Let op!
De motor is met een oliewaarschuwingssysteem uitgerust. Deze schakelt de motor uit of
voorkomt dart de motor kan worden ingeschakeld als er te weinig olie in het motorblok zit.
6.3 VOOR INGEBRUIKNAME
Bevestig de duwboom doormiddel van de meegeleverde bouten en monteer de gashendel
aan de linker of rechterzijde van de duwbooom.
AANWIJZING
Bij de eerste ingebruikname moet motorolie worden bijgevuld! Indien u geen of te weinig
olie gebruikt kan dit tot onherstelbare schade van de motor leiden. In dit geval zijn zowel de
verkoper als de fabrikant niet aansprakelijk voor garantie claims.
(Afbeelding 5 + 6)
• In de handel verkrijgbare motorolie gebruiken met de specificaties10W-30 of 10W-40 (let
op wel geschikt voor dieselmotoren).
• Olieschroefdop (6) uit de motor verwijderen.
• Motorolie bijvullen tot het zichtbaar in de olie inlaat staat (= onderkant van de olie-inlaat/
ingang) Benodigde hoeveelheid ongeveer 0,75 liter. Niet over vullen.
Controleert u voor het starten van de motor en na 4 uur gebruik:
• de motorolie stand (indien nodig bijvullen)
• de brandstofhoeveelheid stand – de tank moet minstens halfvol zijn
• de toestand van het luchtfilter- indien nodig reinigen c.q. verwisselen
• de toestand van de brandstofleidingen
• de van buitenaf zichtbare schroef/bout verbindingen. Vooral de afdekking van de
aandrijfriem, de bouten ter bevestiging van de motor en het trilmechanisme. Kijk of alles
goed vast zit!
• De aandrijfriem spanning- normaal moet u de aandrijfriem 10-15mm kunnen indrukken als
u met uw duim in het midden van de aandrijfriem drukt. Als de aandrijfriem niet strak
genoeg is gespannen, kan de trilcapaciteit niet voldoende zijn of de vibraties
oncontroleerbaar en daarmee schade aan de machine aanbrengen.
• De oliestand van het trilmechanisme. Eventueel bijvullen max. 0,5 LITER.
Let op.
De trilplaat moet tijdens de controle vlak staan. Bij het vaststellen van gebreken mag de
machine niet gebruikt worden tot de gebreken verholpen zijn.