3.
Gedurende de volgende acht bedrijfsuren dient u niet langer dan vijf minuten achter elkaar met vol gas
te draaien.
Motor starten - Modellen met stuurknuppel
Lees voordat u de motor start de Controlelijst vóór het starten, de speciale bedieningsinstructies en de
Procedure voor inlopen van de motor.
1.
Open de ontluchting van de brandstoftank op tanks met handbediende ontluchting.
a
2.
Plaats de benzinepompbal in de brandstofleiding met de pijl op de zijkant omhoog gericht. Knijp enkele
keren in de benzinepompbal totdat deze hard aanvoelt.
BELANGRIJK: Voorkom verzuipen van de motor: knijp niet in de pompbal nadat de motor is warmgelopen.
3.
Zet de dodemansschakelaar in de stand RUN. Zie Algemene informatie—dodemansschakelaar.
BEDIENING
b
c
46290
27348
19791
42
a -
brandstofdop
b -
handbediende ontluchtingsschroef
c -
borglip
nld