8 RIJ-INSTRUCTIES
–
Nadat met een volledig opengedraaide gashendel de maximale snelheid is bereikt, deze tot ¾ gas
terugdraaien. Pas uw snelheid aan de weggesteldheid en weersituatie aan. De snelheid verlaagt nauwelijks,
maar er wordt aanmerkelijk minder brandstof verbruikt.
–
Geef slechts zoveel gas als de motor op dat moment aan kan - het abrupt opentrekken van de gashendel ver-
hoogt het verbruik.
–
Voor het terugschakelen de motorfiets afremmen en tegelijkertijd gas terugnemen.
–
Aan de koppelingshendel trekken en naar een lagere versnelling schakelen, koppelingshendel langzaam vrijge-
ven en gas geven resp. nog een keer schakelen.
–
Zet de motor uit als het voertuig langere tijd met stationair toerental draait of stilstaat.
Voorgeschreven waarde
≥ 2 min
–
Regelmatig of langdurig slepen van de koppeling vermijden. Daardoor verhitten de cardanolie, de motor en
het koelsysteem.
–
Rijd met een lager toerental in plaats van met een hoger toerental en een slepende koppeling.
8.5
–
Gebruik op een zandige, regennatte of gladde ondergrond zoveel mogelijk de achterwielrem.
–
Het remmen moet altijd voor het begin van de bocht zijn afgerond. Schakel daarbij afhankelijk van de snel-
heid naar een lagere versnelling.
–
Gebruik bij langdurig bergaf rijden de remwerking van de motor. Schakel daarvoor een of twee versnellingen
terug en hierbij de motor niet op een te hoog toerental laten draaien. Zo hoeft u veel minder te remmen en
raakt het remsysteem niet oververhit.
8.6
30
Afremmen
Waarschuwing
Gevaar voor ongevallen Door te sterk afremmen blokkeren de wielen.
–
Pas de remwijze aan de rijsituatie en rijwegsituatie aan.
Waarschuwing
Gevaar voor ongevallen Een poreus drukpunt van voor- en/of achterwielrem vermindert de remwerking.
–
Controleer het remsysteem en rij pas verder, als het probleem is opgelost. (De geautoriseerde KTM-
garage is u graag van dienst.)
Waarschuwing
Gevaar voor ongevallen Vocht en vuil beïnvloeden het remsysteem nadelig.
–
Rem meerdere keren voorzichtig om de remplaketten en remschijven te drogen en vuil te verwijderen.
Stoppen, parkeren.
Waarschuwing
Gevaar voor diefstal Onbevoegd handelende personen vormen een gevaar voor zichzelf en voor anderen.
–
Laat het voertuig nooit zonder opzicht achter, als de motor loopt.
–
Beveilig het voertuig tegen gebruik door onbevoegden.