SLEEPPUNTEN
A
B
C
E71361
A
Sleepoog, voor
B
Sleepoog, achter (Bestelwagen,
Bus, Kombi)
C
Sleepoog, achter (Chassis
Cabine en uitvoering met open
laadbak)
Bergen van de auto
124
AUTO OP VIER WIELEN
SLEPEN
Alle uitvoeringen
WAARSCHUWINGEN
Zet het contact aan wanneer uw
auto wordt gesleept. Bij afgezet
contact treedt het stuurslot in
werking en werken de richtingaanwijzers
en de remlichten niet.
De rem- en stuurbekrachtiging
werken niet, tenzij de motor draait.
Druk het rempedaal harder in en
houd rekening met langere remafstanden
en een zwaarder draaiend stuurwiel.
LET OP
Te veel spanning op de sleepkabel
kan schade toebrengen aan uw en
aan de trekkende wagen.
Bevestig aan het voorste sleepoog
geen sleepstang.
Trek rustig en soepel zonder rukken op.
Wagens met automatische
transmissie
LET OP
Sleep uw wagen niet met snelheden
hoger dan 50 km/h (30 mph) of over
afstanden van meer dan 50 km (30
mijl).
Wanneer uw wagen met snelheden
boven 50 km/h (30 mph) en over
afstanden van meer dan 30 miles (40
mijl) moet worden gesleept, moet hij
worden getransporteerd terwijl alle vier
wielen vrij zijn van het wegdek.
Bij een mechanisch defect aan de
transmissie moeten de aangedreven
wielen worden opgehesen zodat
deze vrij zijn van het wegdek.