A Een Picture Style registrerenN
U kunt een basis Picture Style selecteren, zoals [Portret] of [Landschap], de parameters
daarvan naar wens aanpassen en de stijl vervolgens vastleggen onder [Gebruiker 1],
[Gebruiker 2] of [Gebruiker 3]. U kunt Picture Styles maken met andere
parameterinstellingen voor bijvoorbeeld scherpte en contrast. U kunt ook de parameters
aanpassen van een Picture Style die met de meegeleverde software op de camera is vastgelegd.
Druk op de knop <A>.
1
Selecteer [Gebruiker].
2
Draai aan het instelwiel <6> of
<5> om [Gebruiker *] te selecteren
en druk op de knop <B>.
Druk op <0>.
3
Als [Beeldstijl] is geselecteerd,
drukt u op <0>.
Selecteer de basis Picture Style.
4
Draai aan het instelwiel <5> om de basis Picture
Style te selecteren en druk vervolgens op <0>.
Als u de parameters wilt aanpassen van
een Picture Style die met de meegeleverde
software op de camera is vastgelegd,
selecteert u hier de Picture Style.
Selecteer een parameter.
5
Selecteer een parameter zoals
[Scherpte] en druk vervolgens
op <0>.
63