®
5. Meet, met de zender in de boorkop, een afstand van 10 ft (3 m) vanuit het middelpunt van de zender
tot onder de binnenrand van de ontvanger onder het beeldscherm (zie illustratie) – dit dient te worden
gemeten tot onder de binnenrand van de ontvanger waar deze de grond raakt en niet tot de bovenrand
van het beeldscherm, dat breder is.
ontvanger
6. Controleer of de signaalsterkte bij 10 ft (3 m) ongeveer 510 tot 520 is en noteer de waarde.
7. Selecteer Configure (Configureren) in het hoofdmenu en druk op de drukknop.
8. Schakel rechts naar het menupunt 1 Pt. Cal., en klik op de drukschakelaar.
9. Selecteer High Fre Cal en klik op de drukschakelaar.
10. Kies Y (ja) en druk op de drukknop.
11. Volg de instructies op het scherm en klik op de aangewezen momenten op de drukknop.
12. Om de kalibratiefunctie te verlaten en terug te gaan naar het hoofdmenu, drukt u de schakelaar twee
keer omlaag.
13. Voor het locatiemenu de tuimelschakelaar naar links drukken totdat Locate (Lokaliseren) verschijnt, of
de tuimelschakelaar 1 x naar beneden drukken en op de drukknop klikken.
14. Controleer of de diepte op 10 ft (3 m) inderdaad een aflezing van 10 ft (3 m) geeft; hiertoe dient u naar
het locatiemenu te gaan en de drukknop ingedrukt te houden. Controleer de diepteaflezingen op 2
andere plaatsen (bijv. op 5 ft/1,5 m en op 15 ft/4,6 m).
Eénpuntskalibratie voor Eclipse-zender met twee frequenties
Om de Eclipse-zender met twee frequenties (laveldelblauwe buis) te kalibreren, moet u eerst begrijpen hoe
dit type zender werkt.
De zender met twee frequenties kan ingesteld worden om in twee verschillende modi—tweevoudige
frequentiemodus te zenden (zenden bij 1,5 kHz en 12 kHz) of enkelvoudige frequentiemodus (zenden bij
12 kHz). Wanneer de zender met twee frequenties is gestart in tweevoudige modus, zendt de zender
signalen bij beide frequenties. De ontvanger moet worden ingesteld om het juiste signaal of de juiste
signalen die door de zender verzonden zijn, te detecteren.
Elke frequentiemodus biedt specifieke voordelen. De tweevoudige frequentiemodus biedt een dieptebereik
van ongeveer 40 ft (12,2 m) bij de lage (1,5 kHz) of bij de hoge (12 kHz) frequentie. Deze modus wordt
aanbevolen in gebieden waar afrasteringen, draadgaas, of andere metalen (passieve) interferentie kunnen
optreden. De enkelvoudige frequentiemodus (alleen 12 kHz) biedt een dieptebereik van ongeveer 60 ft
(18,3 m). Deze modus is bedoeld voor gebruik in gebieden van actieve interferentie.
®
®
DigiTrak
Eclipse
Bedieningshandleiding
Eclipse
10 ft (3-m) meting voor éénpuntskalibratie
10 ft (3 m)
Zendercentreerlijn
(voor afbeelding)
Ontvanger
Eclipse
zender
(in de
boorkop)
17