Inhoud Veiligheidsmaatregelen Onderhoud Startmotor en dynamo controleren Controleren toerental Waarschuwingsaanduidingen Inleiding Reinigen van de warmtewisselaar Voorkomen van brand en explosies Onderhoudsschema Voorkomen van letsel Motorolie peilen Buiten gebruik nemen / Tijdens het optreden van problemen Controle koelvloeistofniveau Klaarmaken voor de winter Controleren en reinigen van het Inleiding koelwaterfilter...
1 Veiligheidsmaatregelen Waarschuwingsaanduidingen Waarschuwingsaanduidingen In deze handleiding worden in verband met veiligheid de volgende waarschuwingsaan- duidingen gebruikt: Symbolen evaar oorzichtiG Geeft aan dat er een groot potentieel gevaar Geeft aan dat de betreffende bedienings- Geeft aan dat de betreffende hande- aanwezig is dat ernstig letsel of de dood tot procedures, handelingen, enzovoort, letsel ling moet worden uitgevoerd.
1 Veiligheidsmaatregelen Voorkomen van brand en explosies randGevaar • Rook niet als brandstof wordt bijgevuld. • Vul de brandstoftank niet bij terwijl de mo- • Aansluiten (nood) hulp-start-accu tor loopt! Handel als volgt wanneer een hulp-start- • Voorkom dat brandstof op hete oppervlak- Alleen bij stilstaande motor tanken.
1 Veiligheidsmaatregelen Voorkomen van letsel • De draaiende onderdelen van de motor • Overtuig u ervan dat alles in orde is voordat • Verwijder het torngereedschap als dit niet zijn gevaarlijk. Raak tijdens bedrijf van de de motor weer wordt gestart! wordt gebruikt.
Pagina 9
1 Veiligheidsmaatregelen Voorkomen van letsel • Ga voorzichtig te werk met accuzuur! • Zorg ervoor dat u voor het werk passende Als accuzuur in contact komt met de ogen werkkleding draagt! of huid, was deze lichaamsdelen dan on- Voor uw eigen veiligheid heeft u wellicht middellijk uit met een ruime hoeveelheid speciale onderdelen nodig - veiligheids- water.
1 Veiligheidsmaatregelen Tijdens het optreden van problemen Wanneer de motor plotseling stilvalt: Als de motor oververhit raakt: Als de aandrijfriem gebroken is: Als de motor plotseling is gestopt, start deze Indien de motor oververhit raakt, schakel deze Zet de motor onmiddellijk stop. Als een motor dan niet onmiddellijk opnieuw.
2 Inleiding Geachte cliënt, Vetus dieselmotoren zijn ontworpen voor zo- Wij hebben getracht de verschillen duidelijk Voor eventuele vragen staan wij tot uw be- wel plezier- als beroepsvaart. Een ruime keus te maken, zodat u de voor u motor relevante schikking.
Draairichting - Onjuist afgestelde inspuithoeveelheid en inspuithoeveelheid mag uitsluitend worden Gezien aan de zijde van het vliegwiel is de slechte motorprestatie. uitgevoerd door geautoriseerd Vetus Service draairichting linksom (tegen de wijzers van personeel. de klok in) - Inbreuk op emissiewetgeving.
2 Inleiding Bedieningshendel neutraal keerkoppeling achteruit keerkoppeling vooruit gas achteruit gas vooruit Eén-handelbediening Eén-handelbediening voor 2 motoren voor 1 motor 6 Bedieningshandel Bedieningshendel voor 1 of 2 motoren. De bedieningshendel werkt volgens de wijze zoals in de figuur is afgebeeld. Startende vanuit de vrijloop, zet u hem in zijn vooruit of in zijn achteruit na een beweging van 35°...
Motorolie 15W40 API: CF4, CG4, CH4, CI4 ACEA: A3/B3, A3/B4, E7 Bijvoorbeeld: - Vetus Marine Diesel Engine Oil 15W40 - Shell Rimula R4 L 15W40 2,3 liter 3,4 liter 5,5 liter 1 Ingebruikname van de motor 2 Vul met motorolie...
Pagina 23
3 Eerste inbedrijfstelling Vetus motoren worden geleverd met onder andere Technodrive en ZF-Hurth keerkoppelingen. Als uw motor is voorzien van een ander merk keerkoppeling volg dan de instruc- ties uit de meegeleverde handleiding op betreffende olie peilen, verzorging en onderhoud.
Pagina 24
3 Eerste inbedrijfstelling COOLANT Koelvloeistofhoeveelheid: 2,2 liter 3,0 liter 6,5 liter 4 Vullen koelsysteem, interkoeLinG • Verwijder de drukdop (1) van de vulnek op • Vul het koelsysteem. oorzichtiG het warmtewisselaarhuis. Vul het koelsysteem nooit met zeewater of Gebruik een mengsel van 40% anti-vries (op met brak water.
Pagina 25
3 Eerste inbedrijfstelling COOLANT 1 cm Het koelvloeistofniveau moet ca. 1 cm onder • Plaats de vuldop terug. • Monteer de bout in het deksel van het ther- de onderzijde van de vulnek staan. mostaathuis. Tijdens het vullen wordt automatisch ont- lucht!
Pagina 26
3 Eerste inbedrijfstelling Koelvloeistofhoeveelheid (alleen de 1.0 bar motor): 1.0 bar DO NOT OPEN 3,0 liter DO NOT OPEN 4,0 liter 7,2 liter oorzichtiG Vul het koelsysteem nooit met zeewater of met brak water. 5 Vullen koelsysteem, kieLkoeLinG • Verwijder de vuldop ‘ ’...
Pagina 27
3 Eerste inbedrijfstelling • Vul de extra expansietank tot de koelvloei- • Plaats drukdop (2) weer terug. stof op het minimale niveau staat.
Pagina 28
3 Eerste inbedrijfstelling 1.0 bar DO NOT OPEN 6 Vullen koelsysteem, indien een boiler is aangesloten -1- punt van de boiler bevindt zich • Verwijder de ‘ ’ dop (1) en vul het Gebruik een mengsel van 40% anti-vries (op hooGste do not open op een...
Pagina 29
3 Eerste inbedrijfstelling 1.0 bar DO NOT OPEN 7 Vullen koelsysteem, indien een boiler is aangesloten -2- punt van de boiler bevindt zich • Vul het koelsysteem via de expansietank Gebruik een mengsel van 40% anti-vries (op hooGste op een niveau dan de expansietank (2).
Pagina 30
3 Eerste inbedrijfstelling FUEL Neutraal (Geen gas, keerkoppeling niet ingeschakeld) aarschuWinG Alleen bij stilstaande motor tanken. Mors geen brandstof. Voorkomen onnodige ver- vuiling van het milieu. 8 Brandstof 9 Overige voorbereidingen • Vul de brandstoftank met dieselolie. • Controleer of de accu geladen is en contro- •...
Pagina 31
3 Eerste inbedrijfstelling 10 Proefdraaien • Start de motor. • Controleer het oliepeil. Vul bij tot het aan- • Controleer de motor en alle aansluitingen gegeven niveau indien noodzakelijk. (brandstof, koelwater en uitlaat) op dicht- Hoe de motor te starten en waar op gelet heid.
Pagina 32
3 Eerste inbedrijfstelling 11 Ontluchten koelsysteem 12 Proefvaart Zodra de motor op bedrijfstemperatuur is • Plaats de dop terug op de vulnek. • Controleer de werking van de van de bedie- gekomen dient het koelsysteem te worden ningshendel. ontlucht. • Controleer de koelvloeistoftemperatuur. •...
4 Inlopen Om een lange levensduur voor uw motor te Voer na de eerste 50 draaiuren het volgende bereiken dient gedurende de eerste 50 uur onderhoud uit: aandacht aan het volgende te worden be- steed: • Aftappen van water uit het brandstoffilter, zie pag.
5 Gebruik Algemene richtlijnen Algemene richtlijnen voor gebruik Het gevolg geven aan de hierna volgende • Laat de motor nooit draaien zonder ther- buitenwatertemperatuur of laadcontrole aanbevelingen zal resulteren in een langere mostaat. oplicht. levensduur, in betere prestaties en in meer economisch gebruik van uw motor.
Pagina 35
5 Gebruik Algemene richtlijnen Na reparatiewerkzaamheden: et op Controleer of alle veiligheidsvoorzieningen Eerste inbedrijfstelling gemonteerd zijn en of alle gereedschappen Als de motor voor de eerste keer in bedrijf ge- van de motor verwijderd zijn. steld wordt volg dan de aanwijzingen op voor Bij het starten met gloeien geen extra start- ‘Eerste inbedrijfstelling’...
5 Gebruik Starten Controleer vóór het starten aLtijd navolgende punten: half gas, • Motoroliepeil. keerkoppeling niet ingeschakeld • Koelvloeistofniveau. • Buitenboordwaterkraan open. • Hoofdschakelaar ‘ ’ . • Bedieningshendel in stand ‘ ’ . neutraaL 1 Bedieningshendel 2 Bedieningspaneel • Zet de bedieningshendel in de stand ‘half Het bedieningspaneel is voorzien van een aarschuWinG gas’...
Pagina 37
5 Gebruik Starten Omgevings- Voorgloeitijd temperatuur Hoger dan + 5°C ca. 6 seconden +5°C tot -5°C ca. 12 seconden Lager dan -5°C ca. 18 seconden Maximale 1 minuut inschakelduur 3 Inschakelen 4 Voorgloeien • Draai de startsleutel op het instrumenten- De optimale voorgloeitijd is afhankelijk van •...
Pagina 38
5 Gebruik Starten 5 Starten Draai nu de sleutel verder naar de ‘ ’ po- Laat de sleutel los zodra de motor aanslaat start oorzichtiG sitie. (de sleutel draait terug naar de ‘ ’ positie) en Laat de sleutel los als de motor niet binnen 10 neem gas terug.
Pagina 39
5 Gebruik Starten Controleer of beide lampjes voor oliedruk en Laat de motor 5 tot 10 minuten stationair oorzichtiG dynamo gedoofd zijn. draaien. Een goede opwarming is van essen- Draai de sleutel, tijdens draaien van de motor, tieel belang om een maximale levensduur en nooit naar de ‘...
5 Gebruik Starten met behulp van een veerstarter (optie) half gas, keerkoppeling niet ingeschakeld oorzichtiG Draai nooit de sleutel naar de ‘ ’ positie tijdens het bedienen start van de veerstarter. 6 Voorbereiding 7 Vrijgeven startmechanisme • Overtuig u zelf ervan dat het veilig is de •...
Pagina 41
5 Gebruik Starten met behulp van een veerstarter (optie) 8 Spannen van de veren 9 Starten • Draai de slinger (3) rechtsom om de veren • Verwijder de slinger (3) van de veerstarter. • Start nu de motor door de plunjer (1) uit op te winden.
5 Gebruik Varen Stationair toerental: M2.13, 850 omw/min M2.18 M3.29 900 omw/min M3.28 SOLAS M4.35 M4.45 840 omw/min M4.15 SOLAS M4.17 SOLAS M4.56 900 omw/min M4.55 SOLAS 10 Toerenteller Het bedieningspaneel is voorzien van de vol- Deze geeft het aantal omwentelingen per mi-...
Pagina 43
5 Gebruik Varen 11 Voltmeter 12 Temperatuurmeter 13 Oliedrukmeter Deze geeft de accuspanning aan. Deze geeft de temperatuur van het interne Als de motor op bedrijfstemperatuur is, is de Bij draaiende motor dient de accuspanning koelsysteem aan. oliedruk: 12 tot 14 Volt, te bedragen. Voor de bedrijfstemperatuur zie technische Bij stationair toerental: tenminste 1 bar.
Pagina 44
5 Gebruik Varen 14 Controlelampjes 15 Alarmzoemer Tijdens het draaien van de motor mogen Zowel oliedruk, laadcontrole als de tempera- geen van de 5 controlelampjes branden. tuurcontrolelampjes zijn aangesloten op de alarmzoemer. Mocht deze zoemer tijdens de vaart alarm geven, Stop dan onmiddellijk de motor.
5 Gebruik Stoppen Neutraal 16 Stoppen 17 Stoppen op de motor • Neem gas terug naar stationair en schakel • Wanneer de motor gestopt is, zet dan de Op de motor zelf kan worden gestopt door de keerkoppeling in ‘Neutraal’ . sleutel terug in de ’o ’...
6 Onderhoud Inleiding Inleiding De hierna volgende richtlijnen dienen voor Verwaarlozen van het onderhoud kan leiden dagelijks en periodiek onderhoud. Voer elk tot storingen en blijven schade aan de motor. onderhoud uit op het aangegeven tijdstip. Op garantie kan geen aanspraak worden ge- De aangegeven tijdsintervallen zijn voor maakt indien er sprake is van gebrekkig on- normale gebruiksomstandigheden.
Pagina 47
6 Onderhoud Inleiding Houd de volgende gegevens bij in het - Smeeroliedruk en koelvloeistoftempera- logboek en/of in het ‘Service- en Garantie- tuur. boek’: - Onderdelen waaraan onderhoud is verricht - Aantal bedrijfsuren (aflezing bedrijfsuren- en het soort onderhoud (afstelling, repara- teller).
6 Onderhoud Onderhoudsschema Iedere 10 uur of dagelijks, voor het starten pag. Iedere 100 uur, tenminste 1 x per jaar pag. Motorolie peilen Aftappen van water uit het brandstoffilter Motorolie peilen, bij vrijeval-reddingsboten (SOLAS) Accu’s, accukabels en accuaansluitingen controleren Controle koelvloeistofniveau Keerkoppeling-olie peilen Controle koelwaterfilter Iedere 250 uur, tenminste 1 x per jaar...
Pagina 49
Koelvloeistof vervangen Luchtfilter vervangen Iedere 1000 uur pag.. Startmotor controleren Dynamo controleren Turbolader controleren evaar Raadpleeg de service handleiding, werkzaamheden uit te voeren door een Vetus dealer. Alle onderhoudswerkzaamheden alleen bij stilstaande motor uitvoe- ren. Alleen bij motoren met interkoeling.
6 Onderhoud Motorolie peilen Dagelijks, voor het starten. 1 Olie peilen 2 Oliepeil 3 Olie bijvullen • Zet de motor af. Het oliepeil moet op of bij de bovenste streep De olievuldop bevindt zich op het kleppen- deksel. op de peilstok staan De peilstok bevindt zich aan de stuur- boordzijde van de motor.
6 Onderhoud Controle koelvloeistofniveau Dagelijks, voor het starten. COOLANT COOLANT 1 cm 6 Controle koelvloeistofniveau 7 Koelvloeistofniveau 8 Bijvullen koelsysteem • Controleer het koelvloeistofniveau in de Het koelvloeistofniveau moet ca. 1 cm onder • Bijvullen, indien nodig. expansietank. Dit moet gecontroleerd wor- de onderzijde van de vulnek staan.
Pagina 53
6 Onderhoud Controle koelvloeistofniveau Dagelijks, voor het starten. • Verwijder tijdens het bijvullen de bout bo- venop het deksel van het thermostaathuis, om het koelsysteem goed te kunnen ont- luchten.
6 Onderhoud Controleren en reinigen van het koelwaterfilter Dagelijks, vóór het starten. 9 Controleren van het koelwaterfilter 10 Reinigen van het koelwaterfilter • Controleer dagelijks of er zich vuil in het • Sluit de buitenboordwaterkraan alvorens • Controleer na het reinigen en monteren koelwaterfilter bevindt.
6 Onderhoud Aftappen van water uit de waterafscheider/brandstoffilter Elke 100 bedrijfsuren. 11 Brandstoffilter aftappen 12 Waterafscheider aftappen • Draai de aftapplug aan de onderzijde van Tap de separaat opgestelde waterafscheider evaar het filter open. Rook niet als u water en bezinksel aftapt. Houd vlammen en ontstekingsonderdelen uit •...
Pagina 56
6 Onderhoud Aftappen van water uit de waterafscheider/brandstoffilter Elke 100 bedrijfsuren. 13 Ontluchten Na het aftappen van de waterafschei der/ • Draai de sleutel in het startslot in de stand • Open de twee ontluchtingsnippels om het brandstoffilter moet het brandstofsysteem ‘ON’...
Pagina 57
6 Onderhoud Aftappen van water uit de waterafscheider/brandstoffilter Elke 100 bedrijfsuren. 14 Start de motor Op de brandstofpomp bevindt zich een • Bedien het startslot tot de motor aanslaat; tweede ontluchtingsnippel. laat de sleutel los als de motor niet binnen 20 seconden aanslaat.
6 Onderhoud Motorolie verversen Elke 250 bedrijfsuren. 15 Motorolie verversen Elke 250 bedrijfsuren moet de motorolie ver- Ververs de olie met een stilstaande motor op aarschuWinG verst worden (tezamen met het vernieuwen bedrijfstemperatuur. (Smeerolie-temperatuur Pas nooit toevoegmiddelen (additives) toe. van het oliefilter). max.
Pagina 59
6 Onderhoud Motorolie verversen Elke 250 bedrijfsuren. 16 Aftappen olie • Verwijder de oliepeilstok; plaats in de buis • Verwijder na het aftappen de aanzuigslang aarschuWinG voor de peilstok de aanzuigslang van de van de aftappomp uit de buis voor de peil- Motorolie dient te worden afgevoerd in over- meegeleverde aftappomp.
6 Onderhoud Motorolie verversen Elke 250 bedrijfsuren. 17 Oliefilter demonteren 18 Inoliën rubber ring 19 Oliefilter monteren • Demonteer het oliefilter, met in de handel • Reinig het contactvlak van de rubber pak- • Monteer het oliefilter. Volg hierbij de aan- verkrijgbaar gereedschap.
Pagina 61
6 Onderhoud Motorolie verversen Elke 250 bedrijfsuren. LiehoeveeLheid incl oliefilter 2,5 liter 3,6 liter 5,7 liter 20 Hervullen met olie • Vul de motor met nieuwe olie (voor speci- • Laat de motor korte tijd stationair draaien. ficatie zie pag. 126) via een van de vulope- Controleer tijdens het draaien op eventu- ningen.
6 Onderhoud Accu, kabels en aansluitingen Elke 100 bedrijfsuren. Waarschuwingen en veiligheidsvoorschrif- Corrosiegevaar: Algemeen waarschuwingsteken: ten voor het werken met accu’s • Accuzuur is zeer corroderend, daar- • Plaats de accu’s niet zonder onbe- schermd in direct zonlicht. Oogbescherming dragen. •...
Pagina 63
6 Onderhoud Accu, kabels en aansluitingen Elke 100 bedrijfsuren. 21 Accu, accu-aansluitingen Houdt de accu schoon en droog. Let er op dat, na montage, de accuklemmen goed contact maken. • Neem accukabels los (eerst de min, massa). • Draai de bouten slechts handvast. •...
Pagina 64
Vetus Onderhoudsvrije accu’s 22 Controle soortelijke massa 23 Werking hydrometer Groene punt zichtbaar: Elke Vetus Onderhoudsvrije accu heeft een Indien door de accu langdurig te overladen, hydrometer (1) ingebouwd in het deksel. Ladings toestand 65 % of hoger. met een te hoge spanning, het niveau te laag Visuele inspectie van de hydrometer zal een is geworden vervang dan de accu.
Pagina 65
6 Onderhoud Accu, kabels en aansluitingen Elke 100 bedrijfsuren. Conventionele accu’s Conventionele accu’s Zuurdicht- Ladings- heid toestand 1,28 kg/l 100% 1,20 kg/l bijladen onmiddellijk 1,12 kg/l opladen 24 Controle accuvloeistofniveau 25 Controle van de zuurdichtheid Bij conventionele accu’s is het noodzakelijk Bepaal de zuurdichtheid van de afzonderlijke Tijdens de controle dient de temperatuur van om het niveau van de accuvloeistof regelma-...
6 Onderhoud Keerkoppeling-olie peilen Elke 100 bedrijfsuren. Vetus motoren worden geleverd met onder andere Technodrive en ZF-Hurth keerkoppe- lingen. Raadpleeg de betreffende eigenaars- handleiding voor meer informatie betreffen- de verzorging en onderhoud. Als uw motor is voorzien van een ander merk keerkoppeling...
6 Onderhoud Brandstoffilter vervangen Elke 500 bedrijfsuren. 27 Brandstoffilter demonteren 28 Brandstoffilter monteren Het filterelement wordt als geheel vervangen. • Reinig het afdichtingsvlak van de filterdra- • Monteer het filter. Draai het filter nog een ger. halve tot driekwart slag met de hand aan •...
6 Onderhoud Reinigen filter brandstofopvoerpomp Elke 500 bedrijfsuren. Brandsto lter 29 Brandstofopvoerpomp • Controleer en reinig indien noodzakelijk, ook het filter in de brandstofopvoerpomp. • Open de brandstofafsluiter. • Controleer op lekkage. Voor art.code brandstoffilter zie pag. 140.
6 Onderhoud Ontluchten, na vervangen brandstoffilter Elke 500 bedrijfsuren. 30 Ontluchten 31 Start de motor • Na het vervangen van het brandstoffilter • Bedien het startslot tot de motor aanslaat; • Controleer nogmaals op lekkage. moet het brandstofsysteem worden ont- laat de sleutel los als de motor niet binnen lucht.
6 Onderhoud Keerkoppeling-olie verversen Elke 500 bedrijfsuren. 14 / 17 32 Olie aftappen 33 Vullen met nieuwe olie Tap de olie af met behulp van een aparte af- Of indien er voldoende ruimte aan de onder- • Vul de keerkoppeling via het vulgat tot het tappomp.
6 Onderhoud Flexibele motorsteunen, Slangverbindingen en bevestigingsmiddelen Elke 500 bedrijfsuren. 34 Controleren flexibele motorsteunen 35 Controleren slangverbindingen 36 Controleren bevestigingsmiddelen • Controleer of de bevestigingsbouten aan • Controleer alle slangverbindingen van het • Controleer of alle bevestigingsmiddelen, de motorfundatie en de moeren op de stel- koelsysteem.
6 Onderhoud Controle klepspeling Elke 500 bedrijfsuren. 37 Klepspeling controleren/instellen 38 Bovenplaat verwijderen 39 V-snaar-afscherming verwijderen De klepspeling moet bij een koude motor ge- • Sluit de buitenwaterkraan. • Draai de schroeven los -de schroeven controleerd worden. D.w.z. wanneer de motor kunnen zonder gereedschap worden los- tenminste 6 uur niet gedraaid heeft.
6 Onderhoud V-snaar controleren Elke 500 bedrijfsuren. 49 V-snaarafscherming demonteren 50 Controle V-snaar • Draai de schroeven los -de schroeven • Controleer de snaar op slijtage, rafels of evaar kunnen zonder gereedschap worden los- scheuren. Snaren die in slechte staat zijn V-snaren alleen met stilstaande motor contro- gedraaid en ze zijn voorzien van anti-ver- moeten worden vervangen.
Pagina 77
6 Onderhoud V-snaar controleren Elke 500 bedrijfsuren. 51 Controle spanning 52 Spannen V-snaar 53 Plaats beschermkap • Controleer de spanning van de V-snaar • Draai de bouten van de stelsteun en de • Plaats altijd de V-snaarafscherming weer te- door hem met duim en wijsvinger te bewe- beide bevestigingsbouten van de dynamo rug op de motor.
6 Onderhoud Klep carterventilatie controleren Eenmaal per jaar. et op Alleen bij motoren (SOLAS) voor red- dingsboten! 54 Controle klep • Neem de bout (1) los en de trek de klep vrij • Verwijder de plug (2). • Monteer het geheel in omgekeerde volg- van de motor.
6 Onderhoud Buitenwaterpomp controleren Elke 1000 bedrijfsuren. et op Alleen motoren met interkoeling! 1,6 x 6,3 55 Buitenwaterpomp controleren 56 Demonteren pompdeksel 57 Verwijderen impeller De rubberen impeller van de buitenwater- Het controleren c.q. verwisselen gaat als volgt: • Gebruik een speciale impellertrekker of een pomp is niet bestand tegen droogdraaien.
Pagina 80
6 Onderhoud Buitenwaterpomp controleren Elke 1000 bedrijfsuren. 58 Controle impeller 59 Controle pomphuis Voor art.code impeller zie pag. • Controleer de impeller op beschadigingen. 140. • Controleer de binnenzijde van het pomp- huis op beschadigingen. Let in het bijzon- • Vervang de impeller indien noodzakelijk. der op slijtage van de kam (1).
Pagina 81
6 Onderhoud Buitenwaterpomp controleren Elke 1000 bedrijfsuren. 60 Terugplaatsen impeller 61 Terugplaatsen van het pompdeksel • Monteer het deksel, steeds met een nieu- • Vet de impeller in met glycerine of silico- nen-spray. we O-ring. • Plaats de impeller op de pompas. (In geval •...
6 Onderhoud Koelvloeistof vervangen Elke 1000 bedrijfsuren. 62 Koelvloeistof vervangen et op Het koelmiddel dient elke 1000 uur of tenmin- Kielkoeler ste iedere twee jaar ververst te worden. Hoe het koelsysteem bij motoren met kiel- koeling moet worden afgetapt is afhanke- N.B.
Pagina 83
6 Onderhoud Koelvloeistof vervangen Elke 1000 bedrijfsuren. 64 Koelvloeistof aftappen Alleen bij de M4.56 en M4.55 SOLAS • Verwijder de aftappluggen uit het motor- blok (1) en uit het warmtewisselaarhuis (2). • Neem de slang (3) naar de oliekoeler los en verwijder de aftapplug (2) uit het warmte- •...
Pagina 84
6 Onderhoud Koelvloeistof vervangen Elke 1000 bedrijfsuren. Koelvloeistofhoeveelheid: 2,2 liter 3,0 liter 6,5 liter oorzichtiG Vul het koelsysteem nooit met zeewater of met brak water. 65 Vullen koelsysteem • Verwijder de dop van de vulnek op het • Verwijder de bout bovenop het deksel van Gebruik een mengsel van 40% anti-vries (op warmtewisselaarhuis.
Pagina 85
6 Onderhoud Koelvloeistof vervangen Elke 1000 bedrijfsuren. COOLANT oiLer Als op de motor een boiler is aangesloten en deze boiler is hoger opgesteld als de bovenzijde van de motor dan wordt deze 1 cm niet automatisch ontlucht! Vul de boiler apart om het koelsysteem volledig te ont- luchten.
6 Onderhoud Luchtfilter vervangen Elke 1000 bedrijfsuren. et op Motoren voor reddingsboten ( SOLAS) worden geleverd zonder luchtfilter. Plaats bij deze motoren een lucht- nooit filter in het filterhuis. 66 Vervangen luchtfilter • Neem de slangklem los (1). • Verwijder het oude filter en plaats een aarschuWinG nieuw filter (3).
Als de bendix dynamo makkelijk te draaien is. Als dit niet niet juist verschuift, neem dan contact op het geval is, neem dan contact op met uw met uw Vetus-dealer. Vetus-dealer.
6 Onderhoud Controleren toerental Toerental (omw/min) Max. Stationair M2.13 3000 M2.18 3600 aarschuWinG M3.29 3600 De instelschroef voor het maximale M3.28 SOLAS toerental is van fabriekswege correct M4.35 3600 ingesteld en verzegeld. Laat deze ver- M415 SOLAS zegeling altijd intact.
Pagina 89
6 Onderhoud Controleren toerental Verhogen van Minimum toeren het toerental stelschroef Minimum Maximum toeren toeren stelschroef stelschroef Maximum Verzegeling toeren Verzegeling stelschroef 70 Instellen stationair toerental Indien het stationaire toerental afwijkt dient dit opnieuw ingesteld te worden. Instellen van het toerental kan worden uitge- voerd door de instelschroef op de brandstof- pomp te verstellen...
6 Onderhoud Reinigen van de warmtewisselaar Onder normale gebruiksomstandigheden is Mogelijke oorzaken van vervuiling zijn: et op het reinigen van de warmtewisselaar niet no- - Kleine rubberdeeltjes van een defecte im- Het reinigen van de warmtewisselaar be- dig! peller van de buitenboordwaterpomp. hoort niet tot de regelmatig terugkerende - Aangroei van alg of wier.
Pagina 91
6 Onderhoud Reinigen van de warmtewisselaar 71 Verwijderen van de aftapplug 72 Verwijderen bouten uit einddeksels • Sluit de kraan van de buitenwatertoevoer • Verwijder de vuldop bovenop het warm- • Verwijder de beide centrale bouten uit de en neem de waterinlaatslang naar de bui- tewisselaarhuis om het koelsysteem te be- einddeksels en neem de einddeksels met tenwaterpomp los.
Pagina 92
6 Onderhoud Reinigen van de warmtewisselaar 73 Uitnemen warmtewisselaar 74 Reinigen warmtewisselaar • Schuif de warmtewisselaar uit het huis. • Reinig de warmtewisselaar; gebruik een pijpenrager om aangroeisel in de pijpen te • Bij de M4.56 en M4.55 SOLAS moet de verwijderen.
Pagina 93
6 Onderhoud Reinigen van de warmtewisselaar 75 Terugplaatsen warmtewisselaar 76 Montage einddeksels • Plaats de warmtewisselaar in exact dezelfde • Plaats de einddeksels in het huis. • Monteer de aftapplug. positie terug in het warmtewisselaarhuis. • Draai de bouten eerst vast wanneer beide •...
Onder langdurig wordt verstaan een periode Raadpleeg een Vetus Dealer indien daar hulp langer dan 3 maanden bijvoorbeeld geduren- bij nodig is. de winterperiode. Uit te voeren controle c.q. onderhoudswerk-...
Pagina 95
7 Buiten gebruik nemen / Klaarmaken voor de winter Uit te voeren controle c.q. onderhoudswerkzaamheden: pag. Reinig de motor, verwijder eventueel zout. Behandel eventuele roestplekken met verf en spuit de gehele motor in een beschermend middel bijvoorbeeld CRC protective 6-66. Tap het water af van het brandstofsysteem en vul de brandstoftank.
Pagina 96
7 Buiten gebruik nemen / Klaarmaken voor de winter 1 Corrosiebescherming 2 Brandstofsysteem De diverse onderdelen van de motor (behalve • Tap uit de waterafscheider/groffilter en uit • Monteer een nieuw brandstoffilterelement. het motorblok) hebben een anticorrosie be- de brandstoftank het water af. (pag.
Pagina 97
Bijv.: Bij voorkeur watervrije brandstof. • Gebruik deze brandstof om de motor gedu- - Vetus Marine Diesel Engine Oil 15W40 Vang uit de retourleiding, bij draaiende rende 5 minuten onbelast te laten draaien. - Shell Rimula R4 L 15W40 motor een kleine hoeveelheid brandstof •...
Pagina 98
7 Buiten gebruik nemen / Klaarmaken voor de winter Warmtewisselaar Reinig de warmtewisselaar uitsluitend Combineer het spoelen van het buiten- indien noodzakelijk, zie pag. 88. watercircuit met zoet water met laten draaien met het beschermende brand- Buitenboordwaterpomp stofmengsel, zie ‘Klaarmaken voor de Controleer tenminste eenmaal per 2 winter - Beschermend brandstofmeng- jaar de impeller van de buitenboordwa-...
Pagina 99
7 Buiten gebruik nemen / Klaarmaken voor de winter Bescherm de buitenwaterafsluiter als volgt: Bij stilstaande motor. • Zet de buitenwaterafsluiter in een stand dat deze net niet dicht is . • Giet een kleine hoeveelheid niet gif- tige biologisch afbreekbare anti-vries in het koelwaterfilter.
Pagina 100
7 Buiten gebruik nemen / Klaarmaken voor de winter 6 Smeeroliesysteem 7 Keerkoppeling-olie verversen Met de motor nog op bedrijfstemperatuur: • Vervang het oliefilter en ververs de motor- • Stop de motor en ververs de olie van de (Indien dit niet het geval is, laat dan de motor olie, zie pag.
Pagina 101
7 Buiten gebruik nemen / Klaarmaken voor de winter 8 Het elektrische systeem • Neem de accukabels los. • Laadt de accu’s, indien noodzakelijk, gedu- • Volg voor controle en onderhoud van de rende de winterperiode regelmatig op! accu’s de aanbevelingen op, zie pag pag.
Controleer het buitenwatersysteem. voerd. Controleer het koelvloeistofniveau van het binnenwaterkoelsysteem. Raadpleeg een Vetus Dealer indien daar hulp Controleer het olieniveau. bij nodig is. Controleer de accu’s en sluit deze weer aan. Uit te voeren controle c.q. onderhoudswerk- Controleer de werking van de motor.
Pagina 103
8 Opnieuw in gebruik nemen / Klaarmaken voor de zomer 1 Brandstofsysteem • Tap uit de waterafscheider/groffilter het • Tap uit de brandstoftank het water af. • Open de brandstofkraan. water af. (pag. 53)
Pagina 104
8 Opnieuw in gebruik nemen / Klaarmaken voor de zomer 1,6 x 6,3 2 Buitenwatersysteem • Controleer of het deksel van het koelwater- • Controleer of het deksel van de buitenwa- • Monteer eventueel losgemaakte slang- filter gemonteerd is terpomp en de aftappluggen gemonteerd klemmen.
Pagina 105
8 Opnieuw in gebruik nemen / Klaarmaken voor de zomer COOLANT 3 Binnenwaterkoelsysteem 4 Smeeroliesysteem • Open de buitenboordafsluiter. • Controleer het koelvloeistofniveau. • Controleer het olieniveau. (pag. 48) (pag. 50)
Pagina 106
8 Opnieuw in gebruik nemen / Klaarmaken voor de zomer 5 Elektrisch systeem 6 Inschakelen • Zorg er voor dat de accu’s volledig zijn op- • Sluit de accu’s aan. • Draai de startsleutel op het instrumenten- geladen. (pag. 60, 99) paneel naar de stand ‘ON’;...
Pagina 107
8 Opnieuw in gebruik nemen / Klaarmaken voor de zomer 7 Controleer op lekkages 8 Instrumenten en bediening controleren • Start de motor. • Controleer ook de werking van de instru- menten, de afstandsbediening en de keer- • Controleer het brandstofsysteem, het koel- koppeling.
9 Storingzoeken Algemeen Storingen aan de motor worden in de meeste aan dat deze tabellen nooit volledig kunnen evaar gevallen veroor zaakt door onjuiste bediening zijn. Vóór het starten moet u er zich van overtui- of onvoldoende onderhoud. gen, dat niemand zich in de onmiddellijke na- Als u de oorzaak van een storing niet zelf vast bijheid van de motor bevindt.
Pagina 109
9 Storingzoeken Storingzoektabel Storing pag. Startmotor draait niet Motor draait maar slaat niet aan, geen rook uit de uitlaat Motor draait maar slaat niet aan, rook uit de uitlaat Motor start maar draait onregelmatig of stopt weer Motor bereikt belast niet het maximale toerental Motor wordt te warm Niet alle cilinders doen mee Motor heeft weinig of geen oliedruk...
9 Storingzoeken Storingzoektabel 1 Startmotor draait niet 2 Motor draait maar slaat niet aan, geen rook uit de uitlaat Mogelijke oorzaak Oplossing Mogelijke oorzaak Oplossing Defecte of ontladen accu. Controleer / herlaadt accu en (Vrijwel) Lege brandstoftank. Vullen. controleer dynamo van de motor Brandstofklep gesloten.
9 Storingzoeken Storingzoektabel 3 Motor draait maar slaat niet aan, rook uit de uitlaat 4 Motor start maar draait onregelmatig of stopt weer Mogelijke oorzaak Oplossing Mogelijke oorzaak Oplossing Defecte verstuiver/inspuitpomp. Controleer, vervang indien nodig. (Vrijwel) Lege brandstoftank. Vullen. Lucht in het brandstofsysteem. Controleer en ontlucht.
9 Storingzoeken Storingzoektabel 5 Motor bereikt belast niet het maximale toerental 5 Motor bereikt belast niet het maximale toerental Mogelijke oorzaak Oplossing Mogelijke oorzaak Oplossing Brandstofvoorfilter verstopt. Controleer / reinig. Motor overbelast. Controleer de afmeting van de scheepsschroef. Brandstoffilter verstopt met Controleer of vervang.
9 Storingzoeken Storingzoektabel 8 Motor heeft weinig of geen oliedruk 9 Motor verbruikt extreem veel olie Mogelijke oorzaak Oplossing Mogelijke oorzaak Oplossing Oliepeil te laag. Verhoog het peil. Oliepeil te hoog. Verlaag het peil. Onjuiste SAE klasse of kwaliteit Vervang. Onjuiste SAE klasse of kwaliteit Vervang.
9 Storingzoeken Storingzoektabel 15 Verbrande olieresten in de uitlaatleiding Mogelijke oorzaak Oplossing Oliepeil te hoog. Verlaag het peil. Overmatige slijtage aan cilinder/ Controleer de compressie; reviseer zuiger/zuigerveren. de motor. Defecte turbocompressor. Controleer / vervang.
10 Technische gegevens Motorspecificaties M3.29 M4.35 M4.45 M4.56 Type M2.13 M2.18 M3.28 SOLAS M4.15 SOLAS M4.17 SOLAS M4.55 SOLAS Brandstofsysteem (Zelf-ontluchtend) Inspuitpomp, (Nippon Denso) Bosch type NC Bosch type NC Bosch type NC Bosch type M Bosch type M Bosch type M...
Pagina 122
10 Technische gegevens Motorspecificaties M3.29 M4.35 M4.45 M4.56 Type M2.13 M2.18 M3.28 SOLAS M4.15 SOLAS M4.17 SOLAS M4.55 SOLAS Uitlaatsysteem Uitlaatdiameter 40 mm 40 mm 40 mm 50 mm 50 mm 60 mm Uitlaat-tegendruk bij opgegeven vermogen max. 150 mbar...
11 Bedrijfsstoffen Brandstof Brandstofkwaliteit Winterbrandstof Gebruik uitsluitend diesel brandstof of diesel mengsels met maximaal Bij lage temperaturen kunnen door parafine-afscheidingen verstop- 7% FAME (B7) en met een zwavelgehalte van minder dan 0,5% waar- pingen in het brandstofsysteem optreden en bedrijfsstoringen veroor- van de kwaliteit gegarandeerd wordt en welke voldoet aan de onder- zaken.
Pagina 127
11 Bedrijfsstoffen Brandstof Biodiesel oorzichtiG Gebruik uitsluitende de voorgeschreven diesel brandstof of diesel mengels. Pas geen 100% biodiesel (B100) toe! Hoewel het gebruik van biodiesel is toegestaan in diesel mengsels met maximaal 7% FAME (Fatty Acid Methyl Esters) (B7) dient wel rekening te worden gehouden met het snel verouderen van de biodiesel.
Bijvoorbeeld: belemmering vormt voor het bereiken van het vereiste starttoerental Vetus Marine Diesel Engine Oil 15W40 voor een betrouwbare start, en wat tot gevolg heeft dat de levensduur Shell Rimula R4 L 15W40 wordt bekort.
Pagina 129
11 Bedrijfsstoffen Smeerolie Beperkingen ten aanzien van motorolie oorzichtiG et op Als een smeerolie-analysetest van gebruikte Meng olie van verschillende merken niet - Hoe vaak olie moet worden ververst, hangt olie wordt uitgevoerd om de conditie van de door elkaar. Oliën van verschillende merken af van de eigenschappen van de brandstof.
Pagina 130
: 0,56 liter ATF type ZF15MIV : 1,0 liter ATF : Automatic Transmission Fluid; Transmissie olie type A, Suffix A. Bijvoorbeeld: Vetus Transmission Oil Shell Donax T6 Gulf Synth Andere merken keerkoppelingen: Zie de meegeleverde handleiding voor oliesoort en hoeveelheid.
Of pas een voorgemengde koelvloeistof op ethyleenglycol basis toe, pH-waarde bij 20°C d.w.z. een ‘klaar voor gebruik’ koelvloeistof. Chloride-ionengehalte [mg/dm – Bijvoorbeeld: Vetus VOC Organic Coolant Sulfaat-ionengehalte [mg/dm – Pas in tropische gebieden, waar anti-vries moeilijk verkrijgbaar is, een Totale hardheid [graden] ‘corrosion inhibitor’...
Pagina 148
F O K K E R S T R A AT 5 7 1 - 3 1 2 5 B D S C H I E DA M - H O L L A N D b. v. T E L . : + 3 1 0 ( 0 ) 8 8 4 8 8 4 7 0 0 - s a l e s @ ve t u s. n l - w w w. v e t u s. c o m...