4-1. Bedieningsfuncties op het voorpaneel
9
7
HOOFDSTUK 4 − BEDIENING
1
5
8
2
3
4
6
1
Optionele spannings- en
draadsnelheidsmeter .
2
Optionele spannings- en
draadsnelheidsschakelaar .
Gebruik deze om boogspanning of de
draadsnelheid te zien.
3
Optionele afstandsbediende
spanningsregeling.
Gebruik deze om de spanning van de
lasstroombron bij de draadtoevoer in
te stellen. De nummers zijn alleen ter
referentie.
4
Draadsnelheidsregeling.
5
Gasdoorblaasschakelaar .
Gebruik de Gasdoorblaasschakelaar
om het gasventiel te activeren om
lucht uit het pistool te verwijderen
of de gasregelaar bij de stellen.
6
Houdkontakt.
Omhoogdrukken om te kunnen las-
sen zonder de schakelaar gedurende
de gehele lascyclus ingedrukt te hoe-
ven houden.
Om de lascyclus te starten moet u de
schakelaar van het pistool indrukken
en loslaten binnen drie seconden na
het ontstaan van een boog. Stop met
lassen door de schakelaar van het
pistool in te drukken en los te laten.
De hoofdschakelaar voor de voeding
zit op het achterpaneel (zie Sectie
3-6).
7
Waterkoeling in (rood)
8
Waterkoeling uit (blauw)
9
Lastoortsconnector
Ref. 805 230-A
OM-238 172 Pagina 17