Pagina 1
BEDIENINGSHANDLEIDING 2021 450 EXC‑F 450 EXC‑F Six Days 500 EXC‑F 500 EXC‑F Six Days 500 XCF‑W Artikelnr. 3214226nl...
Pagina 3
BESTE KTM KLANT, Hartelijk gefeliciteerd met de aankoop van uw KTM-motorfiets. U bent nu in het bezit van een modern en sportief BESTE KTM KLANT, voertuig dat, mits goed onderhouden, u lang plezier zal schenken. We wensen u te allen tijde een goede en veilige reis toe! Vul hieronder de serienummers van uw voertuig in.
Kenmerkt een onverwachte reactie (bijv. van een werkstap handeling of functie). Alle werkzaamheden die met dit pictogram zijn gekenmerkt vereisen vakkennis en technisch begrip. Laat de werkzaamheden voor uw eigen veiligheid uitvoeren in een geautoriseerde KTM- garage! Daar wordt uw motorfiets door speciaal geschoolde vakkundige medewerkers met het benodigde hulpgereedschap optimaal onderhouden.
VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN 2 Gebruiksdefinitie - beoogd gebruik (alle EU-modellen) Dit voertuig is zodanig ontworpen en gebouwd dat het gangbare belastingen bij normale races kan weerstaan. Dit voertuig voldoet aan het geldende reglement en de geldende categorieën van de hoogste internationale motorsportbonden. Info Dit voertuig is alleen in de gehomologeerde uitvoering (beperkt vermogen) toegelaten voor het rijden op de openbare weg.
2 VEILIGHEIDSAANWIJZINGEN Gevarenniveau en pictogrammen Gevaar Waarschuwing voor een gevaar dat direct en met zekerheid overlijden of zwaar blijvend letsel tot gevolg heeft als u niet de juiste voorzorgsmaatregelen neemt. Waarschuwing Waarschuwing voor een gevaar dat waarschijnlijk overlijden of zwaar letsel tot gevolg heeft als u niet de juiste voorzorgsmaatregelen neemt.
– Draag altijd beschermende kleding die zich in een goede staat bevindt en voldoet aan de wettelijke voorschriften. Voor uw eigen veiligheid adviseert KTM om het voertuig uitsluitend te gebruiken met geschikte, beschermende kleding. Werkinstructies Voor zover niet anders aangegeven moet bij alle werkzaamheden het contact zijn uitgeschakeld (modellen met contactslot, modellen met transpondersleutel) resp.
Omdat motorfietsen niet onder de EU-richtlijn voor de afdanking van oude voertuigen vallen bestaat er geen wet- telijke regeling voor het afdanken van een oude motorfiets. Uw geautoriseerde KTM-dealer is u graag van dienst. 2.10 Bedieningshandleiding Lees de bedieningshandleiding beslist goed en volledig door voordat u voor het eerst gaat rijden.
De in het serviceschema voorgeschreven werkzaamheden mogen uitsluitend door een geautoriseerde KTM-garage worden uitgevoerd en moeten in het KTM Dealer.net worden bevestigd, omdat anders de garantie volledig vervalt. Bij schade of gevolgschade die door manipulaties en/of wijzigingen aan het voertuig is veroorzaakt, bestaat er geen aanspraak op fabrieksgarantie.
5 SERIENUMMERS Voertuigidentificatiennummer Het voertuigidentificatienummer is aan de rechterkant van het balhoofd gegraveerd. 401945-10 Typeplaatje (alle EU-modellen) Het typeplaatje Europa is op het balhoofd vooraan aange- bracht. Het typeplaatje Australië is op de borstbuis vooraan aange- bracht. V01808-10 Sleutelnummer (alle EU-modellen) Het sleutelnummer voor het stuurslot is ingefreesd in de sleu- telhanger.
SERIENUMMERS 5 Artikelnummer voorvork Het artikelnummer van de voorvork is aan de binnenzijde van de asopname gegraveerd. 401947-10 Artikelnummer schokdemper Het artikelnummer van de schokdemper is op het bovenste deel van de schokdemper boven de stelring naar de motorzijde toe gegraveerd.
6 BEDIENINGSELEMENTEN Koppelingshendel De koppelingshendel is aan de linkerzijde van het stuur aange- bracht. De koppeling wordt hydraulisch bediend en automatisch bijge- steld. E00817-10 Remhendel De remhendel is aan de rechterkant van het stuur aangebracht. Met de remhendel wordt de voorwielrem bediend. E01205-10 Gashendel De gashendel...
BEDIENINGSELEMENTEN 6 (XCF‑W) De uitschakelknop is links aan het stuur aangebracht. Mogelijke toestanden in de uitgangspositie – In deze stand is het • Uitschakelknop ontstekingscircuit gesloten en kan de motor worden gestart. ingedrukt – In deze stand is het ontste- •...
6 BEDIENINGSELEMENTEN Richtingaanwijzerschakelaar (alle EU-modellen) De richtingaanwijzerschakelaar is links aan het stuur aange- bracht. Mogelijke toestanden Richtingaanwijzer uit – Richtingaanwijzerschakelaar bevindt zich in de middelste stand. Richtingaanwijzer links aan – Richtingaanwijzerscha- kelaar is naar links geschakeld. Richtingaanwijzer rechts aan – Richtingaanwijzerscha- S01304-10 kelaar is naar rechts geschakeld.
Controlelampje storing brandt/knippert geel – De OBD heeft een fout in de voertuigelektronica geconsta- teerd. Volgens de verkeersregels stoppen en contact opnemen met een geautoriseerde KTM-garage. Waarschuwingslampje brandstofpeil brandt geel – Brandstofpeil heeft de reservemarkering bereikt. V01752-10 Controlelampje richtingaanwijzer knippert groen...
Overzicht controlelampjes (XCF‑W) Mogelijke toestanden Controlelampje storing brandt/knippert geel – De OBD heeft een fout in de voertuigelektronica geconsta- teerd. Stoppen en contact opnemen met een geau- toriseerde KTM-garage. Waarschuwingslampje brandstofpeil brandt geel – Brandstofpeil heeft de reservemarkering bereikt. V01751-10 6.14...
BEDIENINGSELEMENTEN 6 6.15 Tankdop sluiten – Tankdop plaatsen en met de klok mee draaien tot de ontgren- delknop vergrendelt. Info Slang van de brandstoftankontluchting zonder knik- ken leggen. K01334-11 6.16 Koude-startknop De koude-startknop is onder aan het smoorklephuis aange- bracht. Bij koude motor en lage omgevingstemperatuur verlengt de elek- tronische brandstofinspuiting de inspuittijd.
6 BEDIENINGSELEMENTEN 6.17 Regelschroef stationair toerental De stationaire afstelling van de regelklep is van grote invloed op het startgedrag, een stabiel stationair toerental en de response bij het gas geven. Een motor met een correct ingesteld stationair toerental start mak- kelijker dan een motor met een verkeerd ingesteld stationair toe- rental.
BEDIENINGSELEMENTEN 6 6.19 Rempedaal Het rempedaal bevindt zich voor de rechter voetsteun. Met het rempedaal wordt de achterwielrem bediend. 401956-10 6.20 Zijstandaard De zijstandaard is aan de linker voertuigzijde aangebracht. 401943-10 De zijstandaard wordt gebruikt voor het parkeren van de motor- fiets.
6 BEDIENINGSELEMENTEN 6.22 Stuur vergrendelen (alle EU-modellen) Aanwijzing Gevaar voor beschadiging Het geparkeerde voertuig kan wegrollen of omvallen. – Zet het voertuig op een stevige en vlakke ondergrond. – Voertuig parkeren. – Het stuur volledig naar rechts draaien. – Stuurslot regelmatig smeren. Universele oliespray ( pag.
GECOMBINEERD INSTRUMENT 7 Gecombineerd instrument-overzicht – Met de knop worden verschillende functies aangestuurd. – Met de knop worden verschillende functies aangestuurd. Info In de leveringstoestand is alleen de weergavemodus SPEED/H en SPEED/ODO geactiveerd. V00799-01 Activering en test Gecombineerd instrument activeren Het gecombineerde instrument wordt geactiveerd als u op een van de knoppen drukt of als het instrument van de wieltoerentalsensor een impuls ontvangt.
7 GECOMBINEERD INSTRUMENT Mph instellen – Toets indrukken. – 3 - 5 seconden wachten. De instellingen worden opgeslagen. Info Indien er gedurende 10 - 12 seconden geen knop wordt ingedrukt of er een impuls wordt ontvangen van de wieltoerentalsensor, worden de instellingen automatisch opgeslagen en het setupmenu wordt gesloten.
GECOMBINEERD INSTRUMENT 7 Tijd instellen Voorwaarden De motorfiets staat stil. – Toets zo vaak kort indrukken totdat de indicatie CLK rechts- onder op het display verschijnt. – Toets 2 - 3 seconden indrukken. Uurweergave knippert. – Uurweergave met de knop resp.
7 GECOMBINEERD INSTRUMENT Weergavemodus SPEED (snelheid) – Toets zo vaak kort indrukken totdat de indicatie SPEED links op het display verschijnt. In de weergavemodus SPEED wordt de actuele snelheid weergege- ven. De actuele snelheid kan in Km/h of in Mph worden weergegeven. Info Landspecifieke instelling aanpassen.
GECOMBINEERD INSTRUMENT 7 Setupmenu Voorwaarden • De motorfiets staat stil. – Toets zo vaak kort indrukken totdat de indicatie H rechtson- der op het display verschijnt. – Toets 2 - 3 seconden indrukken. Het setupmenu geeft de geactiveerde functies weer. Info De knop zo vaak kort indrukken totdat de gewenste...
7 GECOMBINEERD INSTRUMENT Toets kort Activeert Mph weergave indrukken. Toets Geen functie 3 seconden indrukken. 3 - 5 secon- Wisselt naar de volgende weergave, wisselt van den wachten. de selectie naar het setupmenu 10 - 12 Slaat het setupmenu op en sluit dit menu seconden wachten.
GECOMBINEERD INSTRUMENT 7 7.13 Weergavemodus SPEED/LAP (rondetijd) – Toets zo vaak kort indrukken totdat de indicatie LAP rechts- onder op het display verschijnt. In de weergavemodus LAP kan met de chronometer maximaal 10 rondetijden worden gemeten. Info Als de rondetijd na het indrukken van de toets doorloopt, zijn 9 geheugenplaatsen gebruikt.
7 GECOMBINEERD INSTRUMENT 7.15 Weergavemodus SPEED/ODO (odometer) – Toets zo vaak kort indrukken totdat de indicatie ODO rechts- onder op het display verschijnt. In de weergavemodus ODO wordt de totale gereden afstand weerge- geven. Toets Geen functie 3 seconden indrukken. Toets kort Volgende weergavemodus...
GECOMBINEERD INSTRUMENT 7 7.17 Weergavemodus SPEED/TR2 (tripmaster 2) – Toets zo vaak kort indrukken totdat de indicatie TR2 rechts- boven op het display verschijnt. De TR2 (tripmaster 2) loopt altijd mee en telt tot 999,9. Toets Wist waarden TR2 en A2. 3 seconden indrukken.
7 GECOMBINEERD INSTRUMENT 7.19 Weergavemodus SPEED/A1 (gemiddelde snelheid 1) – Toets zo vaak kort indrukken totdat de indicatie A1 rechts- boven op het display verschijnt. A1 (gemiddelde snelheid 1) geeft de gemiddelde snelheid weer op basis van de berekening van TR1 (tripmaster 1) en S1 (chronome- ter 1) aan.
GECOMBINEERD INSTRUMENT 7 7.21 Weergavemodus SPEED/S1 (chronometer 1) – Toets zo vaak kort indrukken totdat de indicatie S1 rechts- boven op het display verschijnt. S1 (chronometer 1) geeft de rijtijd weer op basis van TR1 en loopt door als een impuls wordt ontvangen van de wieltoerentalsensor. De berekening van deze waarde start met de eerste impuls van de wieltoerentalsensor en eindigt 3 seconden na de laatste impuls.
Pagina 38
7 GECOMBINEERD INSTRUMENT Weergave Toets Toets kort Toets Toets kort 3 - 5 secon- 10 - 12 3 seconden indrukken. 3 seconden indrukken. den wachten. seconden indrukken. indrukken. wachten. Setupmenu Geen functie Activeert de Geen functie Deactiveert Wisselt naar Setupmenu knipperende de knippe- de volgende...
Denk er bij het gebruik van de motorfiets aan dat andere mensen last kunnen hebben van teveel lawaai. – Zorg ervoor dat de werkzaamheden van de controle voor de verkoop worden uitgevoerd door een geautoriseerde KTM-garage. U ontvangt het leveringsdocument bij de overdracht van het voertuig. –...
Rijden bij hoge temperaturen of langzaam rijden. ( pag. 42) – Rijden bij lage temperaturen of sneeuw. ( pag. 43) Voertuig voor rijden op droog zand voorbereiden – Luchtfilter-stofbescherming monteren. Luchtfilter-stofbescherming (79006920000) Info Montagehandleiding voor KTM PowerParts in acht nemen. 102136-01...
– Koppelingsveer vervangen. Koppelingsveer hard (78932005000) M01459-01 Voertuig voor rijden op nat en modderig circuit voorbereiden – Luchtfilter-waterbescherming monteren. Luchtfilter-waterbescherming (79006921000) Info Montagehandleiding voor KTM PowerParts in acht nemen. 102137-01 – Staalkettingwiel monteren. – Motorfiets reinigen. ( pag. 150) –...
INBEDRIJFSTELLING 8 – Verbogen radiateurlamellen voorzichtig uitlijnen. – Koelmiddelpeil controleren. ( pag. 134) Voertuig voor lage temperaturen of sneeuw voorbereiden – Luchtfilter-waterbescherming monteren. Luchtfilter-waterbescherming (79006921000) Info Montagehandleiding voor KTM PowerParts in acht nemen. 102137-01...
9 RIJ-INSTRUCTIES Controle en onderhoud voor iedere inbedrijfstelling Info Telkens voordat u gaat rijden controleren of het voertuig in een goede staat is en of er veilig mee kan wor- den gereden. Bij het rijden moet het voertuig technisch in een onberispelijke staat zijn. –...
RIJ-INSTRUCTIES 9 Aanwijzing Motorschade Hoge toerentallen bij koude motor hebben een negatief effect op de levensduur van de motor. – Rij de motor altijd met een laag toerental warm. – Motorfiets van de zijstandaard nemen en zijstandaard met de rubberband borgen. –...
Schakel bij een hoog toerental niet terug naar een lagere versnelling. Info Als tijdens het rijden ongewone geluiden optreden, meteen stoppen, motor uitzetten en contact opnemen met een geautoriseerde KTM-garage. De 1e versnelling is de start- of bergversnelling. – Als de verhoudingen het toestaan (helling, rijsituatie) kunt u naar een hogere versnelling schakelen. Daarvoor gas loslaten, tegelijkertijd koppelingshendel trekken, naar de volgende versnelling schakelen, koppelingshen- del vrijgeven en gas geven.
Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Een poreus drukpunt van voor- en/of achterwielrem vermindert de remwerking. – Controleer het remsysteem en rij pas verder, als het probleem is opgelost. (De geautoriseerde KTM- garage is u graag van dienst.) Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Vocht en vuil beïnvloeden het remsysteem nadelig.
Materiaalschade Door een slechte brandstofkwaliteit vervuilt het brandstoffilter. In sommige landen en regio's is de beschikbare brandstofkwaliteit en -reinheid eventueel onvoldoende. Dit leidt tot problemen in het brandstofsysteem. – Tank uitsluitend schone brandstof die aan de aangegeven norm voldoet. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.)
Pagina 51
RIJ-INSTRUCTIES 9 Aanwijzing Gevaar voor het milieu Ondeskundige omgang met brandstof is gevaarlijk voor het milieu. – Er mag geen brandstof in het grondwater, de bodem of riolering terechtkomen. – Motor uitzetten. – Tankdop openen. ( pag. 20) – Brandstoftank maximaal tot maat met brandstof vullen.
Afhankelijk van de lokale gebruiksomstandigheden kunnen in uw land afwijkende service-intervallen gelden. In het kader van technische ontwikkelingen kunnen intervallen en omvang van afzonderlijke servicebeurten ver- anderen. Het meest recente serviceschema vindt u altijd op KTM Dealer.net. Uw geautoriseerde KTM-dealer advi- seert u graag.
● ● ● Eindcontrole: controleren of het voertuig verkeersveilig is en een proefrit maken. ○ ● ● ● ● Na proefrit foutgeheugen uitlezen met KTM-diagnosetool. ○ ● ● ● ● Service in het KTM Dealer.net noteren. ○ Eenmalig interval ●...
Pagina 54
10 SERVICESCHEMA om de 135 bedrijfsuren om de 70 bedrijfsuren bij gebruik voor sportdoeleinden na 20 bedrijfsuren na 10 bedrijfsuren om de 48 maanden om de 12 maanden ● ● Motoronderhoud uitvoeren, inclusief demontage en montage van de motor. (Bougie en bougiedop vervangen.
De schokdemper is gevuld met zeer sterk gecomprimeerd stikstof. – Let op de aangegeven beschrijving. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) Info De lowspeed instelling voor ingaande demping toont zijn effect wanneer de schokdemper langzaam tot...
De schokdemper is gevuld met zeer sterk gecomprimeerd stikstof. – Let op de aangegeven beschrijving. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) Info De highspeed instelling voor ingaande demping toont zijn effect wanneer de schokdemper snel inveert.
Gevaar voor letsel Delen van de schokdemper worden rondgeslingerd, als de schokdemper onvakkundig uit elkaar wordt genomen. De schokdemper is gevuld met zeer sterk gecomprimeerd stikstof. – Let op de aangegeven beschrijving. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) – Stelschroef met de klok mee draaien tot de laatste voel- bare klik.
11 CHASSIS AFSTELLEN 11.7 Statische veerweg schokdemper controleren – Maat achterwiel zonder belasting bepalen. ( pag. 55) – De motorfiets met behulp van iemand die assisteert rechtop houden. – Opnieuw met de veerwegmal de afstand tussen de achterwielas en de markering SAG op het achterspatbord meten. –...
De schokdemper is gevuld met zeer sterk gecomprimeerd stikstof. – Let op de aangegeven beschrijving. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) Info Voordat u de veervoorspanning verandert, moet u de huidige instelling noteren - bijv. de veerlengte opme- ten.
CHASSIS AFSTELLEN 11 11.12 Ingaande demping voorvork instellen Info De hydraulische ingaande demping bepaalt het gedrag bij het inveren van de voorvork. – Wit stelelement tot de aanslag met de klok mee draaien. Info Het stelelement bevindt zich aan het bovenste uit- einde van de linker vorkpoot.
11 CHASSIS AFSTELLEN Info Draaien met de klok mee verhoogt de demping, draaien tegen de klok in verlaagt de demping bij het uitveren. 11.14 Veervoorspanning voorvork instellen Voorwerk – Motorfiets met hefbok opkrikken. ( pag. 64) Hoofdwerk – De T-handvatten tot de aanslag tegen de klok in draaien.
CHASSIS AFSTELLEN 11 11.15 Stuurstand (EXC‑F EU, XCF‑W) Op de bovenste kroonplaat bevinden zich 2 boringen op een afstand van elkaar. Afstand borin- 15 mm De boringen op de stuuradapters zijn op een afstand het midden geplaatst. Afstand borin- 3,5 mm De stuuradapters kunnen in 4 verschillende standen worden gemonteerd.
Pagina 64
11 CHASSIS AFSTELLEN (EXC‑F EU, XCF‑W) – Schroeven verwijderen. Stuurklemmen verwijderen. Stuur verwijderen en opzij leggen. Info Componenten door afdekken tegen beschadiging beschermen. Kabels en leidingen niet knikken. – Schroeven verwijderen. Stuuradapters verwijderen. – Stuuradapters in de gewenste positie zetten. Schroeven monteren en vastdraaien.
Pagina 65
CHASSIS AFSTELLEN 11 (EXC‑F Six Days EU) – Schroeven verwijderen. Stuurklemmen verwijderen. Stuur verwijderen en opzij leggen. Info Componenten door afdekken tegen beschadiging beschermen. Kabels en leidingen niet knikken. – Schroeven verwijderen. Stuuradapters verwijderen. – Stuuradapters in de gewenste positie zetten. Schroeven monteren en vastdraaien.
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12.1 Motorfiets met hefbok opkrikken Aanwijzing Gevaar voor beschadiging Het geparkeerde voertuig kan weg- rollen of omvallen. – Zet het voertuig op een stevige en vlakke ondergrond. – Motorfiets bij frame onder de motor opkrikken. Hefbok (78129955100) Beide wielen hebben geen contact met de bodem. 401942-01 –...
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 (EXC‑F Six Days EU) – Schroeven losdraaien. Vorkpoot links verwijderen. – Schroeven losdraaien. Vorkpoot rechts verwijderen. V01784-10 12.8 Vorkpoten monteren Hoofdwerk (EXC‑F EU, XCF‑W) – Vorkpoten positioneren. De ontluchtingsschroeven zijn naar voren gepositi- oneerd. Info De uitgaande demping bevindt zich in de rechter vorkpoot REB (rode stelschroef).
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 – Keerring en beschermring verwijderen. – Onderste kroonplaat met vorkbuis verwijderen. – Bovenste balhoofdlager verwijderen. V01757-10 12.10 Onderste kroonplaat demonteren (EXC‑F Six Days EU) Voorwerk – Uitschakelknop bij stationair toerental van de motor indruk- ken, totdat de motor stilstaat. –...
Gevaar voor ongevallen Verkeerde speling van het balhoofdlager beïnvloedt het rijgedrag negatief en beschadigt componenten. – Corrigeer verkeerde speling van het balhoofdlager onmiddellijk. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) Info Als er gedurende langere tijd wordt gereden met speling in de balhoofdlagers, beschadigen de lagers en daardoor ook de lagerzittingen in het frame.
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS – Koplampinstelling controleren. ( pag. 129) 12.19 Schokdemper demonteren Voorwerk – Motorfiets met hefbok opkrikken. ( pag. 64) Hoofdwerk – Schroef verwijderen en het achterwiel met de achterbrug zo ver neerlaten dat het achterwiel nog gedraaid kan worden. Achterwiel in deze stand vastzetten.
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 – Zadel achteraan optillen, naar achteren trekken en naar boven toe verwijderen. H02218-10 12.22 Zadel monteren – Zadel vooraan aan de flensbussen van de brandstoftank haken, achteraan neerlaten en naar voren schuiven. – Ervoor zorgen dat het zadel goed vergrendeld is. H02218-11 –...
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS – Deksel luchtfilterbak in bereik naar de zijkant toe eraf trek- ken en naar voren toe verwijderen. V01759-11 Voorwaarde Deksel luchtfilterbak niet vastgezet. – Deksel luchtfilterbak in bereik naar de zijkant toe eraf trekken en naar voren toe verwijderen. V01760-10 12.24 Deksel luchtfilterbak monteren...
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 12.25 Luchtfilter demonteren Aanwijzing Motorschade Ongefilterde aanzuiglucht heeft een negatief effect op de levensduur van de motor. Zonder luchtfilter dringen stof en vuil in de motor. – Gebruik het voertuig nooit zonder luchtfilter. Aanwijzing Gevaar voor het milieu Probleemstoffen veroorzaken schade aan het milieu. –...
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12.27 Luchtfilter en luchtfilterbak reinigen Aanwijzing Gevaar voor het milieu Probleemstoffen veroorzaken schade aan het milieu. – Voer olie, vet, filters, brandstof, reinigingsmiddel, remvloeistof e.d. op de correcte en voorgeschreven wijze af. Info Luchtfilter niet reinigen met brandstof of petroleum aangezien deze middelen de schuimstof aanvreten. Voorwerk –...
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 12.29 Einddemper demonteren Waarschuwing Gevaar voor verbranding Het uitlaatsysteem wordt bij gebruik van het voertuig zeer heet. – Laat het uitlaatsysteem afkoelen voordat u werkzaamheden uitvoert. (alle EU-modellen) – Veer losmaken. Veerhaak (50305017000C1) – Schroeven verwijderen en einddemper met katalysator verwijderen.
Pagina 86
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS Info Na verloop van tijd zetten zich op de vonkenvanger roetdeeltjes af. Daardoor verandert de vermogenskarakteristiek. Voorwerk – Einddemper demonteren. ( pag. 83) V01736-10 Hoofdwerk – Schroeven verwijderen, eindkap met keerring verwijderen. Info Glasvezelvulling niet verwijderen. Voorzichtig Gevaar voor de gezondheid Roetdeeltjes irriteren de ogen en slijmvliezen.
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 12.32 Glasvezelvulling van einddemper vervangen Waarschuwing Gevaar voor verbranding Het uitlaatsysteem wordt bij gebruik van het voertuig zeer heet. – Laat het uitlaatsysteem afkoelen voordat u werkzaamheden uitvoert. Info Na enige tijd vervluchtigen de vezels van het glasvezel naar buiten, de demper "brandt" uit. Naast een hoger geluidsniveau verandert daardoor ook de vermogenskarakteristiek.
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS Nawerk – Einddemper monteren. ( pag. 83) 12.33 Brandstoftank demonteren Gevaar Gevaar voor brand Brandstof is licht ontvlambaar. De brandstof in de tank wordt verwarmd zet deze in de brandstoftank uit en kan uit de tank stromen. – Tank het voertuig niet in de buurt van open vuur of brandende sigaretten.
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 (alle EU-modellen) – Schroeven verwijderen. – Claxon met claxonhouder opzij hangen. V01764-10 (XCF‑W) – Schroeven verwijderen. V01765-10 – Schroef met rubberbus verwijderen. – Slang van de brandstoftankontluchting trekken. V01766-10 – Beide spoilers naar de zijkant van de radiateur trekken en brandstoftank naar boven toe verwijderen.
Pagina 90
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS Waarschuwing Gevaar voor vergiftiging Brandstof is giftig en schadelijk voor de gezondheid. – Voorkom contact van brandstof met de huid, de ogen of kleding. – Raadpleeg onmiddellijk een arts, als brandstof werd ingeslikt. – Adem geen brandstofdampen in. –...
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 – Stekker van de brandstofpomp verbinden. – Waskappenset verwijderen. – Snelsluitkoppeling grondig met perslucht reinigen. Info Er mag in geen geval vuil in de brandstofleiding terechtkomen. Binnengedrongen vuil verstopt de inspuitklep! V01762-11 – Siliconenspray op een pluisvrije doek sproeien en O-ring van de snelsluitkoppeling licht smeren.
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS Info De levensduur van de ketting is voor een groot deel afhankelijk van het onderhoud. Voorwerk – Motorfiets met hefbok opkrikken. ( pag. 64) Hoofdwerk – Grove vervuiling afspoelen met een zachte waterstraal. – Verbruikte smeerresten met een kettingreiniger verwijderen. Kettingreinigingsmiddel ( pag.
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 Hoofdwerk – Ketting aan het einde van het onderste glijblok omhoog trek- ken en de kettingspanning bepalen. Info Het onderste deel van de ketting moet daarbij gespannen zijn. Als de kettingbescherming gemonteerd is moet de ket- ting minimaal tot de aanslag aan de kettingbescher- ming omhoog kunnen worden getrokken.
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS Hoofdwerk – Moer losdraaien. – Moeren losdraaien. – Kettingspanning door het draaien van de stelschroeven links en rechts instellen. Voorgeschreven waarde Kettingspanning 55 … 58 mm Stelschroeven links en rechts zodanig draaien dat de markeringen aan de linker en rechter kettingspanner in dezelfde positie staan t.o.v.
Pagina 95
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 – Aan het bovenste deel van de ketting met het aangegeven gewicht trekken. Voorgeschreven waarde Gewicht voor het meten van 10 … 15 kg de kettingslijtage – De afstand van 18 kettingschakels aan het onderste deel van de ketting meten. Info Kettingen slijten niet altijd gelijkmatig, daarom moet de meting op verschillende plekken van de ketting wor-...
Pagina 96
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS – Onderste glijblok op slijtage controleren. » Als de onderkant van de bout aan de ketting zich op dezelfde hoogte of onder onderste glijblok bevindt: – Onderste glijblok vervangen. – Controleren of het onderste glijblok goed vastzit. »...
Achterbrug op beschadiging, scheurvorming en vervorming controleren. » Als de achterbrug beschadigd, gescheurd of vervormd is: – Achterbrug vervangen. Info Een beschadigde achterbrug altijd vervangen. Reparatie van de achterbrug staat KTM niet toe. S01317-10 12.42 Gaskabelplaatsing controleren Voorwerk – Zadel verwijderen. ( pag. 78) –...
12 SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS – Zadel monteren. ( pag. 79) 12.43 Rubberen stuurcovers controleren – Rubberen stuurcovers aan stuur controleren op beschadiging en slijtage. Controleren of de stuurcovers goed vastzitten. Info De rubberen stuurcovers zijn links op een huls en rechts op de handgreep van de gashendel gevulkaniseerd.
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 Info Als de stelschroef met de klok mee wordt gedraaid, komt de koppelingshendel verder van het stuur af te staan. Als de stelschroef tegen de klok in wordt gedraaid, komt de koppelingshendel dichter bij het stuur te staan.
SERVICEWERKZAAMHEDEN CHASSIS 12 – Ontluchtingsspuit met de juiste vloeistof vullen. Spuit (50329050000) Remvloeistof DOT 4 / DOT 5.1 ( pag. 168) – Van de koppelingsnemercilinder de beschermkap verwijderen, ontluchtingsschroef verwijderen en ontluchtingsspuit monteren. K01342-10 – Vervolgens zoveel vloeistof in het systeem spuiten totdat deze er door de openingen van de koppelingscilinder weer zon- der luchtbellen uitkomt.
13 REMSYSTEEM 13.1 Vrije slag remhendel controleren Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Het remsysteem valt uit bij oververhitting. Als er aan het rempedaal voor de voorwielrem geen vrije slag aanwezig is, bouwt zich in het remsysteem druk op de voorwielrem op. – Stel de vrije slag aan de handremhendel op de voorgeschreven wijze in.
Remschijven controleren Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Versleten remschijven verminderen de remwerking. – Zorg ervoor dat versleten remschijven onmiddellijk worden vervangen. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) – Dikte van de remschijven voor en achter op meerdere plekken van de remschijf op de maat controleren.
Als het remvloeistofpeil onder de aangegeven markering of de aangegeven waarde daalt, is het remsys- teem ondicht of zijn de remplaketten versleten. – Controleer het remsysteem en rij pas verder, als het probleem is opgelost. (De geautoriseerde KTM- garage is u graag van dienst.) Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Te oude remvloeistof vermindert de remwerking.
Pagina 105
Gevaar voor ongevallen Te oude remvloeistof vermindert de remwerking. – Controleer of de remvloeistof van de voor- en achterrem overeenkomstig het serviceschema wordt ver- verst. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) Aanwijzing Gevaar voor het milieu Probleemstoffen veroorzaken schade aan het milieu.
13.7 Remplaketten voorwielrem controleren Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Versleten remvoeringen verminderen de remwerking. – Zorg ervoor dat versleten remvoeringen onmiddellijk worden vervangen. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) – Remplaketten op minimale plaketdikte controleren. ≥ 1 mm Minimale plaketdikte »...
Pagina 107
Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Niet-toegestane remplaketten veranderen de remwerking. Niet alle remplaketten zijn voor KTM‑motorfietsen toegestaan. Opbouw en wrijvingswaarde van de rem- plaketten en daarmee ook het remvermogen kunnen sterk afwijken van de originele remplaketten. Als remplaketten worden gebruikt die afwijken van de eerste uitrusting, is overeenstemming met de ori- ginele toelating niet gegarandeerd.
Pagina 108
13 REMSYSTEEM Info Voorkomen dat bij het naar achteren drukken van de remzuigers het remzadel tegen de spaken wordt geduwd. – Splitpennen verwijderen, bouten eruit trekken en remplaketten verwijderen. – Remzadel en remzadeldrager reinigen. E00344-10 – Controleren of het veerblad in het remzadel en de glij- plaat in de remzadeldrager correct gemonteerd zijn.
Pagina 109
REMSYSTEEM 13 – Remvloeistofpeil corrigeren op maat Voorgeschreven waarde 5 mm Maat (remvloeistofpeil lager dan bovenkant reser- voir) Remvloeistof DOT 4 / DOT 5.1 ( pag. 168) – Deksel met membraan positioneren. Schroeven monteren en vastdraaien. Info Overgelopen of gemorste remvloeistof meteen met water afspoelen.
13 REMSYSTEEM – Controleren of het veerblad in het remzadel en de glij- plaat in de remzadeldrager correct gemonteerd zijn. 100397-01 – Nieuwe remplaketten plaatsen, bouten erin steken en split- pennen monteren. Info Remplaketten altijd per set vervangen. – Remhendel meerdere keren bedienen tot de remplaketten tegen de remschijf liggen en er een drukpunt aanwezig is.
REMSYSTEEM 13 – Veer losmaken. – Rempedaal tussen eindaanslag en voetremcilinderzuiger heen en weer bewegen en vrije slag controleren. Voorgeschreven waarde Vrije slag rempedaal 3 … 5 mm » Als de vrije slag niet overeenkomt met de voorgeschreven waarde: – Uitgangspositie van het rempedaal instellen.
Als het remvloeistofpeil onder de aangegeven markering of de aangegeven waarde daalt, is het remsys- teem ondicht of zijn de remplaketten versleten. – Controleer het remsysteem en rij pas verder, als het probleem is opgelost. (De geautoriseerde KTM- garage is u graag van dienst.) Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Te oude remvloeistof vermindert de remwerking.
13.13 Remplaketten achterwielrem controleren Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Versleten remvoeringen verminderen de remwerking. – Zorg ervoor dat versleten remvoeringen onmiddellijk worden vervangen. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) – Remplaketten op minimale plaketdikte controleren. ≥ 1 mm Minimale plaketdikte »...
Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Niet-toegestane remplaketten veranderen de remwerking. Niet alle remplaketten zijn voor KTM‑motorfietsen toegestaan. Opbouw en wrijvingswaarde van de rem- plaketten en daarmee ook het remvermogen kunnen sterk afwijken van de originele remplaketten. Als remplaketten worden gebruikt die afwijken van de eerste uitrusting, is overeenstemming met de ori- ginele toelating niet gegarandeerd.
Pagina 115
REMSYSTEEM 13 – Voertuig rechtop zetten. – Schroefdop met membraan en keerring verwijderen. – Remzuiger terug in de uitgangspositie duwen en ervoor zorgen dat er geen remvloeistof uit het remvloeistofreservoir stroomt, indien nodig afzuigen. Info Voorkomen dat bij het naar achteren drukken van de remzuiger het remzadel tegen de spaken wordt geduwd.
Pagina 116
13 REMSYSTEEM – Remvloeistofpeil corrigeren tot markering Remvloeistof DOT 4 / DOT 5.1 ( pag. 168) – Schroefdop met membraan en keerring monteren. Info Overgelopen of gemorste remvloeistof meteen met water afspoelen. K01347-10...
WIELEN, BANDEN 14 14.1 Voorwiel demonteren Voorwerk – Motorfiets met hefbok opkrikken. ( pag. 64) Hoofdwerk – Remzadel met de hand naar de remschijf duwen om de rem- zuigers naar achteren te drukken. Info Voorkomen dat bij het naar achteren drukken van de remzuigers het remzadel tegen de spaken wordt geduwd.
14 WIELEN, BANDEN 14.2 Voorwiel monteren Waarschuwing Gevaar voor ongevallen Olie of vet op de remschijven vermindert de remwerking. – Houd de remschijven steeds olie- en vetvrij. – Reinig de remschijven indien nodig met remreinigingsmiddel. – Wiellager controleren op beschadiging en slijtage. »...
WIELEN, BANDEN 14 Hoofdwerk – Remzadel met de hand naar de remschijf duwen om de rem- zuiger naar achteren te drukken. Info Voorkomen dat bij het naar achteren drukken van de remzuiger het remzadel tegen de spaken wordt geduwd. – Moer verwijderen.
Pagina 120
14 WIELEN, BANDEN Hoofdwerk – Wiellager controleren op beschadiging en slijtage. » Als het wiellager beschadigd of versleten is: – Wiellager achter vervangen. – Radiale keerringen en loopvlakken van de afstandsbus- sen reinigen en invetten. Duurzaam vet ( pag. 169) –...
DOT aanduiding gekenmerkt. De eerste twee cijfers wijzen op de week van de productie en de laatste twee cijfers op het productiejaar. KTM adviseert uiterlijk na vijf jaar de banden te vervan- gen, onafhankelijk van de daadwerkelijke slijtage. H01144-01 »...
Hierdoor komen andere spaken ook los te zitten. – Controleer de spaakspanning regelmatig, in het bijzonder bij een nieuw voertuig. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) – Kort met het handvat van een schroevendraaier op elke spaak slaan.
ELEKTRONICA 15 15.1 12V-accu demonteren Waarschuwing Gevaar voor letsel 12V-accu’s bevatten schadelijke stoffen. – Bewaar 12V-accu’s buiten het bereik van kinderen. – Houd vonken of open vuur uit de buurt van 12V-accu’s. – Laad 12V-accu’s uitsluitend op in goed geventileerde ruimtes. –...
15 ELEKTRONICA – Schroef verwijderen en accuvak losmaken. – 12V-accu naar boven toe verwijderen. V01779-10 15.2 12V-accu monteren Hoofdwerk – 12V-accu met de polen naar voren in het accuvak plaatsen en met de bevestigingsbeugel vastzetten. 12V-accu (HJTZ5S-FP‑C) ( pag. 163) –...
ELEKTRONICA 15 – Pluskabel met de 12V-accu verbinden. Voorgeschreven waarde Schroef accupool 2,5 Nm Info De contactring moet onder de schroef en de kabelschoen met de klauwen naar de accupool wor- den gemonteerd. – Pluspoolafdekking over pluspool schuiven. – Minkabel met de 12V-accu verbinden.
Pagina 126
Deze acculader test of de 12V-accu de spanning vast- houdt. Bovendien kan met deze acculader de 12V-accu niet worden overladen. De oplaadtijd kan bij lage tem- peraturen langer zijn. Deze acculader is uitsluitend geschikt voor lithium- ijzerfosfaat-accu’s. De bijgevoegde KTM PowerParts- handleiding in acht nemen.
15 ELEKTRONICA – Beschermkappen verwijderen. – Defecte hoofdzekering verwijderen. Info Een defecte zekering heeft een gebroken smeltdraad In het startrelais bevindt zich een reservezekering – Nieuwe hoofdzekering plaatsen. Zekering (58011109120) ( pag. 163) – Werking van de elektrische installatie controleren. Nieuwe reservezekering in het zekeringenblok plaatsen, zodat u er een bij u heeft als het nodig is.
ELEKTRONICA 15 15.8 Lamp koplamp vervangen Aanwijzing Beschadiging van de reflector Vet op de reflector vermindert de lichtsterkte. Vet op het lichtpeertje van de gloeilamp verdampt door de hitte en zet zich af op de reflector. – Reinig en ontvet het lichtpeertje voor de montage. –...
15 ELEKTRONICA – Nu gaat de bestuurder op de motorfiets zitten. – Dimlicht inschakelen. – Koplampinstelling controleren. De grens tussen licht en donker moet bij een motorfiets met bestuurder die gereed is om te rijden precies op de onderste markering liggen. »...
ELEKTRONICA 15 Hoofdwerk – Schroef aan de achterzijde van het knipperlichthuis verwijde- ren. – Knipperlichtglas voorzichtig verwijderen. – Oranje kap in de buurt van de uitsteeksels lichtjes samen- drukken en verwijderen. – Knipperlichtlamp licht in de fitting duwen, ca. 30° tegen de klok in draaien en uit de fitting trekken.
15 ELEKTRONICA – Beschermkap positioneren en met een munt tot de aanslag met de klok mee draaien. – Een willekeurige knop op het gecombineerde instrument indrukken. Het gecombineerde instrument wordt geactiveerd. – Gecombineerd instrument in houder positioneren. – Schroeven met ringen monteren en vastdraaien. V00372-10 Nawerk –...
KOELSYSTEEM 16 16.1 Koelsysteem (alle EU-modellen) Door de waterpomp in de motor vindt er een gedwongen circulatie van het koelmiddel plaats. De druk die bij verwarming in het koelsysteem ontstaat wordt geregeld door een klep in de radiateurdop . Daardoor is de aangegeven koelmiddeltemperatuur toegestaan zonder dat er met functiestoringen rekening moet worden gehouden.
16 KOELSYSTEEM – Motorfiets rechtop zetten op een horizontaal oppervlak. – Radiateurdop verwijderen. – Antivries van het koelmiddel controleren. −25 … −45 °C » Als de antivries van het koelmiddel niet overeenkomt met de voorgeschreven waarde: – Antivries van het koelmiddel corrigeren. –...
KOELSYSTEEM 16 Koelmiddel ( pag. 167) – Radiateurdop monteren. 16.4 Koelmiddel aftappen Waarschuwing Gevaar voor brandwonden Koelmiddel wordt bij gebruik van de motorfiets zeer heet en staat onder druk. – Open noch de koeler, de koelerslangen noch andere componenten van het koelsysteem, als de motor of het koelsysteem bedrijfswarm zijn.
16 KOELSYSTEEM Voorgeschreven waarde Schroef waterpomp- 10 Nm deksel 16.5 Koelmiddel vullen Waarschuwing Gevaar voor vergiftiging Koelmiddel is giftig en schadelijk voor de gezondheid. – Bewaar koelvloeistof buiten het bereik van kinderen. – Voorkom contact van koelvloeistof met de huid, de ogen of kleding. –...
Pagina 139
KOELSYSTEEM 16 Waarschuwing Gevaar voor vergiftiging Koelmiddel is giftig en schadelijk voor de gezondheid. – Bewaar koelvloeistof buiten het bereik van kinderen. – Voorkom contact van koelvloeistof met de huid, de ogen of kleding. – Raadpleeg onmiddellijk een arts, als koelvloeistof werd ingeslikt. –...
Pagina 140
16 KOELSYSTEEM Nawerk (EXC‑F Six Days EU, XCF‑W) – Motorbescherming monteren. ( pag. 99)
MOTOR AFSTELLEN 17 17.1 Speling gaskabel controleren – Controleren of de gashendel soepel beweegt. – Stuur in de rechtuitstand zetten. Gashendel licht heen en weer bewegen en de speling van de gaskabel bepalen. Speling van gaskabel 3 … 5 mm »...
17 MOTOR AFSTELLEN Hoofdwerk – Stuur in de rechtuitstand zetten. – Manchet terugschuiven. – Moer losdraaien. – Stelschroef helemaal indraaien. – Moer losdraaien. – Koude-startknop tot aan de aanslag indrukken. – Stelschroef zo draaien dat de koude-startknop terug naar de uitgangspositie beweegt wanneer de gashendel naar voren wordt gedraaid.
MOTOR AFSTELLEN 17 – Gaskabelschijf van de handgreep verwijderen. – Gewenste gaskabelschijf op de handgreep positioneren. Voorgeschreven waarde De aanduiding OUTSIDE moet zichtbaar zijn. De markering moet bij de markering gepositioneerd zijn. Gaskabelschijf grijs (79002014000) Alternatief 1 Gaskabelschijf zwart (79002014100) Info De grijze gaskabelschijf opent de smoorklep langzaam.
Stationair toerental instellen Waarschuwing Gevaar voor ongevallen De motor kan bij een te laag stationair toerental plotseling uitvallen. – Stel het stationair toerental op de aangegeven waarde in. (De geautoriseerde KTM-garage is u graag van dienst.) – Motor warmrijden. Koude-startknop gedeactiveerd – Koude-startknop staat in de uitgangspositie.
MOTOR AFSTELLEN 17 Info Draaien tegen de klok in verlaagt het stationaire toeren- tal. Draaien met de klok mee verhoogt het stationaire toe- rental. 17.6 Smoorkleppositie programmeren Info Als de besturingsunit herkent dat de smoorkleppositie bij stationair toerental opnieuw moet worden gepro- grammeerd, knippert het controlelampje storing 2x per seconde.
17 MOTOR AFSTELLEN 17.8 Uitgangspositie van de versnellingshendel instellen – Schroef met ringen verwijderen en versnellingshendel eraf halen. 401950-12 – Vertanding van versnellingshendel en schakelas reinigen. – Versnellingshendel in de gewenste positie op de schakelas ste- ken en de tanden laten grijpen. Info Het instelbereik is beperkt.
SERVICEWERKZAAMHEDEN MOTOR 18 18.1 Brandstofzeef vervangen Gevaar Gevaar voor brand Brandstof is licht ontvlambaar. De brandstof in de tank wordt verwarmd zet deze in de brandstoftank uit en kan uit de tank stromen. – Tank het voertuig niet in de buurt van open vuur of brandende sigaretten. –...
18 SERVICEWERKZAAMHEDEN MOTOR Gevaar Gevaar voor vergiftiging Uitlaatgassen zijn giftig en kunnen bewusteloosheid en/of de dood tot gevolg heb- ben. – Zorg bij gebruik van de motor steeds voor voldoende ventilatie. – Gebruik een geschikte uitlaatgasafzuiging als u de motor in een gesloten ruimte start of laat draaien. –...
Pagina 149
SERVICEWERKZAAMHEDEN MOTOR 18 Hoofdwerk – Geschikt reservoir onder de motor plaatsen. – Olieaftapschroef met magneet en afdichtring verwijderen. H01703-10 – Sluitschroef met korte oliezeef en keerringen verwijderen. Info Schroef niet verwijderen. H01704-10 – Sluitschroef met lange oliezeef en keerringen verwijde- ren.
Pagina 150
18 SERVICEWERKZAAMHEDEN MOTOR – Sluitschroef met keerring monteren en vastdraaien. Voorgeschreven waarde Sluitschroef oliezeef M20x1,5 15 Nm – Olieaftapschroef met magneet en nieuwe afdichtring mon- teren en vastdraaien. Voorgeschreven waarde Olieaftapschroef met M12x1,5 20 Nm magneet H01708-10 – Schroeven verwijderen. Oliefilterdeksel met keerring ver- wijderen.
Info Voor een optimale prestatie van de motorolie wordt aan- geraden geen verschillende motoroliesoorten te men- gen. KTM adviseert de motorolie te verversen als dat nodig – Olievulschroef met keerring monteren en vastdraaien. Gevaar Gevaar voor vergiftiging Uitlaatgassen zijn giftig en kunnen bewusteloosheid en/of de dood tot gevolg heb- ben.
19 REINIGING, ONDERHOUD 19.1 Motorfiets reinigen Aanwijzing Materiaalschade Door verkeerd gebruik van een hogedrukreiniger worden componenten beschadigd of onbruik- baar. Het water dringt door de hoge druk in de elektrische componenten, stekkers, bowdenkabels, lagers etc. Te hoge druk veroorzaakt storingen en maakt componenten onbruikbaar. –...
REINIGING, ONDERHOUD 19 Info Door de warmte verdampt het water ook op de niet toe- gankelijke plaatsen van de motor en het remsysteem. – Na het afkoelen van de motorfiets alle glij- en lagerpunten smeren. – Ketting reinigen. ( pag. 89) –...
– Voertuig stallen op een droge plaats en niet blootstellen aan grote temperatuurschommelingen. Info KTM adviseert de motorfiets op te krikken. – Motorfiets met hefbok opkrikken. ( pag. 64) – De motorfiets het beste afdekken met een luchtdoorlatend dekzeil of een deken.
STALLING 20 Info Het is zeer slecht de motor van een gestalde motorfiets voor korte tijd te laten draaien. Aangezien de motor daarbij niet voldoende warm wordt, condenseert de waterdamp die bij de verbranding ontstaat en dit leidt ertoe dat de ventielen en uitlaatsysteem gaan roesten. 20.2 Inbedrijfname na stalling –...
– Elektrische installatie controleren. – Fout in elektronische brand- Foutengeheugen met stofinspuiting KTM-diagnosetool uitlezen. – Motor start niet Fout in elektronische brand- Foutengeheugen met stofinspuiting KTM-diagnosetool uitlezen. – Bobine – secundaire wikkeling contro- Ontstekingssysteem defect leren.
Pagina 157
Fout Mogelijke oorzaak Maatregel – Motorvermogen te laag Fout in elektronische brand- Foutengeheugen met stofinspuiting KTM-diagnosetool uitlezen. – Uitlaatsysteem lekt, is ver- Controleren of het uitlaatsysteem vormd of heeft te weinig glas- beschadigd is. vezelvulling in de einddemper – Glasvezelvulling van einddemper ver- vangen.
Pagina 158
21 OPSPOREN VAN FOUTEN Fout Mogelijke oorzaak Maatregel – Hoog olieverbruik Vloeibaarheid motorolie te dun Motorolie verversen, oliefilter (viscositeit) vervangen en oliezeven reinigen. pag. 146) – Zuigers resp. cilinders versleten Zuiger/cilinder - inbouwspeling bepa- len. – 12V-accu ontladen 12V-accu wordt niet opgeladen Laadspanning controleren.
KNIPPERCODE 22 Info De knippercodes worden alleen door de niet-gehomologeerde versie van het voertuig weergegeven. Knippercode controle- lampje storing 02a Controlelampje storing knippert 2x per seconde Voorwaarde voor fout Smoorkleppositie programmeren vereist Knippercode controle- lampje storing 02 Controlelampje storing knippert 2x kort Toerentalsensor krukas –...
Pagina 160
22 KNIPPERCODE Knippercode controle- lampje storing 22 Controlelampje storing knippert 2x lang, 2x kort Voorwaarde voor fout Versnellingsherkenningssensor - ingangsspanning te hoog Versnellingsherkenningssensor - ingangsspanning te laag Knippercode controle- lampje storing 33 Controlelampje storing knippert 3x lang, 3x kort Voorwaarde voor fout Inspuitklep cilinder 1 - storing in schakelcircuit Knippercode controle- lampje storing...
23 TECHNISCHE GEGEVENS Brandstoftankinhoud totaal ca. 8,5 l Brandstof super loodvrij (ROZ 95) (XCF‑W) pag. 167) Brandstofreserve ca. 1,5 l 23.4 Chassis Frame Brugframe van chroommolybdeen stalen buizen Voorvork WP XPLOR 5548 Veerweg voor 300 mm achter 310 mm Vorksprong 22 mm Schokdemper WP XPLOR 5746...
140/80 - 18 M/C 70M M+S TT Metzeler MCE 6 Days Extreme Metzeler MCE 6 Days Extreme De aangegeven banden zijn één van de mogelijke standaardbanden. Meer informatie vindt u in het servicege- deelte onder: http://www.ktm.com 23.7 Voorvork Artikelnummer voorvork 14.18.8T.68...
GEBRUIKSSTOFFEN 24 Brandstof super loodvrij (ROZ 95) Norm / classificatie – DIN EN 228 (ROZ 95) Voorgeschreven waarde – Gebruik uitsluitend loodvrije superbenzine die voldoet aan de aangegeven norm of van dezelfde kwaliteit is. – Een aandeel van maximaal 10 % ethanol (E10 brandstof) kan daarbij zonder bezwaar worden gebruikt. Info Gebruik geen brandstof van methanol (bijv.
Pagina 170
24 GEBRUIKSSTOFFEN Remvloeistof DOT 4 / DOT 5.1 Norm / classificatie – Voorgeschreven waarde – Gebruik uitsluitend remvloeistof die voldoet aan de aangegeven norm (zie informatie op de verpakking) en die de juiste eigenschappen heeft. Aanbevolen leverancier Castrol – REACT PERFORMANCE DOT 4 MOTOREX ®...
NORMEN 26 JASO T903 MA2 Meerdere technische ontwikkelingsrichtingen vereisten een eigen specificatie voor motorfietsen - de norm JASO T903 MA2. Vroeger werd voor motorfietsen motorolie voor auto's gebruikt omdat er geen eigen motorfietsspecificatie bestond. Voor motoren van auto's zijn lange service-intervallen vereist, bij motoren van motorfietsen staat een hoog vermo- gensrendement bij hoge toerentallen op de voorgrond.
LIJST MET AFKORTINGEN 28 Artikelnr. Artikelnummer bijv. bijvoorbeeld circa e.d. en dergelijke enz. enzovoort etc. et cetera evt. eventueel evt. eventueel Nummer o.a. onder andere resp. respectievelijk vgl. vergelijk...
Actieve rijhulpen worden eveneens met gele of oranje pictogrammen aangegeven. Controlelampje storing brandt/knippert geel – De OBD heeft een fout in de voertuigelektronica geconstateerd. Volgens de verkeersregels stoppen en contact opnemen met een geautoriseerde KTM-garage. Waarschuwingslampje brandstofpeil brandt geel – Brandstofpeil heeft de reservemarkering bereikt.