STROOMONDERBREKERS, ZEKERINGEN EN
RELAIS
STROOMONDERBREKERS
Stroomonderbrekers beveiligen de stroomcircuits
tegen overbelasting; ze kunnen steeds opnieuw
worden ingesteld. Als een circuit overbelast
raakt, wordt de stroomtoevoer onderbroken.
Hierna moet de stroomonderbreker met de hand
weer opnieuw worden ingeschakeld. Druk op
de instelknop nadat de stroomonderbreker is
afgekoeld.
Stroomonderbrekers 1 t/m 11 bevinden zich
onder het stuur van de bestuurder achter het
accucompartiment. Verwijder het deksel van het
elektrische compartiment om toegang te krijgen
tot de stroomonderbrekers.
De stroomonderbrekers 12 tot en met 19
bevinden zich achter het toegangspaneel van de
stuurbehuizing.
Als het circuit nog steeds overbelast is, blijft
de stroomonderbreker ingeschakeld totdat het
probleem is verholpen.
S16 9045346 (11-2020)
Hieronder vindt u een overzicht van de
stroomonderbrekers en de circuits die ze
beveiligen:
Stroo-
Toelaat-
monder-
bare
breker
stroom-
sterkte
CB1
40A
Hoofdbesturingspaneel
CB2
40A
Hoofdveegmotor
CB3
30A
Motor vacuümventilator
CB4
30A
Vacuümventilatormotor HEPA
CB5
15A
Filterklopper
CB6
2.5A
Gebruikersinterface/ontsteking
CB7
2.5A
Contactslot
CB8
2.5A
Schakelaar koplamp/achterlicht/
fl itslicht (optioneel)
CB9
25A
Ventilatormotor handzuiger
CB10
2.5A
Smart-Fill ABW (automatisch ac-
cuvulsysteem) (optioneel)
CB11
-
Niet gebruikt
CB12
15A
Motor linker zijborstel
CB13
15A
Motor rechter zijborstel
CB14
2.5A
Claxon voor en achteruit gese-
lecteerd
SO15
2.5A
Handzuigerschakelaar (optioneel)
CB16
2.5A
Blauwe lichten (optioneel)
CB17
-
Niet gebruikt
CB18
-
Niet gebruikt
CB19
-
Niet gebruikt
ONDERHOUD
Beveiligd circuit
55