Gebruik de tool Tomobeelden labelen om een gereconstrueerde plak of plaat voor het
afdrukken te identificeren, naar externe media te exporteren of op te slaan in
geconfigureerde bestemmingen bij het afsluiten van het onderzoek. Een kleine
markering naast de verticale schuifregelaar geeft een gelabelde reconstructie aan. Deze
markering wordt in de database opgeslagen en is zichtbaar zolang de patiënt op het
gelabelde plakken
SecurView-werkstation is. Zie
op pagina 118.
SecurView geeft ontvangen MG Secondary Capture tomosynthese-annotaties aan de
linkerkant aan met het camerapictogram. Indien een MG Secondary Capture een
gelabelde tomosynthese-plak of -plaat vertegenwoordigt, verschijnt er tevens
locatie-informatie voor de plak of plaat.
Navigeren door de plakken of platen gaat als volgt:
•
•
•
Aan de hand van een gebruikersvoorkeur kunt u de muis-/toetsenblokwielmodus
instellen op Opeenvolgend (één plak of plaat tegelijk) of op Geavanceerd (meerdere plakken
of platen tegelijk). Zie
5.2.3
Plaatdikte wijzigen
Gebruik de plaatdiktebalk om het aantal weergegeven plakken handmatig te wijzigen.
1.
MAN-08908-1502 Revisie 002
SecurView DX/RT-werkstation 11.1 Gebruikershandleiding
Selecteer een willekeurige locatie op de tool (of wijs naar de schuifregelaar en
beweeg de schuifregelaar omhoog en omlaag). SecurView geeft de bijbehorende
gereconstrueerde plak of plaat weer.
Wijzig de locatie door aan het scrollwiel op de muis of het toetsenblok te draaien.
Gebruik de plaatdiktebalk om het aantal weergegeven plakken of platen aan te
passen (zie
Plaatdikte wijzigen
Voorkeuren voor beeldpresentatie
Wijs de plaatdiktebalk met de muis aan om de V-split-cursor weer te geven. De
huidige plaatdikte (aantal plakken) wordt rechts van de schuifregelaar weergegeven.
Figuur 75: V-split-cursor
Hoofdstuk 5: Met tomosynthese-beelden werken
Door tomosynthese gereconstrueerde plakken of platen labelen
op pagina 107).
op pagina 124.
Figuurlegenda
1. Huidige plaatdikte
2. V-split-cursor op
plaatdiktebalk
Pagina 107