Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Stentec WinGPS 5 Voyager Gebruikershandleiding pagina 78

Verberg thumbnails Zie ook voor WinGPS 5 Voyager:
Inhoudsopgave

Advertenties

Het GPS-filter in WinGPS 5 Voyager
Op het GPS tabblad Filtering kunt u een samengesteld
filter aanzetten om de kwaliteit en stabiliteit van het
GPS signaal te verhogen.
Met verwijzing naar de figuur rechts, bestaat het filter
uit de volgende onderdelen:
Negeer 2D-fix
Bij slechts 3 satellieten in gebruik (2D-fix) kunnen
uitschieters voorkomen tot wel 100 m. Bijv. bij opstarten
of bij onder een brug doorvaren. Als deze optie
aangevinkt staat telt het GPS-signaal pas mee al 4 of
meer satellieten worden ontvangen (3D-fix).
Verwijder storingspieken in positie
Bepaalde GPS'en kunnen door storingen of syteem
fouten af en toe volkomen verkeerde posities afgeven, waardoor hinderlijke storingspieken
instaan in het gevaren traject en de DOG onrealistisch wordt opgehoogd. Met dit filter kunt u
pieken van meer dan de Minimale grootte die korter duren dan de Maximale duur er uit
filteren (lees negeren). Nuttig als u de ankerwacht aan heeft staan en niet gewekt wil
worden door een storing.
Filter positie
Deze snelheidsafhankelijke positiedemping zorgt er echter voor dat uw positie niet meer dan
de Achterloopafstand achterloopt. Als u voor anker ligt is de snelheid bijna nul en is de
positiedemping groot. Bij toenemde snelheid wordt de positiedemping steeds lager.
Filter SOG en COG - Koers- en snelheidsfilter
Omdat bij stilstand geen grondkoers is gedefinieerd, kan de grondvecter op het scherm door
storing alle kanten opdraaien. Dit treedt op bij GPS'en voorzien van Sirf (3) chips van
Motorola, waar geen snelheiddrempel is ingebouwd, zoals bij Nemerix GPS-chips. Met dit 4
Pro filter kan ook een Sirf3 GPS stabiel worden gemaakt. Een grote tijdconstante is ideaal
voor een rustig meedraaiend kaart in Head Up of Course Up volgmode. Tevens kan bij veel
golven of storing de GPS-output naar stuurautomaat gedempt worden, waardoor onnodige
koersalarmen kunn worden voorkomen. Het filter werkt als volgt:
De ruwe SOG/COG vector wordt ontbinden in een breedte en lengte component, die ieder
gedempt worden met door een filter met in te stellen tijdconstante. Na filtering wordt uit
beide componenten een gefilterde SOC/COG vector gemaakt welke ook gebruikt wordt om
de toename van de DOG (over de grond afgelegde afstand) in het navigatie-info scherm te
bepalen. Als de gemiddelde SOG onder de drempelwaarde zit wordt deze nul gemaakt en
verandert de COG niet meer.
Evenredig met de tijdconstante gaan de snelheids- en koersvatiaties achterlopen, wat te
merken is bij snellle bochten en grote sneheidsveranderingen. De meeste schepen reageren
echter traag waardoor een relatief grote tijdconstante nog acceptabel is. Het koers- en
snelheidsfilter veroorzaakt geen achterlopen van de positie.
Filter ROT – van de bochtaanwijzer
Hiermee wordt de Rate Of Turn van de bochtvoorspelling van de GPS curor gefilterd.
Gebruikershandleiding WinGPS 5 Voyager 2014, © Stentec Software, juni 2014
78

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave