewerkt
met een ander apparaat.
Het verwijderen van scènes neemt meer tijd in beslag dan gewoonlijk.
- Als de geheugenkaart een groot aantal scènes bevat, dan kunnen sommige procedures langer
duren dan normaal. Maak een kopie van uw opnamen (A 110) en initialiseer de
geheugenkaart (A 33).
Ik kan scènes niet splitsen
- U kunt geen scènes splitsen die zijn opgenomen of bewerkt met een ander apparaat en
vervolgens werden gekopieerd naar een geheugenkaart die aangesloten was op de computer.
- De geheugenkaart is vol. Verwijder een aantal opnamen (A 100, 109) om ruimte vrij te maken.
Ik kan scènes of foto's niet kopiëren
- Het kan zich voordoen dat u geen scènes/foto's kunt kopiëren die met een ander apparaat zijn
gemaakt of bewerkt en vervolgens werden gekopieerd naar een geheugenkaart.
>
[Bestandsnummering] in op [Reset].
.
Problemen oplossen
157